De Kieskrant van Schepen Patrick De Smedt

 

 

 

Patrick De Smedt, de vierde kandidaat op de SP-lijst

 

U oordeelt

 

Straks kiest U een nieuwe gemeenteraad. Misschien doet U dit met overtuiging en belangstelling, misschien vindt U het moeilijk om de juiste kandidaat of het beste programma eruit te pikken. Keus is er te over.
Al te vaak verkondigen politici van alle mogelijk kleuren dat de mensen niet goed luisteren, dat de politiek hen niet interesseert, dat ze er niet grondig over nadenken en dat ze zeker niet meer bereid zijn om te lezen. Daarom moet de boodschap simpel zijn. Vaak volstaat foto en slogan.
Ik geloof dit niet.

Daarom richt ik mij tot U met De Kieskrant. Een hele boterham, die een inspanning vraagt als U hem wil verorberen. Maar het loont de moeite. Omdat U een beslissende stem heeft over de wijze waarop uw gemeente de volgende zes jaar zal worden bestuurd.

Verwacht geen loze beloften, noch lage aanvallen op concurrenten. In deze krant zal U ontdekken wie ik ben, hoe ik tegen de politiek aankijk, wat ik als schepen gerealiseerd heb en hoe ik verder wil werken zoals ik denk dat het moet. Kritiek werd hierbij niet geschuwd.

Het is nu aan U om te oordelen. Met de steun van uw stem blijf ik nog krachtiger “werken zoals moet”.

Patrick De Smedt,
Schepen
van Openbare Werken en Patrimonium,

Vierde kandidaat op de SP-lijst.

 

 

 

Een kwestie van weten

 

Komen “ze” in uw straat ook om de haverklap werken ? Bij mij wel. Om de zoveel maand gooien ze het voetpad of de weg open. Last en vuil naar believen, maar ik weet niet wat er aan de hand is. Tot wie moet ik me wenden voor informatie of klachten ?

 

Patrick De Smedt geeft toe dat er nog een probleem is : “Het is een dagelijkse strijd om de gepaste informatie tijdig en correct door de spelen aan de betrokken mensen. We leveren inspanningen, maar niet alles loop al gesmeerd. Openbare Werken is een technisch departement, dat hard werkt, maar misschien niet voldoende communiceert. Daar wordt aan verholpen.

Het klachtenbureau werd verstevigd en uitgebreid tot een algemeen inlichtingenbureau. Over elke vraag wordt een dossier aangelegd. na een technisch onderzoek wordt een schriftelijk verslag overgemaakt aan de betrokkenen. Op de brieven die we versturen, komt de naam voor van de ambtenaar die de nodige informatie kan verstrekken aan het publiek.

 

Voor onze eigen werken wordt bij elk groot project een infobord gezet waarop alle elementaire gegevens staan zoals kostprijs, duur, enz. De buurtbewoners krijgen tijdig een brief met alle informatie erin en met de raad om, indien ze nog werken willen laten uitvoeren aan de nutsvoorzieningen, dat vooraf te laten doen.

 

De grote verwarring ontstaat doordat niet alleen wij werken. Ook het Vlaams Gewest, Aquafin en de nutsbedrijven zoals gas, elektriciteit en telefoon zijn hier actief. Met het Gewest en Aquafin is de informatieuitwisseling goed. Het schoentje knelt bij sommige nutsbedrijven die onophoudelijk de straten openleggen en al dan niet goed dichtgooien. Daar lukt het niet om de betrokkenen tijdig in te lichten, hoewel we dit eisen en we zelf een ambtenaar hebben die zich hiervoor inzet. We volgen de werken, doen de nodige vaststellingen en interpelleren de verantwoordelijken. Niettegenstaande dit blijft het een zorgenkind. Misschien moeten we daadwerkelijk procedures inspannen tegenover de bedrijven die onze voorschriften aan hun laars lappen.”

 

 

Het grote PDS interview  “Werken zoals moet”

 

De krant Het Volk trof raak toen ze op 10 september 1991 schreef : “De SP heeft de herverdeling van de bevoegdheden (binnen het schepencollege, nvdr ) in eigen rangen gehouden. Het gevolg is dat de benjamin van het college, de man die zich goed ingewerkt heeft in de welzijnssector, nu in de havikenwereld van openbare werken terechtkomt”.
Sindsdien ontpopte Patrick De Smedt, over hem gaat de passage, zich tot een vast waarde. In een open en ongecensureerd gesprek legt hij zijn politieke en persoonlijke inzichten bloot
.

 

Hoewel hij pas 37 is, mag Patrick De Smedt zonder schroom gerekend worden tot de door de wol geverfde Aalsterse politici. Zijn uitstekende staat van dienst, gebaseerd op een merkwaardige combinatie van doorzettingsvermogen, rechtlijnigheid en bereidheid tot luisteren, leverde hem tot buiten zijn eigen partij waardering op. We vingen De Smedt op zijn nest in de Schoolstraat en probeerden zijn gedachtegang enigszins in toom te houden.

 

De overstap

 

Hoe zwaar viel het U om uw schepenambt van Jeugd, Sport, Vrije Tijd, Welzijn en Ontwikkelingssamenwerking in te ruilen voor dat van Openbare Werken en Patrimonium ? U had zich als Jongsocialist en gemeenteraadslid al ontpopt tot de specialist en verdediger van deze sectoren.

 

Patrick De Smedt : Ik stond niet te trappelen voor een overstap. Met veel spijt heb ik de vele vrijwilligers, de leden van de adviesraden en het personeel verlaten. Anderzijds was een groot gedeelte van mijn beleidsintenties gerealiseerd. De overdracht van deze bevoegdheden verliep gesmeerd. Schepen D’Hondt legde ondertussen nieuwe accenten en bracht ook nieuwe ideeën aan. Zelf kon ik vanop Openbare Werken inspanningen blijven leveren voor mijn vroegere sectoren.

 

Werken

 

Wat bedoelt U met de slogan “werken zoals moet” ?

 

PDS : Ik wil in de verf zetten dat er de voorbije zes jaar hard en vooral correct gewerkt is. Voor tal van zaken hebben we duidelijke criteria vastgelegd en toegepast. Dat was mijn manier van werken in grote en kleine dingen. Of het nu ging om het toekennen van bekers, het gebruik van sportinfrastructuur, het aanleggen van een voetpad, een plaats in de kinderkribbe : niemand kreeg een voorkeursbehandeling. De betrokken diensten konden deze zaken uitvoeren, op basis van reglementen die voor iedere inwoner of vereniging gelijk toegepast werden. Een schepen moet bezig zijn met het beleid. De verleiding om “pleziertjes” te doen heb ik altijd onderdrukt, ook al verlies ik zo stemmen.

 

Hoe groot is de verleiding tot pleziertjes ?

 

PDS : Zeker op mijn departement Openbare Werken, kan je veel gunsten verlenen indien je dit zou wensen. Mensen verwachten dat blijkbaar. Het verbaast mij telkens weer dat enerzijds zo velen op de kap zitten van de politici, als zouden het allemaal bedriegers en arrangeurs zijn, en dat zij anderzijds persoonlijke voordelen verwachten waarop ze volgens de wet, het reglement of de morele normen geen recht hebben.

Die toestanden heb ik consequent bestreden. Als er iemand ten onrechte  bevoordeeld – of benadeeld – werd, of het nu gaat om een plaats in de kinderkribbe of het verleggen van een voetweg, dan is dit buiten mijn weten gebeurd. In de gevallen waarvan ik lucht kreeg, zijn de betrokken ambtenaren tot de orde geroepen.
Het personeel vraagt trouwens niets liever dan duidelijke gedragsregels. Daaraan heeft dit bestuur, niet ik alleen, op zoveel domeinen gewerkt. De willekeur is er echt uit.

 

Depolitisering

 

Is de willekeur ook verdwenen uit het personeelsbeleid, de aanwervingen, de promoties ?

 

PDS : De verregaande depolitisering van het personeelsbeleid is daarvan inderdaad een aspect. Er werd een systeem ingevoerd waardoor de kandidaten voor benoeming of promotie al naargelang van hun resultaten op het examen ingedeeld worden in drie categorieën. Het stadsbestuur kan alleen nog kiezen uit de beste geslaagden van de hoogste categorie. Dat is een goed compromis, want een volledig vergelijkend examen, waarbij je de kandidaat met een uitslag van 70 % moet kiezen ten nadele van deze met 75 %, is evenmin ideaal. Je moet ook rekening kunnen houden met andere elementen. Zo kan iemand gedurende jaren in de praktijk bewezen hebben dat hij of zij een bepaalde taak uitstekend verricht maar toch lager scoren op een theoretisch examen dat altijd betere kansen biedt aan blokkers.
De examenjury’s bestaan nu voornamelijk uit externe, neutrale deskundigen. Maar ook onafhankelijke deskundigen kunnen fouten begaan. Je kan je echter niet vergissen in de keuze tussen iemand die 80 % en iemand die 50 % haalt. Dit stadsbestuur kiest dus uit de groep van best geklasseerden, zoals elk normaal bedrijf dat doet.

 

Ongetwijfeld snijdt het mes van de depolitisering aan twee kanten. Ik kan mij best voorstellen dat bij een deel van de aanhang van de SP en haar coalitiepartner andere verwachtingen leefden.

 

PDS : Dat klopt, we snijden ook in ons eigen vlees. Er staan altijd partijsympathisanten klaar. Er gebeurden inderdaad “politieke ongelukken” : sommige mensen met sterke steun hebben het niet gehaald. Ga dat maar uitleggen aan uw achterban. Waar het echter op aankomt, is dat de ganse bevolking kwaliteiten en gelijke kansen krijgt. Na zes jaar begint de gedachte van depolitisering toch ingang te vinden en begrepen te worden. Als je maar voldoende uitlegt dat dit de correcte manier van werken is.

Ook de sfeer onder het personeel is er ten goede door gekeerd. Als je nu benoemd of bevorderd wordt, heb je het verdiend. Dat maakt een groot verschil met het krijgen van een politiek cadeau, vaak onterecht ten overstaan van collega’s die het meer verdienden en misschien daardoor hun motivatie verliezen. Wie vandaag aanklopt voor een job, kan ik alleen vertellen : “Bereid je voor, werk ervoor en zorg dat je de beste bent. Na het examen kijken we wel verder”. De bevolking zal echter pas op langere termijn de resultaten van dit nieuwe systeem in de praktijk kunnen vaststellen.

 

Foefelen of niet ?

 

Openbare Werken wordt gemakkelijk beschouwd als het departement bij uitstek waar er kan gefoefeld worden. Wat is daarvan aan ?

 

PDS : Het politiek gefoefel mag je niet veralgemenen. Zoals in alle branches bestaan er ook in de politiek misbruiken. Dat lezen we elke dag in de pers. Voor Openbare Werken te Aalst kan ik slechts met kracht bevestigen dat zoiets bij mijn weten niet bestaat. Vergeet niet dat de wetten op openbare gunningen zeer streng zijn en dat we in Aalst alle regels rigoureus volgen. We beschikken over een uitstekende administratieve dienst, die de ingewikkelde wetten met kennis van zaken toepast. Tot bewijs van het tegendeel, heb ik het volste vertrouwen in onze mensen. Misschien overdrijf ik wel in de klemtoon op het volgen van de wet tot in de kleinste details, maar ik vind dat het zo hoort.

Wij in Aalst hebben de gewoonte om, zelfs al het niet wettelijk verplicht is, na prijsvraag de goedkoopste aannemer of leverancier te kiezen. Daarover wordt zelfs niet meer gediscussieerd. Na onderzoek door technici en administratie naar de kwaliteit en de conformiteit van het aanbod, krijgt de laagste bieder de voorkeur.

 

 

 

 

Privé moet helpen

 

Ondanks alle positieve geluiden over het leefbaarder en aantrekkelijker maken van de binnenstad, blijven er nog smetten op het blazoen van dit bestuur kleven. Denk maar aan de Heilige Geestkapel in de Kattestraat, of nog, het grote winkelcentrum tussen de Grote Markt en de Hopmarkt.

 

PDS : Niet alleen het stadsbestuur moet het centrum aangenamer maken. Ook de middenstand en privé-initiatiefnemers moeten hun duit in het zakje doen. Bijvoorbeeld door de gevels te verbeteren en de reclame
discreter te maken.

Er bestond inderdaad een plan voor de Kattestraat, waarbij de bescherming van de kapel nog een probleem vormde. Bij de deklassering van de kapel, kwam er een (beperkte) actie op gang die uitmondde in een procedure voor de Raad van State. Ondertussen blijft de kaalslag. Ik vond het Rewa-plan, dat de waardevolle gedeelten van de kapel behield en in bijkomende parkeergelegenheid voorzag naast de herwaardering van het winkelcentrum, wel de moeite waard.

Ik denk dat de meeste mensen Het Fico-winkelcentrum aan de Grote Markt ook goedkeuren. Er wordt immers voldaan aan de voorwaarden tot bewaren van het karakter van de gevelrij. De resultaten van de SP-enquête wijzen trouwens in die richting. Grote projecten kunnen een verrijking betekenen voor de stad. We hebben wel veel eisen gesteld. Zij werden alle ingewilligd. In tegenstelling tot wat sommigen denken, heeft Fico het met ons niet gemakkelijk gehad. Het enige dat ik niet goed zou gevonden hebben, was een eventuele verhuizing van de stadsdiensten naar dit complex. We gingen niet in op dit voorstel. Anders was de pas afgeronde herhuisvesting van de stadsdiensten kosten op het sterfhuis geweest.

 

Ieder op zijn plaats

 

Het stadsbestuur en Uzelf zetten een pak vaste gewoonten op hun kop. Hoe zwaar was de weerstand tegen veranderingen en reorganisaties ?

 

PDS : Om al te zware tegenstand te voorkomen moet je de medewerkers van bij het begin betrekken bij de plannen. Dat deed ik constant, niet alleen met de verenigingen destijds, maar ook met de ambtenaren. Zij hebben veel in hun mars. Wij hebben iedereen – of toch bijna iedereen – in zijn juiste functie ingezet, afhankelijk van diploma’s en capaciteiten. Je moet de aanwezige kwaliteit gebruiken en niet altijd zelf de slimste willen zijn.
Een schepen moet niet te sterk op zijn strepen staan. Daarom laat ik mij ook permanent adviseren door mensen van binnen en buiten de administratie. De politicus neemt uiteindelijk wel de beslissing, maar moet durven in debat treden met zijn personeel, de kritische vragen of discussies niet uit de weg gaan. Medewerkers die weten dat hun kennis gebruikt wordt, dat er geluisterd wordt, zijn al voor de helft meer gemotiveerd. Ik behaalde zo de beste resultaten.

 

Hechte ploeg

 

Handelen alle schepenen op dezelfde wijze ?

 

PDS : Dit college is ontegensprekelijk anders dan alle voorgaande, daarvan ben ik rotsvast overtuigd. In een nieuwe geest liepen we vooruit op onze tijd. De nieuwe manier van politiek bedrijven die nu overal wordt aangeprezen, passen wij al zes jaar toe. Bovendien is er een grote collegialiteit. Een schepen kan maar iets realiseren als het hele college erachter staat. Goed besturen kan maar als iedereen iedereen respecteert en laat werken. Slechts die houding helpt de stad vooruit. Desondanks wordt er bijwijlen hard gediscussieerd. Zeker bij het opstellen van de beleidsverklaring was dit het geval, zij is niet zomaar een papiertje. Eens deze er was, werkten we binnen de marges uitstekend samen. Als ik de verhalen hoor over hoe het vroeger in Aalst aan toe ging, en vandaag ook nog in andere gemeenten … Afgunst, elkaar stokken in de wielen steken, dat kennen we niet. We gunnen mekaar het licht in de ogen. Dit is een hechte ploeg, tot spijt van wie het benijdt.

 

Traag besturen ?

 

Niettemin leek ook dit bestuur op sommige terreinen traag te werken. De in 1989 aangekondigde jeugdconsulent kwam pas zeer recent in dienst. Bepaalde knelpunten uit het domein Openbare Werken bestaan al 20 jaar en kregen nog geen oplossing. Hoe valt dit te rijmen met de door u bewierookte samenwerking ?

 

PDS : Drie factoren spelen een rol. Eén : geld. Twee : de officiële, vaak tijdrovende procedures bij de hogere overheden voor goedkeuring of subsidiëring. Drie : de werking van de administratie.

 

Veel beslissingen kunnen pas uitgevoerd worden, als het geld ervoor kan worden vrijgemaakt. Je moet dus voortdurend keuzes maken. Vele projecten zijn ook zo omvangrijk dat je ze niet in een paar jaar kunt realiseren. Het zuiveren van de Dender, bijvoorbeeld, kost miljarden.

 

Van belang is echter dat je planmatig werkt. Zelfs al heb je niet direct het geld om alles te realiseren, dan nog moet je vooruitzien, zaken voorbereiden en opstarten.

 

Efficiënt en klantvriendelijk

 

De efficiëntie en klantvriendelijkheid van de administratie goed organiseren is niet gemakkelijk. Maar ook daar is grote vooruitgang geboekt. Dit bestuur heeft voor het eerst een organogram in werking gezet. Kan je je dat voorstellen in 1994, voor een onderneming met 1200 medewerkers ?

 

We hebben drie afdelingen opgericht met aan het hoofd adviseurs, die de vergaderingen van het college bijwonen. Deze aanpak loopt steeds beter. In mijn departement hebben we beduidend meer werk verzet met minder mensen. Het kabinet werd zoveel mogelijk uitgeschakeld.

 

En de werklieden ?

 

PDS : Hier hebben we de chefs tot grotere verantwoordelijkheid, initiatief en zelfs meewerken aangespoord. Deze 400 man sterke dienst telde bij wijze van spreken 400 chefs. Toegegeven, in deze dienst kan er nog veel verbeterd worden. We moeten wat we zelf doen minstens even goed doen als de privé. Dat vraagt voor een deel nog meer mentaliteitsverandering. Dit is belangrijk omdat deze dienst, “de mannen van ’t stad”, het imago van de stad bepaalt.

 

 

 

Trap er niet in. De voetpaden worden volgens welomlijnde regels vernieuwd aar het nodig is

 

 

Goed en slecht

 

Ik wil wel benadrukken dat we in deze sector over vele kwalitatieve werklieden beschikken. Wij bewezen in moeilijke opdrachten dat er vakmanschap aanwezig is. Spijtig genoeg zijn er ook anderen. Soms was het nodig tuchtprocedures in te zetten. Als ik mezelf strenge normen opleg, verwacht ik dezelfde inspanning van mijn medewerkers. Qua organisatie hebben we zovele inspanningen gedaan. De informatica werd ook in deze sector ingevoerd, evenals een degelijk magazijnbeheer en nauwkeurige werkopvolging. Dat stelt ons in staat precies te berekenen hoeveel elk werk kost aan materiaal en werkuren. Het stelt ons ook in staat de prestaties van ons personeel beter op te volgen. Toch blijf ik erbij dat we zeker in deze sector behoefte hebben aan een kwaliteitsmanager.

 

Paarse socialisten ?

 

Lang voor er sprake was van een “paarse” coalitie in Nederland, kregen we soms de indruk dat de Aalsterse socialisten paarse uitslag kregen. Besparen, saneren, afdanken, uitbesteden, privatiseren : waar moet dan heen ?

 

PDS : Socialisme – daar denken velen nog verkeerd over – is ook gezond financieel beheer. Een openbaar bestuur moet zuinig omspringen met het geld van de belastingbetaler. De dienstverlening moet minsten  even goed en goedkoop zijn als deze die door sommige privé-bedrijven geleverd wordt. Ik heb er geen moeite mee dat gespecialiseerde taken die beter uitgevoerd worden door de privé ook uitbesteed worden. Maar wat we zelf goed of beter kunnen, moet openbaar blijven dat blijft de regel. Trouwens, wie de zaken nuchter bekijkt, ontdekt ook dat lang niet alle privé-bedrijven efficiënt en kostenbewust werken. Ook ten aanzien van hen doen we er goed aan de volledige en correcte rekeningen te maken en ons niet te laten leiden door vooroordelen. Ik probeer met mijn mensen te bewijzen dat we mits de goede mentaliteit even efficiënt kunnen functioneren als de beste privé-bedrijven.

 

De stadsreiniging werkte dus niet goed ?

 

PDS : Neen, neen, neen ! Onze reinigingdienst werkte optimaal en was zelfs een voorbeeld waar in de regio naar opgekeken werd. Door de ons opgelegde bijkomende taken, moesten we echter noodgedwongen voor huisvuilophaling naar schaalvergroting. Twee keuzen waren mogelijk : ofwel overhevelen naar de privé, ofwel samenwerken met andere gemeenten in de intercommunale. We kozen voor de tweede oplossing, en daarmee ook voor de openbare formule.

 

Hoe gaat u om met de vakbonden ?

 

PDS : Er zijn zware ingrepen uitgevoerd in personeelszaken. Het administratief en financieel statuut werd herwerkt, diensten werden afgestoten, mensen werden overgeplaatst. Toch kennen we sociale vrede, omdat we steeds in overleg en vooral met sterke argumenten op basis van cijfers en studies tewerk gaan. Anderzijds zorgen we ook voor ons personeel. Hoe moeilijk we het soms hadden, toch worden alle collectieve arbeidsovereenkomsten toegepast.

 

De aard van de beestjes

 

In hoeverre kan u “socialist” blijven in een coalitie met liberalen, die uw politieke tegenpolen zijn, als we Verhofstadt en uw eigen Frank Vandenbroucke mogen geloven ?

 

PDS : Let op, de SP heeft een sterke stempel kunnen drukken op het beleid. Overal waar het maar enigszins kan, wordt een sociale politiek gevoerd.

 

Dit is mogelijk dank zij de aard van de Aalsterse VLD, die toch wel andere klemtonen leggen dan hun broeders op nationaal vlak. Ik weet niet of het politiek helemaal in orde is dat ik dit tijdens een verkiezingscampagne zeg, maar met de Aalsterse liberalen kunnen wij samenwerken. Dat hebben we ook samen bewezen. Inzake sociale ingesteldheid van het beleid heeft de SP geen toegevingen gedaan.

 

In ieder geval geloof ik niet dat het socialisme voorbijgestreefd is, gewoon omdat de tegenstellingen blijven bestaan. Als het verschil tussen ons en andere partijen vervaagt, is het juist omdat wij het zelf onvoldoende in de verf zetten. Niet omdat de fundamentele keuzen en tegenstellingen verdwenen zijn. Die tegenstelling heb je uiteraard veel minder op lokaal niveau. Om het even met Norbert De Batselier te zeggen “Onze grootste vijand is niet een of andere politieke partij, maar wel het ongeloof in de politiek”.

 

En de toekomst ?

 

PDS : In de eerste plaats hoop ik op een goede uitslag voor de SP. Indien de kiezer het wil, wil ik ook graag verder “werken zoals moet”.

 

UIT ALLE WINDSTREKEN …

 

Openbare Werken heeft gewerkt, ook in Nieuwerkerken zien we dat. De nieuwe polyvalente zaal, de aanleg van de gasleiding, veel nieuwe voetpaden, de heraanleg van de voetweg De Bankman zijn hiervan voorbeelden. Onze schepenen Edgard en Patrick zijn goed blijven samenwerken en met resultaat, dat zeggen zelfs andersdenkenden.

 

René Roelandt, Nieuwerkerken

 

Als het stadsbestuur één pluim op zijn hoed mag steken, dan is het wel de realisatie van de Leirekensroute. Jaren werd erover gepraat, nu werd het wandel-fietspad uitgevoerd. Meer heb ik over de Aalsterse politiek niet te zeggen.

 

Hugo Verstraeten, Baardegem

 

Het heeft lang geduurd en veel last veroorzaakt, maar de Klaarhaag is nu toch mooi heraangelegd. Zo’n ouderwetse kasseiweg verdient als monument geklasseerd te worden.

 

Gilbert De Corte, Meldert

 

Gijzegem en Hofstade zijn al zes jaar één grote werf. Deze werken zullen er echter voor zorgen dat onze belangrijkste woonwijken via riolen aangesloten worden op de afvalwatercollector. Hopelijk worden de beken en de Dender snel weer proper.

 

Gustaaf Van Sande, Gijzegem

 

De voorbije jaren werkten onze mensen goed te Moorsel. Vooral de voetpaden werden reeds op veel plaatsen verbeterd. Belangrijk is de doortrekking van de gasleiding naar Moorsel en de plannen om het dorpscentrum en de Gewestweg veiliger te maken.

 

Louis Saerens, Moorsel

 

Met de overheveling naar ILVA van de vuilkar, waar ik zelf graag werkt, ging ik niet akkoord. Achteraf moet ik toegeven dat dit nog niet zo’n slechte beslissing was. Nu kunnen er inderdaad meer jongeren ingezet worden om de gemeenten en de stad proper te houden. De invoering van stratenvegers is prima.

 

Raymond Bauters, Aalst

 

Dat er een nieuwe gemeenteschool moest komen, zeggen we al lang. Dat het stadsbestuur tegelijkertijd ook het Dorp en het Stationsplein vernieuwt, is goed gezien. Ik hoor tot mijn tevredenheid dat ook ons historisch waardevol gemeentehuis zal gerestaureerd worden.

 

Bruno Baillius, Erembodegem

 

De houding van de Herdersemse CVP in verband met de bouw van onze nieuwe gemeenteschool is kinderachtig en onverantwoord. Zij weten ook zeer goed dat er plaats tekort was en dat het niet anders kon dan het gemeentehuis afbreken. Een vergelijking maken met Hitler is meer dan plat, maar ze zetten er zichzelf mee in hun onderbroek. Dat het SP-VLD-bestuur ook de kerk grondig hersteld, verzwijgen ze natuurlijk.

 

Albert Pieters, Herdersem

 

Twee realisaties van schepen De Smedt bewijzen dat hij niet alleen oog heeft voor onze oude monumenten. Ten eerste : het niet verkopen van het oude zwembad en de opknapbeurt van dit waardevolle moderne gebouw. De nieuwe functie ervan, onze academie, is een waarborg voor het behoud van dit monument.

 

Ten tweede :het organiseren van een architectuurwedstrijd voor het nieuwe politiebureau. Hierdoor wordt vriendjespolitiek vermeden en krijgen talentvolle architecten een eerlijke kans. De uitvoering van het winnend ontwerp zal onze stad een monument rijker maken.

 

P.S. : Ik hoop dat de schepen in zijn vierde ambtstermijn (2006-2012) het felomstreden contract voor de reclamepanelen die onze stad ontsieren, zal opzeggen om de fout die ons nog 12 jaar met deze flater van formaat opzadelt ongedaan te maken.

 

Jan Louies, Aalst

 

 

TEGENSTELLINGEN

 

Meer dan 100 jaar geleden kwamen de vaders van het socialisme na grondige studie tot een op het eerste gezicht radicale conclusie. Zij ontdekten dat het kapitalisme (de zogenaamde vrije-markteconomie) niet alleen de rijken rijker en de armen armer maakt, maar dat het na verloop van tijd ook de gewone burger in moeilijkheden brengt. “Prietprat”, roepen de kapitalisten. “Een verouderde stelling”, menen veel weldenkende burgers. Maar hoe ziet de werkelijkheid eruit ? Het antwoord vinden we in het Amerikaanse zakenblad Business Week van 15 augustus 1994.

Economisch onderzoek aan verscheidene befaamde universiteiten leert dat tussen 1980 en 1992, onder het extreem liberale regime, het rijkste kwart van de Amerikaanse bevolking er 16 % op vooruitging. Het armste kwart verloor 7 % van zijn inkomen. In totaal ging de helft van de bevolking erop achteruit, terwijl een ander kwart ter plaatse trappelde. Hun inkomen werd “herverdeeld” ten voordeel van de 25 % rijksten.

Maar de onderzoekers gaan nog een stap verder. Zij tonen aan dat deze situatie erg schadelijk is voor de economie en dus ook voor werknemers en zelfstandigen die voorlopig nog stand houden. Steeds minder gezinnen kunnen goed onderwijs voor hun kinderen betalen en steeds meer afgestudeerden vinden geen volwaardige job. Daardoor komen de prestaties van de Amerikaanse economie in het gedrang. De gevolgen op het vlak van misdadigheid en hemeltergende armoe in ’s werelds rijkste land kennen we.

Precies hetzelfde verschijnsel wordt opgemerkt in Groot-Brittannië. Dit land zucht al 16 jaar onder een ultraliberaal regime (dat overigens nog geen kwart van de bevolking vertegenwoordigt).

 

Hoe actueel is dan het democratisch socialisme ?

 

 

KRACHTLIJNEN

 

VAN HET HUIDIG BELEID

VAN HET TOEKOMSTIG BELEID

Sociale huisvesting aanpakken binnen een globaal welzijnsbeleid

Sociale huisvesting aanpakken binnen een globaal welzijnsbeleid

Algemeen onderhoud van 400 km wegen, met bijzondere aandacht voor verkeersveiligheid

Algemeen onderhoud van 400 km wegen, met bijzondere aandacht voor verkeersveiligheid

Verfraaiing van de binnenstad; wijk- en dorpsherwaardering

Verfraaiing van de binnenstad; wijk- en dorpsherwaardering

Auto-arm maken van de binnenstad, gekoppeld aan een parkeerbeleid en het stimuleren van openbaar vervoer

Auto-arm maken van de binnenstad, gekoppeld aan een parkeerbeleid en het stimuleren van openbaar vervoer

Algemeen onderhoud van stadsgebouwen en restauratie van historisch waardevol patrimonium

Algemeen onderhoud van stadsgebouwen en restauratie van historisch waardevol patrimonium

Nieuwbouw voor de verbetering van noodzakelijke service aan de bevolking

Nieuwbouw voor de verbetering van noodzakelijke service aan de bevolking

Waterzuivering door aanleg van collectoren en riolen

Waterzuivering door aanleg van collectoren en riolen

Veilige, leefbare en propere buurten bevorderen

Veilige, leefbare en propere buurten bevorderen

Een actie grondbeleid via een goed functionerende grondregie

Een actie grondbeleid via een goed functionerende grondregie

Een open bestuur dat overlegt met en inspraak verleent aan de bevolking en de stadsdiensten

Een open bestuur dat overlegt met en inspraak verleent aan de bevolking en de stadsdiensten

Efficiënte personeelsorganisatie

Efficiënte personeelsorganisatie

Correcte en gelijke behandeling van alle inwoners op basis van klare voorschriften

Correcte en gelijke behandeling van alle inwoners op basis van klare voorschriften

 

 

 

OPENBARE WERKEN EN PATRIMONIUM (1991 - …)

OPEN HUIS

Toen schepen Edgard Hooghuys de fakkel doorgaf, moest de SP in eigen rangen een opvolger aanduiden om het moeilijke departement Openbare Werken en Patrimonium over te nemen. Wat brengt zijn opvolger ervan terecht ?

 

Openbare Werken in goede banen leiden, is geen kinderspel. Het grijpt in op alles. Openbare Werken is niet alleen wegen en gebouwen onderhouden. Openbare Werken (OW) werkt het volledige investeringsprogramma van de stad uit. Ook de aankoop van een boom, een vuilnisbak, een auto en noem maar op wordt er voorbereid.

Schepen Edgard Hooghuys, bleef ook na zijn afscheid goed samenwerken met de SP-schepenen.

 

Vertelt Patrick De Smedt : “Ik ben geen architect of ingenieur. Maar dat heeft misschien juist een positieve invloed gehad. Ik werk aan de dossiers vanuit een andere invalshoek, wellicht met meer oog voor schoonheid, voor warmte, voor details.

Het planten van een boom, het plaatsen van een kunstwerk of een waterpartij krijgt evenveel aandacht als de kwaliteit van een betonnen rioleringsbuis.”

 

Zwemmen

 

Misschien wordt er ook minder geschreeuwd, want we lieten ons vertellen dat het er op de stafvergaderingen van OW wel eens ruw aan toe durfde te gaan.

Als de vuisten op tafel neerkwamen, sprongen de koffiekopjes de lucht in. Naar verluidt slaagde schepen De Smedt vrij snel in zijn pogingen om zijn pappenheimers beter te leren luisteren en vergaderen. Er zit er een kind in ieder van ons en dat besefte de gewezen jeugdleider maar al te goed.

 

Voor de technische kant van de zaak was De Smedt wellicht minder gewapend met de actieve steun van voorganger Hooghuys en van de sleutelmedewerkers, gekoppeld aan veel studie, verliep de overgang nogal vlot.

“Ik belandde in het water en moest zwemmen”, herinnert Patrick De Smedt zich. “Openbare Werken heeft elke gemeenteraad een 40-tal punten op de agenda staan, waarvan sommige bestekdossiers meer dan 100 bladzijden tellen. Zeer technisch ook. Op mijn vorig departement was het gemakkelijker om elk dossier echt te kennen als ik naar de gemeenteraad ging, maar ik houd vast aan deze werkwijze. Mijn medewerkers moeten veel geduld opbrengen om mij dingen diets te maken en de zoveelste opmerking opnieuw te verwerken.

 

In de gemeenteraad wil ik niet zomaar een antwoord verzinnen op een vraag of opmerking, hoewel dat perfect kan gezien de ingewikkeldheid van de materie en omdat ik hoedanook beter geïnformeerd ben dan een raadslid. Als ik het niet weet, zeg ik het ook.”

 

Te laat of te vroeg ?

 

De jongste twee jaar wordt er nogal wat afgewerkt in de straten. De verkiezingen staan voor de deur zeker ? Reageert Patrick De Smedt : “Och, we voeren uit wat gepland is. Met verkiezingen heeft dat niets te maken. Ik geef toe dat een aantal werken vrij laat komen, maar dat komt door de financiële positie waarin we ons in het begin van de bestuursperiode bevonden. Pas na de financiële gezondmaking werd het mogelijk om extra, maar niet minder noodzakelijke investeringen te doen”.

 

Toch liggen vele straten er nog slecht bij ?

 

“Juist, iedereen ziet dat ons wegennet in de prak ligt, ook vele rioleringen. Wij hebben natuurlijk onvoldoende geld om alles tegelijkertijd op te lossen. Naast de jaarlijks goed geplande grote weg- en rioleringswerken moeten wij dus ook voorlopige pleisters op de wonden leggen. De verdubbeling van de asfaltploeg toont hier reeds zichtbare verbetering.”

 

En de gebouwen ?

 

“De stad beheert 254 gebouwen, waarvan er vele tot de erfenis van voor de fusie behoren. Sommige gebouwen zijn er erg aan toe, andere zijn onaangepast. Om daaraan te verhelpen, zijn er investeringen in uitvoering of voor weldra gepland.”

 

Luxeprojecten ?

 

Waaronder luxueus ogende projecten ?

 

Patrick De Smedt zet zich schrap : “Zeker niet. Het gaat over drie nieuwe, gesubsidieerde basisscholen in Moorsel, Erembodegem en Herdersem waaraan dringend behoefte was. Het stadsarchief was in totaal onverantwoorde omstandigheden gehuisvest, niet te doen voor bezoekers, noch voor het personeel. De carnavalhal is een noodzaak, niet alleen omdat carnaval voor de stad en de groepen zo belangrijk is, maar ook omdat de huidige werkhallen, eigenlijk een hinderlijk bedrijf, in een woonzone liggen. Dat zorgde voor overlast en gevaar. De sporthal te Moorsel beantwoordt aan de behoefte aan meer sportinfrastructuur in de Faluintjes. De nieuwe academie, de nieuwe bibliotheek in Kasteel Terlinden : het zijn allemaal noodzakelijke ondernemingen. Er kan slechts één luxeproject aangewezen worden : de Sint-Pauluskerk. Met alle respect voor de eredienst : het gebouw dat daar tot stand gebracht is op korte afstand van twee grote kerken (Mijlbeek en Heilig Hart), gelijkt meer op een tweede cultureel centrum, met feestzaal, vergaderruimten en de woning van de pastoor erbij. Dat zal de wijk wel ten goede komen, maar ik zie dit soort wijkcentra liever gerealiseerd door een neutrale overheid.”

 

 

Planmatige aanpak

 

Zeer belangrijk voor Openbare werken – maar niet alleen voor dat departement – is de planmatige aanpak. “Zowel in grote als kleine werken moet er goed gepland worden”, licht Patrick De Smedt toe. “Zo pakt OW zeer systematisch de waterzuivering aan. De straten worden niet lukraak onder handen genomen. Elk wegenwerk wordt gekoppeld aan de verbetering van de riolering. De eerste keuze valt op gebieden die nu reeds op de afvalwatercollectoren kunnen aangesloten worden. Een geheel van maatregelen, waarvan de samenhang voor de buitenstaander niet altijd duidelijk is, moet ertoe leiden dat er begin volgende eeuw opnieuw vis in de Dender zwemt. Zo kunnen er wel eens misverstanden leven bij de inwoners die merken dat hun straat in behoorlijke staat is maar toch opengebroken wordt. Toch kunnen die werken best noodzakelijk zijn omdat de riolering er zeer slecht is of omdat de collector erdoor moet”.

 

 

Een nieuw herkenningspunt : het Stadsarchief (ontwerp Lierman & Van den Houwe)

 

 

Uit het isolement

 

De Smedt hecht veel belang aan de wensen van de bevolking en aan de mening van deskundigen, zowel van binnen- als van buiten het stadskader. Wie iets zinnig te vertellen heeft, wordt erbij betrokken. Ook met andere departementen binnen het stadsbestuur werkt hij goed samen. Voor de aanleg van een nieuwe weg, bijvoorbeeld, zal hij overleggen met het departement leefmilieu en ruimtelijke ordening van collega Dirk De Meerleer, met de burgemeester en met de verkeerspolitie. Het departement is uit zijn isolement gehaald. Openbare Werken moet naast de eigen initiatieven ook ten dienste staan van de andere sectoren.

 

Patrick De Smedt geeft een voorbeeld : “Neem de zaak van het nieuwe stadsarchief. Wat moesten we doen met de oude SULBB-bedrijfsgebouwen ? Afbreken en vervangen door nieuwbouw, restaureren, of een combinatie van beiden ? Over zo’n vragen heb ik wel een mening, maar ik acht mij op dit terrein niet bevoegd om in naam van de hele bevolking te beslissen. Daarom vroegen we eerst advies aan specialisten. Deze spraken zich uit voor nieuwbouw. Daarna namen we de omgeving van het gebouw onder de loep, samen met andere departementen en de rechtstreeks betrokken diensten. Zo kwamen we tot een goede beslissing, kaderend in een globale aanpak. Aan de Oude Vismarkt komt op termijn opnieuw een plein met monument. Een gelijkaardige werkwijze met raadpleging van de bevolking werd gevolgd bij de bestelling van de sierverlichting in de binnenstad. Als je een stad zo ingrijpend verandert, heb je nood aan inspiratie vanuit zoveel mogelijke hoeken.

 

Gepaste fierheid

 

Wij hopen dat u niet in de putten gevallen bent. Maar we zijn er zeker van dat u gevloekt heeft, als u dit jaar het stadscentrum bezocht. De herinrichting van de oude binnenstad deed letterlijk en figuurlijk stof opwaaien. “’t Zal toch beter zijn als alles voorbij is”, hoorden we verstokte optimisten opperen. De verantwoordelijke schepen glimlacht : “Ik ben er trots op dat we erin slaagden de binnenstad geheel te vernieuwen en leefbaarder te maken. Zowel de gebouwen als de wegen werden aangepakt. Het belangrijkste principe is het autovrij maken van het centrum, gekoppeld aan een parkeerbeleid en een verkeerscirculatieplan waarin het openbaar vervoer een nieuwe plaats krijgt. De parking aan de Pontstraat staat er en er komt nog bijkomende parkeerruimte op 100 meter van het Keizerplein, op de plaats van de oude Safir-gebouwen. Hopelijk kunnen we nog meer parkings in de binnenstad vermijden, maar als er nog een echte behoefte overblijft, moeten we nieuwe initiatieven nemen.”

 

Voor de rest werd geprobeerd om alles op een aantrekkelijke manier rond te maken. De gevel van het stadhuis wordt hersteld. Het Belfort is het paradepaardje.

De sokkel van de Zwarte Man werd opgepoetst. De restauratie van de Sint-Martinuskerk en het Oud-Hospitaal komt eraan. Na de restauratie van het stationsgebouw, gaan ook de plannen van De Lijn voor een groener Stationsplein begin volgend jaar in uitvoering.

 

Historisch erfgoed

 

Er werd een planning opgemaakt om tijdens dit bestuur alle historische gebouwen hetzij aan te pakken, of het dossier in te leiden en de subsidie-aanvragen te doen. Op die manier zullen de dossiers van alle waardevolle gebouwen nog gedurende deze bestuursperiode aan de gemeenteraad voorgelegd zijn.

 

Valse minnaars

 

Dezelfde inspanningen worden geleverd voor de gebouwen in de deelgemeenten die een historische en monumentale waarde hebben. Sommige leden van de CVP-oppositie proberen met alle mogelijke – vaak laag-bij-de-grondse – middelen dit bestuur af te schilderen alsof het alleen voor Aalst-stad zou werken. Het beeld dat zij ophangen is zo vals als maar kan. Dat is te bewijzen met de naakte cijfers van de voorbije zes jaar.

Zeer veel geld werd geïnvesteerd in dorps- en wijkherwaarderingsprojecten, overal en waar mogelijk met medewerking van lokale groepen en rekening houdend met adviezen van de inwoners. Er gebeurde ook heel wat op het terrein van fiets- en voetpaden, riolen- en collectorenaanleg, werken aan gebouwen en wegen.

 

“Waterzuivering is voor mij zeker een prioriteit”, besluit De Smedt. “Die immense investeringen steken natuurlijk onder de grond en zijn voorlopig weinig zichtbaar. Maar ook aan de uitbreiding van de gasleidingen en aan de verbetering van de openbare verlichting werd in de deelgemeenten veel gewerkt”.

 

Van stropdassen en korte rokskes

 

Het is geen geheim : schepen Hooghuys is de gemakkelijkste niet. De “éminence grise” van de werkliedenpartij houdt de stijl graag hoog en pleit voor waardigheid in alle omstandigheden.

 

Bij het begin van de vorige legislatuur nam hij de jonge socialistische schepengarde onder zijn hoede om hen diets te maken hoe een verantwoordelijk ambt met klasse moet worden gedragen. Hij ontpopte zich als een verwoed pleitbezorger van de das voor heren (en de korte rokjes voor dames – maar daarover hebben we het hier niet …) en vond in Patrick De Smedt een overtuigde tegenstander (van de dassen – nvdr).

 

Het eerste schepencollege beloofde dus een robbertje vechten te worden, want noch Hooghuys, noch De Smedt hadden de discussie ten gronde gevoerd. Met zijn gekende scherpe blik zag Hooghuys de opstandeling binnentreden, zonder das. En de opmerkingen aan het adres van de dissidente snaak bleven niet uit, de aanwezigheid van collega’s ten spijt.

 

Eén ding had de jonge schepen wél geleerd : dat men in sommige omstandigheden beter zijn mond kon houden. Hij hield die mond dus dicht tot Hooghuys’opmerking was weggestorven en haalde toen doodgemoedereerd een échte herendas uit zijn jas. “Of schepen Hooghuys die even voor hem kon knopen ?

Hooghuys hééft die das geknoopt.

En Patrick ?

Die is er een blijven dragen. Intussen slaagt hij er wel in om zelf de juiste wrong in de juiste das te krijgen.

 

 

De vernieuwing en het auto-arm maken van het stadscentrum mocht rekenen op nationale belangstelling

 

 

over Openbare Werken

 

Openbare Werken is de dienst die de jaarlijkse investeringen van de stad realiseert. Daarmee is veel geld gemoeid en dus, zegt men, is het een “zwaar” departement. Eigenlijk is Ruimtelijke Ordening veel belangrijker, maar Vlamingen hebben geen tijd om er mee bezig te zijn. Wetgeving zonder visie, doorzichtige voorschriften, de architect gedegradeerd tot commercieel technicus. De dienst uitvoering herbergt “de mannen van ’t stad”, “de Friac” voor insiders. Een interventieleger van 400 manschappen, dat op voorschrift van ontelbare roze bons snel kan worden ingezet. Zij zorgen voor het onderhoud van stadsgebouwen, wegen, beken en riolen, groenperken of echte bossen, wagens en machines. Het opzetten van beurzen, exposities, koersen, kermissen en optochten : in Aalst houdt het feesten nooit op. Beleid in deze grote dienst gaat altijd over mensen en is dus delicaat. Het aantal kan worden verminderd, de motivatie verhoogd en de organisatie professioneler aangepakt. Meetbaar onderhoud moet worden aanbesteed en onder bekwaam toezicht, door derden uitgevoerd. De Aalstenaars betalen veel belastingen. Met dat geld werd een grote dienstverlening opgezet. Er werd gerestaureerd en gebouwd. Ondanks vele wegenisdossiers is de stad er sinds de fusie niet in geslaagd de versleten wegen in voldoende mate te vernieuwen. Nieuw zijn de Aalsterse wegen en riolen : 10 miljard frank waard. Afschrijven op 40 jaar vergt dus 250 miljoen per jaar. Dat is meer dan het drievoud van de huidige uitgaven voor wegen. De riolen werden lang niet systematisch aangepakt, alles liep naar de beken en de Dender. Nu het Vlaams Gewest te Aalst voor 2 miljard investeert in waterzuivering, wordt er aan de boom geschud. Voor de uitvoering van het Totaal Rioleringsplan, zijn enkele miljarden nodig. Reusachtige investeringen in elementaire zaken zijn dat. Kunnen ze nog worden uitgesteld ?

Misschien wil binnenkort niemand nog schepen van Openbare Werken worden. Wij zoeken iemand die ver ziet, hard werkt, zichzelf vergeet en genoeg gezag heeft om de hoogvliegers wat te kalmeren. Patrick De Smedt is zo’n man.

 

Marc Van Ginderdeuren

ingenieur-diensthoofd Openbare Werken

 

De nood aan betaalbare sociale woningen bestaat reeds lang in Aalst. De sterke wil van het stadsbestuur om hieraan dringend te verhelpen in samenwerking met de sociale bouwmaatschappijen heeft ook Dewaco gestimuleerd. Dit leidde tot drie concrete initiatieven die ertoe bijdragen dat binnenkort vele minder begoeden aanspraak kunnen maken op een betaalbare huurwoning.

 

Monique Daeleman

secretaris Dewaco

 

Gezien de gestadige uitbreiding van de Carnavalesbattementen, geraakt de verouderde werkhal in de Schoolstraat steeds meer ongeschikt en dringt zich een passend alternatief op. De bouw van nieuwe werkhallen op de Hoge Vesten is dan ook een initiatief dat onze carnavalisten zal aanzetten in de optimale omstandigheden hun creativiteit verder bot te vieren.

 

Frans Wauters

carnavalist en cartoonist

 

Ik ben altijd voor de invoering van verkeersvrije straten geweest. Natuurlijk deelt niet iedereen deze mening. Het is aangenaam vast te stellen dat de klanten rustig een drankje kunnen gebruiken, terwijl hun kinderen veilig spelen. De verfraaiing van het standbeeld heeft samen met het uitzonderlijke weer voor een topseizoen gezorgd. De werken hebben wat moeilijkheden met zich mee gebracht, maar de medaille heeft steeds twee zijden. De positieve en hier de belangrijkste.

 

Freddy Thybaert

herbergier Grote Markt

 

We kennen Patrick sinds lang. Eens was hij de jonge rode jongen, die samen met zijn companen de gevestigde politici soms tegen de haren in streek. Met zin voor realiteit kwam hij op 1 januari 1983 in de gemeenteraad.

Door een CVP-PVV-coalitie belandde hij in de oppositie. Een nuttige tijd van leren, ervaring opdoen en mensenkennis opbouwen. Zes jaar later was Patrick klaar om in een PVV-SP-coalitie beleidsverantwoordelijkheid te dragen, aanvankelijk als schepen van Jeugd, Sport, Gezinszorg, Ontwikkelingssamenwerking, Vrije Tijd en Werklozenwerking. Een dankbare, maar geen gemakkelijke job.

Schoorvoetend nam hij de zware taak van schepen van Openbare Werken over van zijn collega Edgard Hooghuys. Patrick verdiepte zich in de dossiers en houdt er een stevige kennis aan over. Aalst kreeg een ander uitzicht door de stevige aanpak van het beleidsteam, waarin Openbare Werken een belangrijke rol speelt. Patrick De Smedt  vlucht niet voor de moeilijkheden van zijn ambt, blijft fair en ontvankelijk voor kritiek, maar bijt ook door waar hij denkt gelijk te hebben. Hij blijft minzaam voor vriend en tegenstander, luisterbereid, mens onder de mensen, geen ivoren toren, maar een open huis. Een beleidsman die het niet houdt bij woorden.

 

Frans Vanvolsem

 

Jeugd, Sport, Vrije Tijd, Welzijn, Ontwikkelingssamenwerking, Vrede en Werklozenwerking (1989-1991)

 

Wat met de “zachte” sector

 

Starten zonder geld

 

Toen het huidige stadsbestuur begin 1989 aantrad, werd het geconfronteerd met een ronduit slechte financiële situatie. De eerste opdracht was het gezond maken van de stadsfinanciën, een punt dat trouwens bovenaan het SP-programma stond. Met welke gevolgen ?

 

In 1989 werden de gemeenten voor het eerst verplicht een meerjarenplan op te stellen, op zich een goede zaak.

In Aalst bleek immers dat indien de huidige coalitie gewoon verder bestuurde op basis van de begroting van het vorig bestuur, ze na vijf jaar zou opgezadeld zitten met een tekort van ruim 1 miljard frank.

 

“Zachte” sector in gevaar

 

Besparen werd de – weinig populaire – boodschap. Wat betekende dit voor Patrick De Smedt als schepen van de zogenaamde “zachte sector” ? Alle domeinen waarvoor hij bevoegd was, behoorden niet tot de wettelijke verplichtingen van de gemeenten. Hierover werd zwaar gediscussieerd. Moesten er diensten afgeschaft worden ? Zo ja, welke ? De hele socio-culturele sector lag onder vuur. Bespaard werd er, maar zonder negatieve gevolgen voor de dienstverlening aan de bevolking die verzorgd werd door de departementen van De Smedt en zijn spitszuster Van Nieuwenborgh op Onderwijs en Cultuur. Meer nog, voor het eerst kregen deze diensten een volwaardige erkenning van de gemeenteraad.

 

Sanering

 

Niettemin werd er overal wel degelijk gesaneerd.

De pijnlijkste maatregel was de afdanking van tijdelijke personeelsleden.

Aanzienlijk bespaard werd er ook op de globale werkingskosten (-10 %) van de stad. Tijdens de voorbije bestuursperiode waren deze bijna verdubbeld, van 170 naar 319 miljoen frank. In het eerste jaar van het huidige bestuur werden ze teruggeschroefd naar 278 miljoen.

 

Alle subsidies aan verenigingen werden afgeschaft, met uitzonderling van ontwikkelingssamenwerking en de toelage aan de vrijzinnige organisaties (die een kleine compensatie ontvingen voor de miljoenenstroom naar de kerkfabrieken). In ruil daarvoor kon nu iedere vereniging eenmaal per jaar een beroep doen op de praktische medewerking van de stadsdiensten bij het organiseren van een activiteit.

 

Enkele nieuwe belastingen – die de gewone burger echter grotendeels buiten schot lieten – werden ingevoerd. Het ging om belastingen op leegstand, banken en wapenvergunningen. Weliswaar werd de huisvuilbelasting verhoogd, maar hier werd een verlaging ingebouwd voor minderbegoede weduwen, gepensioneerden, invaliden en wezen.

 

Ten slotte werden ongebruikte of verkommerde stadseigendommen te gelde gemaakt.

 

Tering naar de nering

 

Schepen De Smedt kon niet dadelijk uitpakken met grote projecten. Voor de sportsector, bijvoorbeeld, was nieuwe infrastructuur toe ondenkbaar, hoewel onderzoek bewees dat daaraan nood bestond in de Faluintjesgemeenten en Nieuwerkerken.

 

“Met beperkte financiële middelen heeft het weinig zin om ambitieuze plannen te maken”, stelde De Smedt in maart 1991. “De kwaliteit van de sector waarvoor ik bevoegd ben, is gelukkig niet alleen afhankelijk van de financiën. De materiële en menselijke middelen waarover je beschikt, zijn even belangrijk. Ook de motivatie en de creativiteit van bestuurders en personeel liggen mee aan de basis van de verwezenlijking van het beleid.”

 

Werklozenwerking

 

Geslaagde face-lift

 

De Stedelijke Werklozenwerking, aanvankelijk gehuisvest in bijna vervallen en onaangepaste gebouwen, werd ondergebracht in het Stedelijk Trefcentrum Drie Sleutelstraat. Dit heet nu Centrum voor Werklozenwerking en Vrijetijdsbesteding, een vlag die beter de lading dekt. Immers, een pure “werklozenwerking” gelijkt eerder op initiatieven zoals De Loods, waar ook effectieve tewerkstellingsprojecten uitgewerkt worden. Daartegenover is de – overigens zeer geslaagde – Stedelijke Werklozenwerking ook een zaak van vrijetijdsbesteding waaraan ook veel niet-werklozen (gepensioneerden, huisvrouwen) deelnemen. Een plek waar sociale contacten gelegd worden.

 

Getuigt coördinator Marietta Bemus : “Toen de Stedelijke Werklozenwerking in 1989 verhuisde, vreesde ik voor de belangstelling van onze deelnemers aan de cursussen. Vandaag, bij de viering van ons tienjarig bestaan, ben ik zeer fier en opgetogen dat ik samen met 25 vrijwillige lesgevers en ruim 300 aanwezigen mag terugblikken op een vruchtbare en succesrijke werking. Achteraf bleek de verhuis een goede zaak te zijn.”

 

 

 

 

 

De zwarte hoekbrug, eens een begrip, vond heropgebouwd een plaats als monument nabij het nieuwe zwembad.

 

 

Welzijn en Gezin

 

Kinderen opvangen = kinderen opvoeden

 

Patrick De Smedt beschouwt de volwaardige erkenning van de Dienst Welzijn als één van zijn belangrijkste verwezenlijkingen.

 

Hiertoe werd de Dienst Gezin omgevormd ; deze begaf zich steeds meer op het domein van het algemeen welzijn van de bevolking. De zeer enge interpretatie van het begrip “gezin” werd weggewerkt.

 

In de kinderopvang bleef de aandacht voor hygiëne behouden, maar werden nu ook veel inspanningen geleverd voor een meer opvoedkundige aanpak. De hele sector werd gereorganiseerd, nieuwe diensten werden opgericht. De voor- en naschoolse opvang werd veralgemeend en toegankelijk gemaakt voor lagere-schoolkinderen. Een stedelijke dienst voor onthaalouders werd opgericht. De kinderkribben kregen een naam (Oogappel en Duimelot) en werden uitgebreid en vernieuwd. Bovendien werd het personeel volledig herschikt op basis van objectieve criteria. De kinderverzorgsters kregen nu ook permanente bijscholing.

 

Armoede bestrijden

 

Het meerjarenplan van het Aalsters Coördinatiecomité voor Welzijnsbeleid, een uitvoerig werkstuk, werd principieel aanvaard als basis voor de werking van de vernieuwde dienst Welzijn en Gezin.  Het Coördinatiecomité werd vroeger nogal argwanend bekeken omdat het kritisch durfde te zijn en de vinger op de wonden legde. Het secretariaat van het comité kreeg een onderkomen in stadsgebouwen.

 

Met de steun van de hogere overheid en in samenwerking met de welzijnsorganisaties en het OCMW kreeg het Kansarmoedebeleid vorm. De uitgave van een Armoedeboek (dat op een aangrijpende en gedocumenteerde wijze de echte toestand schetst) en de hieruit voortvloeiende start van een “Vierde Wereld”-groep waren markante gebeurtenissen.

 

Wir sind alle Oilsjtneers

 

De Plasvissers uit de Binnenstraat : een compagnie ambiancemakers die niet om een plezanterie verlegen zitten. Neem nu hun jaarlijkse verbroedering met hun Duitse zustermaatschappij.

 

Naar goede gewoonte nodigden ze zes jaar geleden ook de jonge schepen van Vrije Tijd uit. Voor Patrick De Smedt, een van zijn eerste officiële “optredens”.

 

Bij zijn aankomst, net op tijd voor de groepsfoto, sloot Patrick aan bij de achterlinie om naar het vogeltje te lachen. Omdat de klik op zich liet wachten, knoopte hij alvast een gesprekje aan met een oudere medegast. Over “die Welt” en “die Stadt” en “das Fischen”. De heren konden het samen best vinden en het Duits lag hen vlot in de mond.

 

Voor het officiële gedeelte werd de schepen gevraagd plaats te nemen aan de voorbehouden eretafel en een woordje ter verwelkoming te spreken. Patrick gaat rechtstaan om zijn plicht te vervullen als plots van achteraan een echte, volmondige, Aalsterse “godverdomme” weerklinkt.

 

De vriendelijke, oude, vermeende Duitser bleek een geboren en getogen Aalstenaar te zijn … Meer nog : hij had nog steeds een van de kaartjes van De Smedt in zijn binnenzak, die deze tijdens zijn verkiezingscampagne had rondgedeeld. Erger nog : die man had zelfs voor De Smedt gestemd !

 

De rest van de avond hebben zij wel “in ’t Oilsjters voesjgedoon”.

 

Sport en Vrije Tijd

 

Gezonder en eenvoudiger

Tussen 1989 en 1991 lag het hoofdaccent in het sportbeleid op het stimuleren en ondersteunen van de recreatieve sportbeoefening. Zonder afbreuk te doen aan de waarde van de topsport. Zo vormde in 1991 de promotie van Eendracht evenzeer een van de hoogtepunten voor de sportschepen.

 

Om financiële redenen werden de inspanningen vooral gericht op het onderhoud en de vernieuwing van de bestaande infrastructuur. Deze werd tevens toegankelijk gemaakt voor mindervalide mensen.

Met “Den Eendracht” op het stadhuisbalkon

 

Ondertussen stelde de Sportdienst een steeds beter gevulde activiteitenkalender voor, met nieuwe initiatieven zoals de bedrijfssport en de cursussen voor senioren en gehandicapten.

 

De kampioenenhulde kreeg een nieuw gelaat. Vroeger werden verenigingen gehuldigd als ze er zelf om vroegen of als ze “iemand kenden op het stadhuis”. Voortaan werden verdienstelijke club of sportlui allen samen gehuldigd.

 

Moeten er nog beurzen zijn ?

 

De meest opvallende maatregel, was misschien wel de afschaffing van een aantal beurzen om de versnippering tegen te gaan. Deze ingreep viel niet in goede aarde bij heel wat verenigingen. Onder het vorige bestuur organiseerde ongeveer iedere schepen “zijn” of “haar” beurs : de welzijnsbeurs, de vrijetijdsbeurs, de vakantiebeurs, de jeugdbeurs, … Dit kostte handenvol geld aan personeel, huur en materialen. Het huidige stadsbestuur besliste om de commerciële en niet-commerciële beurzen te bundelen in “de” Jaarbeurs.

 

Jeugd

 

Degelijke organisatie

 

Nieuwe jeugdraad zonder politieke spelletjes

 

De hervorming van de jeugdraad maakte een einde aan de verlammende politisering die er jarenlang heerste. Een nieuwe generatie kwam aan het roer door de invoering van een leeftijdsbeperking tot 30 jaar. Ook individuele jongeren en scholen konden nu tot de raad toetreden. Aan het statuut werd samen met externe deskundigen en in overleg met alle geïnteresseerde verenigingen een jaar lang gewerkt. Tegelijkertijd werd een jeugdconsulent in het personeelskader opgenomen.

 

Aalst op televisie

 

De operatie “Schoolkidts”, een actie tegen het spijbelen kreeg nationale weerklank. Schoolmoeheid is een van de hoofdoorzaken van “brossen”. Daarom werd een poging ondernomen om de sfeer en de realisaties in de klassen te verbeteren.

De vroegere uitleendienst werd onder stedelijk beheer gebracht. Het aanbod werd verruimd en ter beschikking gesteld van alle Aalsterse verenigingen.

De nationale kinderdag “Roefel” werd te Aalst een toonaangevend succes.

 

Speelpleinen

 

De bestaande speelpleinen werden systematisch hersteld en onderhouden. Nieuwe speelpleinen werden bij voorkeur aangelegd in sociale woonwijken (Horebekeveld, Beukenhof, Mimosawijk Gijzegem). Telkens werden de speelpleinen aangelegd met inspraak van kinderen en ouders, waardoor later gemakkelijk vrijwilligers gevonden werden om toezicht uit te oefenen. Het sinds jaren geblokkeerde dossier Horebekeveld stond model voor de nieuwe aanpak.

De vakantiespeelpleinwerking werd grondig gereorganiseerd en afgeslankt. Hierdoor konden de monitoren beter geselecteerd en de kwaliteit verhoogd worden. “Minder maar beter” was het motto.

In samenwerking met Horizon en levensvreugde werd een vakantiespeelplein voor mentaal gehandicapte kinderen opgestart.

 

 

Vrede en Internationale Problemen

 

Meer dan symbolische daden

 

“De gemeenten kunnen een bijdrage leveren tot vrede en ontwikkeling”, vindt Patrick De Smedt. De twee fundamenten volgens zijn opvatting zijn “het respect voor anderen” en “de ontwikkeling van alle volkeren”.

Wie ontwikkeling zegt, spreekt ook over mensenrechten. Daarom breidde de schepen het werkterrein van de Stuurgroep” Aalst voor de Derde Wereld” uit tot vredeszaken en mensenrechten. Een principiële toelage voor ontwikkelingssamenwerking van 1 frank per inwoner werd ingevoerd. Hoewel dit bedrag klein is, heeft het een grote symbolische waarde.

Via de scholen, de bibliotheek en het cultureel centrum kwam er langzaam maar zeker meer aandacht voor vredesonderricht. Langs dezelfde weg werden acties gevoerd tegen geweld en vandalisme op het Aalsters grondgebied.

Vrede en Ontwikkelingssamenwerking klommen op tot een vast onderdeel van het stadsbeleid.

Tot de meer opvallende acties uit de periode 1989-1991 behoren de ontvangst van atoombomslachtoffers uit Hiroshima, de officiële inhuldiging van de Vredespaal op het Esplanadeplein, een veertiendaagse “Respect voor de anderen” en hulpacties voor Roemenië en Ruanda.

 

Meer acties

 

De 11.11.11.-actie is vooral een voltreffer dank zij de inzet van ontelbare vrijwilligers. Zegt Patrick De Smedt : “Voor mij is informatie, het gevoelig maken van mensen belangrijker dan het louter ophalen van geld. Toch is er een tijd geweest waarin het politieke luik van de actie slechts gecensureerd in de brievenbussen mocht komen. Ik verwijs naar Zaïre indertijd, waarover ik als gemeenteraadslid nog interpelleerde. Vroeger hielde het engagement van de stad op bij de eenmalige jaarlijkse 11.11.11.-actie. Wij begonnen daarnaast in te spelen op concrete en plotse noodsituaties.”

 

Was ’t goed ?

 

Patrick De Smedt is een zeer ambitieus iemand (soms wel té). Hij stelt steeds zijn politieke verantwoordelijkheden op de eerste plaats, pas dan volgen het financiële en zijn gezin. Indien de mens geen slaap nodig had, zou dit voor hem goed uitkomen, gezien hij zoveel hooi op zijn vork neemt dat een etmaal doorwerken de ideale oplossing zou zijn. Ik heb zelden iemand ontmoet die zo sociaal voelend is als hij. Wie zo’n instelling heeft, mag er voor mij best zijn.

 

Jean-Paul De Boitselier

chauffeur stadsbestuur

 

Patrick, heb oog voor alle leden van de bevolking. Zet uw vooroordelen opzij. Pas de inhoud van de Internationale minder fundamentalistisch toe. Want elkeen onder ons kan ooit een “verworpene der aarde” worden.

 

Georgette Van Lierde

zelfstandige

 

Patrick is bezorgd om het welzijn van iedereen. Hij schuwt de Aalstenaars niet die leven in krotten, die moeten rondkomen met het financiële minimum, die de mogelijkheden niet hebben meegekregen om mee te draaien in de arbeidswereld.

Integendeel, hij stimuleerde dat zij een stem kregen. Hun miserie werd naar de andere Aalstenaars gebracht.

Het blijft trouwens niet bij een stem geven. Hij zet zich ook sterk in om kansen te scheppen waardoor dit menselijk leed efficiënt kan weggewerkt worden. Zijn bescheidenheid hierbij siert hem.

Als hulpverlener doet het mij plezier te ervaren dat vanuit verschillende hoeken gewerkt wordt aan de talrijke menselijke problemen.

 

Leen Van Nuffel

ondervoorzitter Coördinatiecomité voor Welzijnsbeleid

 

Patrick De Smedt is lid van de pluralistische raad van beheer van het Vredeshuis en heeft deze vereniging altijd gesteund. De vredesidee heeft hij niet alleen bij elke gelegenheid verdedigd., maar ook steeds zelf toegepast door zijn openheid en respect voor de anderen in discussies en beslissingen.

 

Dr. Jef De Loof

voorzitter Vredeshuis

 

De organisatie van de Beker van België en het Europees kampioenschap boogschieten liggende wip te Aalst werd een succes, mede dankzij de sportdienst en de schepen, die deden wat ze beloofden. Het systeem waardoor alle verenigingen een keer per jaar een beroep kunnen doen op de hulp van de stad voor een grote organisatie, werkt goed.

 

Edmond Schelck

Belgische Nationale Federatie Liggende Wip

 

Patrick had eerder al een vereniging van amateur-kunstenaars opgericht. Als schepen nam hij later voor de Vrijetijdssector het initiatief om met ons een tweejaarlijkse tentoonstelling op te zetten in het Cultureel Centrum. Dat vergeten we niet.

 

Mariette Goedvriend

bestuurslid Vrijetijdscomité

 

In de streek van Gisenyi, Rwanda, werd in 1987 een landelijke looierij opgericht, Cotagirwa genaamd. Onder de sterke impuls van schepen Patrick en dank zij de onverdroten ijver van Marcia De Neve werd in 1991 een lederafwerkingsafdeling toegevoegd. Dit was mogelijk dankzij de inzet van de stuurgroep “Aalst voor de Derde Wereld” en de bijdrage van menig Aalstenaar. Hierdoor kregen 25 werknemers een betere overlevingskans. In november 1993 nog, konden een aantal stagiairs (waaronder 6  Zaïrezen) opgeleid worden tot looiers.

In april 1994 werd alle contact met Gisenyi verbroken. Onlangs vernam ik dat sommige leden van Cotagirwa gevlucht zijn naar hun collega’s in Zaïre, tot de rust in Rwanda zal hersteld zijn.

 

Ward Bauwens

projectleider Cotagirwa

 

Dit bestuur heeft aandacht voor minder valide mensen: een aangepaste speelpleinwerking en sportinstallaties, aanpassing van voetpaden en telefooncellen, aangepaste informatica voor personeel. Wij zijn op de goede weg.

 

Martin Van Der Speeten

ere-voorzitter OCMW

 

Nu nog beter !

 

 

De SP-enquête

 

Reis doorheen Aalst in 80 vragen

 

Een partijprogramma opstellen is één zaak, ervoor zorgen dat het aansluit bij de behoeften en verwachtingen van de bevolking is iets heel anders. De Aalsterse SP gaf iedereen de kans om zich uit te spreken over 80 hete hangijzers van het gemeentebeleid.

In juli kregen alle inwoners van Groot-Aalst een uitgebreide vragenlijst over het toekomstig beleid in de bus. Het initiatief werd genomen door SP-lijsttrekker Marc Galle. De antwoorden op de enquête verschaften de SP een basis voor het opstellen van haar partijprogramma.

Het aantal antwoorden was verbluffend voor een rondvraag van dit type. Niet minder dan 3000 medeburgers stuurden een ingevuld formulier terug, vaak vergezeld van bijkomende commentaren. Op die manier werkten ruim 9 % van de kiezers rechtstreeks mee aan de totstandkoming van de krachtlijnen voor de toekomst. Wie durft nog beweren dat de politiek de mensen koud laat ?

De antwoorden op de enquête werden verwerkt door Johan Van Biesen en gebruikt om het SP-programma te onderbouwen. Over de concrete resultaten kunnen we hier niet in detail treden. Vermelden we toch twee opvallende conclusies. De stedelijke openbare werken, waarover u uitgebreid informatie krijgt in deze krant, worden over de hele lijn hoog gewaardeerd. Verrassend, maar deugddoend, is dat maar liefst twee Aalstenaars op drie uitdrukkelijk wensen dat de SP in de bestuurscoalitie blijft. Eén op vijf laat het antwoord op de vraag open, terwijl slechts één op vijf vindt dat de SP niet de geschikte partner is. De goede werking van de SP-mandatarissen is dus wel degelijk bekend en wordt op prijs gesteld door een ruime meerderheid van de bevolking.

 

Meer informatie over de enquête en het SP-programma krijgt u bij het Studiecentrum Marc Galle, Houtmarkt 1, 9300 Aalst (tel. 77 00 71).

 

Huisvesting

 

Het verdriet van Aalst

 

Ondanks de inspanningen van het huidige stadsbestuur draagt Aalst een zware schandvlek. De stad is niet in staat om alle inwoners een degelijke en/of betaalbare woning te bieden. Hoewel de middelen van een stadsbestuur beperkt zijn, moet de oplossing van dit knelpunt ook in het volgend bestuur absolute voorrang blijven krijgen.

 

Slapen in de cel

 

Reeds vanuit zijn vorig departement, waar hij bevoegd was voor Welzijn, is huisvesting één van Patrick De Smedts prioriteiten geweest. “Gewoon omdat de toestand in Aalst zo dramatisch is”, vertrouwt hij ons toe. “Ik ondervind dat dagelijks. Mensen schuiven aan omdat ze geen woonst meer hebben, omdat ze ongezond wonen, omdat de huishuren zo ongelooflijk hoog zijn. En je kan ze niet helpen. Dat is tragisch. De mensen lopen rond, maar vangen overal bot. Op dit ogenblik is er geen oplossing in Aalst. Vandaag laten we een tiental gezinnen slapen in bureaus van de stad. Onvoorstelbaar, zonder enig comfort of voldoende sanitair. Wie kan zich dat voorstellen ? Soms laten we mensen in politiecellen of in het ziekenhuis overnachten. Die toestanden bestaan hier nog, hoewel weinigen dat goed beseffen. Dat is mijn grote frustratie.”

 

Aan schrijnende, maar echte verhalen ontbreekt het niet. Een Panorama-uitzending van enkele jaren geleden verwekte opschudding, maar toonde de werkelijkheid waarmee Patrick De Smedt vrijwel dagelijks geconfronteerd wordt. De verhalen die hij ons vertelt, ontnuchteren.

“Deze wantoestanden zijn een gevolg van de vrije markt”, verklaart De Smedt. “De vraag naar woningen is groot, het aanbod te klein. Daardoor schieten de huurprijzen op tot schandalige hoogten. 15 000 frank voor een kamertje zonder comfort is geen uitzondering.”

 

Veel, maar niet genoeg

 

Blijft de schepen bij de pakken zitten, zijn woede ten spijt ? “We hebben er veel aan gedaan met dit bestuur, maar de resultaten zullen pas in de loop van volgend jaar ten volle duidelijk worden. Er worden, deels door de stad zelf, deels door de sociale bouwmaatschappijen en het OCMW, 600 sociale woningen in de steigers gezet. Jaarlijks maken we een budget vrij voor de vernieuwing en aanpassing aan de hedendaagse comfortnormen van onze eigen sociale woningen, die nog dateren uit de jaren stillekes. We hebben voorzien in noodwoningen. We hebben de belasting op de leegstand ingevoerd, om speculatie met woningen te lijf te gaan. Op aandringen van de stad heeft het OCMW een sociaal verhuurkantoor opgezet.

 

Leven met 350 000 F per jaar

 

“Tegelijkertijd werden er strengere criteria ingevoerd voor de toewijzing van stadswoningen, opdat de echte behoeftigen er zouden van genieten. Bij ons mag je als alleenstaande niet meer dan 350 000 frank per jaar netto verdienen om in aanmerking te komen. Niettemin heb ik voor de 140 stadswoningen honderden dossiers klaarliggen van mensen die aan de criteria voldoen.

Er is een reglement gekomen op kamerverhuur. Hoe dan ook zullen we gebruik maken van de wet die toelaat leegstaande woningen op te eisen.

We zullen ook zeer actief worden in het opkopen van krotten om ze daarna af te breken en een nieuwe bestemming te geven. Nog een opdracht voor de grondregie.”

 

Onmacht, teleurstelling en hoop

 

Andere realisaties zijn een woonwagenterrein en al dan niet sociale verkavelingen. De onmacht om iedereen binnen redelijke termijnen te helpen, blijft echter tergend. Zelfs al pakt het stadsbestuur het probleem doortastend aan. Maar een woning bouwen of vernieuwen, kan je niet op één, twee, drie.

“Dat is mijn grote teleurstelling”, bekent Patrick De Smedt. “Ik denk dat deze prioriteit zeker moet blijven bestaan onder het volgende bestuur. Tot de toestand opgelost is. Huisvesting is een van de basisbehoeften van alle mensen, daar begint alles, daar hangt zoveel meesamen. Als je ziet welk beslag de huishuur legt op het inkomen van mensen die al niet veel hebben … Maar ook voor wie niet direct in de miserie zit, is betere huisvesting een goede zaak. Vernieuwing en bouw van woningen brengen een pak werk in de streek”.

 

De kerk in het midden

 

De subsidiëring van de kerkfabrieken door de stad is altijd een van Patrick De Smedts stokpaardjes geweest. Hij liet zich als gemeenteraadslid opmerken door kritische tussenkomsten terzake. Tegenwoordig horen we daarover niet veel meer. Nochtans wijkt de schepen ook vandaag niet af.

Zegt De Smedt : “Ik blijf erbij dat er van een echte scheiding van Kerk en Staat geen sprake is, zolang de gemeentebesturen verplicht worden om alle tekorten van kerkfabrieken bij te passen. Maar de wet uit de tijd van Napoleon blijft nu eenmaal de wet en als stadsbestuur heb je er geen vat op. Openbare Werken kijkt er nauwlettend op toe dat er overleg is met de kerkraad. Wij stimuleren hen om zelf inspanningen te leveren, opdat de last voor de rest van de bevolking niet te hoog zou oplopen. Zo doet Herdersem een omhaling voor de medefinanciering van de werken aan de kerk en werd de kapel in de Gentsestraat verkocht om de herstelling van de Meuleschettekapel te helpen betalen.

Begrijp me niet verkeerd : ik ben een voorstander van het behoud en de restauratie van kerken die een cultuurhistorische waarde hebben, zoals de Sint-Martinuskerk. Daar doe ik alles wat mogelijk is om het dossier vooruit te helpen. Maar nu nog nieuwe kerken bouwen in een stad die er al 18 heeft en waar het aantal praktiserende gelovigen daalt, vind ik overdreven.”

 

 

De Heilig-Hartkerk in de steigers : één van de 18 Aalsterse kerken.

 

 

Door de bril van een ander …

 

Bekwame en toegewijde politici worden eerder zeldzaam. Je moet er immers veel voor over hebben, avonden en weekends opofferen, steeds ten dienste staan, veel over je heen laten gaan, en dat alles veelal ten nadele van het familieleven.

 

Patrick De Smedt is een van deze zeldzaam wordende knappe jonge politici, de met inzet en overtuiging ijveren voor de medemens. Hij is inmiddels geen “belofte” meer, gezien hij op een overduidelijke manier heeft aangetoond dat hij ook de moeilijkste uitdagingen aankan.

 

Het is gemakkelijk besturen als je met geld kunt gooien. Doch aangezien ook in Aalst moest worden bespaard, heeft Patrick zijn bestuurskwaliteiten moeten aantonen in de moeilijkst denkbare omstandigheden.

 

Hij heeft over zijn eigen partij en de grenzen van Aalst heen veel waardering afgedwongen. Ook de mijne.

 

Karel Van Miert

Europees Commissaris

 

Ik volg sinds jaren elke gemeenteraad. Ik heb burgemeesters en schepenen zien komen en gaan. Als geïnteresseerde waarnemer kan ik alleen maar zeggen dat dit bestuur, objectief gesproken, zeer sterk is. Zij hebben krachtig bestuurd en met resultaat.

 

Herman De Cock

wakkere burger

 

Onze schepen is veeleisend voor zijn medewerkers, maar is dat ook voor zichzelf. Hij is zeker niet het type van de joviale, populaire politicus en weet dit zeer goed. Hij heeft de gave van het woord, is zeer taakgericht bezig en behaalt ook resultaten. Hij gaat daarbij uiterst bedachtzaam te werk. Hij maakt zich nooit kwaad, je mag er veel tegen zeggen. Kritiek ? Is altijd mogelijk. Vaak wil hij 10 dingen tegelijk aanpakken, zonder geduld. Hij neemt ook alles ontzettend ernstig op. Wat meer relativeringsvermogen en gezonde ontspanning op zijn tijd, zou hem geen kwaad doen. Zo zie je : niemand is perfect. Misschien is dat wel zijn grootste probleem.

 

Carina, Marcia en Hugo

secretariaatsmedewerkers

 

Ik heb Patrick altijd gekend als een doorzetter, die en klare kijk op de zaken koppelt aan een enorme dosis energie. Als hij zich in iets vastbijt, kent hij geen rust. Wat mij het meest boeit in zijn persoon, is zijn sociale bewogenheid, hulpvaardigheid en respect voor alle mensen, zonder onderscheid van ras of overtuiging. Ook zijn dossierkennis en de flair om anderen te overtuigen en zo te bereiken wat hij wil, wars van achterbakse praktijken.

 

Patrick is een politieker waarin ik vertrouwen heb, en bovenal een goede vriend van mezelf en Gracienne.

 

Odilon Mortier

televisiefenomeen

 

Een jong politicus die reeds jaren blijk geeft van doorzettingsvermogen. Hij behoort zeker niet tot degenen die het moeten hebben van een “pepsodent-glimlach” en handjes drukken.

 

Integendeel, hij hoort thuis bij de ernstige beleidslui met een ruime visie op de toekomst. Moet ik er nog aan toevoegen dat hij een voorbeeld is van rechtschapenheid ? Mensen zoals Patrick hebben we nodig voor de toekomst.

 

Willy Vernimmen

ere-parlementslid

 

Patrick is één van onze politiekers die zich veel aantrekt. Hij is altijd bezig en vergeet dan soms een hand te geven of goeiedag te zeggen. Dat hoor ik aan mijn toog. Maar ik weet, en zeg dat ook tegen mijn klanten : “Dat is omdat hij met teveel bezig is.” Ik hoop dat ze mij geloven, maar of hij nog veel stemmen zal halen, daar vrees ik voor.

 

Miel Bombeeck

uitbater Volkshuis

 

Op 25 juni 1993 werd door de vakbonden en de bevoegde minister het Sectoraal Akkoord ondertekend.

 

Ik reken op de socialistische mandatarissen om dit akkoord ook voor het personeel van het Stadsbestuur en het O.C.M.W. te laten toepassen.

 

Benny Wauters

ACOD-voorzitter

 

Patrick woonde niet ver van ons en bracht zijn jeugd door op de rechteroever in Mijlbeek, de “goeie kant van ’t woter”.

“Kant kiezen” is voor mij geen enkel probleem : ik kom niet op voor een kleur, sta of stond op geen enkele kiezerslijst, heb zeker geen enkele politieke ambitie en wil dan ook vooral niemand discrimineren of op een schavotje plaatsen.

Van Patrick weet ik dat hij altijd een ‘stil manneke” was, sociaal en socialist, rood vanonder tot boven zoals gans zijn familie. Iedereen heeft trouwens het recht in ons democratisch bestel de kleur te kiezen die hij verkiest.

 

Kleur is bijzaak, mens onder de mensen zijn is heel wat belangrijker, nu nog meer dan vroeger. Hoewel we er soms bonken kunnen op afgeven en nogal eens durven lachen met de gevestigde waarden, vooral rond vasteloaved, bleef Patrick toch altijd een vriend, of moet in nu “kameraad” zeggen, ook al schoot ik al eens figuurlijk door de “planchei”.

 

’t Is plezierig vrienden te hebben zonder dat de politiek en de kleur moet primeren, ’t is zo al moeilijk genoeg. Phil Bosmans zei me ooit, en dat is dan een overtuigde katholiek, maar een mens onder de mensen. “Kamiel jongen, we lachen wij wel eens met de politiek en de politiekers, en gij dan vooral, maar laat ons niet vergeten dat als zij er niet meer zijn, de bulldozers komen”.

 

Voilà,  ik stond nu weer niet alleen met een foto, maar ook met een tekst in een politiek kiesmanifest !

 

Onze voorouders hebben er letterlijk en figuurlijk voor gevochten om te kunnen en mogen stemmen. Laat er ons gebruik van maken, stem voor “de goei”, van gelijk welke kleur, er zijn geen slechte bij.

 

Kamiel Sergant

Keizer Carnaval

 

Als gewezen schepen van openbare werken, verheug ik me ten zeerste dat onder het huidig bestuur heel wat realisaties, waarvan de basisideeën uiteindelijk terug te vinden zijn in het structuurplan van Aalst Centrum, tot stand zijn gekomen.

 

Ik ben ervan overtuigd dat al deze initiatieven zullen bijdragen om in onze stad en onze gemeenten het leefklimaat opnieuw een menselijk karakter te geven. Ik hoop dat door de beleidsverantwoordelijkheid van het bestuur aan de schepen van openbare werken de ruimte wordt gegeven verder te werken om de twee krachtlijnen – die ik terugvindt in zijn beleid – enerzijds kleinschalige, milieuvriendelijke initiatieven en anderzijds het erkennen van de grote waarden van ons bouwkundig erfgoed, waar te maken.

 

En naast al het goede, durf ik aandringen om heel wat meer aandacht te geven aan het onderhoud van onze stad in het algemeen, opdat al deze realisatie blijvend tot hun recht zouden komen.

 

Jan De Neve

 

Onze Patrick is de jongste SP-er in het college van burgemeester en schepenen. Soms is hij een dromer, soms in zichzelf gekeerd. Maar als schepen is hij open, vol ideeën, krachtdadig en correct hardwerkend. Bovendien is hij zeer begaan met “de mens”.

Daardoor is hij zeker voor mij een pracht van een sociaalvoelende en –werkende collega.

 

Anny De Maght-Aelbrecht

burgemeester

 

 

In het Volkshuis met uitbater Miel Bombeeck en gemeenteraadsleden Maurice Barrez en Jan De Bruecker :Goeiendag”.

 

 

Respect voor de oppositie

 

“Als de oppositie met een voorstel op de proppen komt, moet het minstens ernstig onderzocht worden. Zelfs als je daarom een beslissing moet uitstellen. Als blijkt dat het voorstel een verbetering is, moet je het opnemen in het dossier en luidop durven meedelen dat het vanuit een andere hoek komt.

 

In de commissie Openbare Werken, waaraan ook raadsleden van de oppositie deelnemen, worden alle dossiers open besproken. Neem de verbetering van buurtwegen. Ik ken ze niet allemaal, dus doe ik een beroep op de collega’s om te helpen aanduiden welke er het slechtst aan toe zijn of het meest gebruikt worden Samen kiezen levert betere beslissingen op. Desnoods wordt een bestek op zijn kop gezet ten bate van een beter voorstel. Mede doordat er in overleg kan beslist worden tijdens de commissievergaderingen, is er relatief weinig oppositie in de gemeenteraad.

 

De zaak van het oude zwembad – oorspronkelijk zou het verkocht worden – staat model voor de wijze waarop meerderheid en oppositie ondanks harde woorden elkaar toch kunnen vinden.

 

Voor diegenen die oppositie voeren om de oppositie, en zo zijn er natuurlijk ook, kan ik geen respect opbrengen. Ik laat hun dat ook voelen. Sommigen beseffen nog altijd niet dat de stad hiermee niet gediend is en dat de bevolking bovendien deze ‘electorale tussenkomsten vroeg of laat doorprikt.”

 

Waterzuivering in Aalst

 

Sinds 10 jaar voert het Vlaams Gewest werken voor waterzuivering uit in het Denderbekken. Het tempo van deze werken versnelde in 1991 toen de NV Aquafin werd opgericht en het bekken tot een van de zeven prioritaire gebieden in Vlaanderen werd verklaard. Ondertussen zijn te Aalst meer dan de helft van de basisprojecten uitgevoerd. Het gaat meer bepaald om het waterzuiveringsstation, collectoren voor afvalwater en rioleringen.

Tegen 2001 zal de basisinfrastructuur ter waarde van 2 miljard frank er grotendeels liggen. Daarmee houdt het werk echter niet op. Elke riool moet dan aansluiten op het groot netwerk (het totaal rioleringsplan). De kost van dit plan schatten wij op 3 miljard, zonder de ermee verbonden wegenwerken.

Met de stadsingenieurs op bezoek bij de grote
collectorenwerken op Aalst Rechteroever

Eerder al was Aalst een voorloper inzake de bouw van waterzuiveringsinfrastructuur. Talrijke uitvoeringstudies werden in opdracht van Aquafin door de dienst Openbare Werken opgemaakt. Nu het grote, dure, maar minder spectaculaire werk eraan komt, moet de motivatie even sterk blijven.

 

Zodra de eerste resultaten voor iedereen zichtbaar worden, zal de gemeenschap met aandrang vragen dit werk, dat zo’n groot belang heeft voor de volgende generaties, af te maken.

 

 

Patrick privé

 

Beste film

Ontegensprekelijk Schindler’s List en uiteraard Daens van Stijn Coninx. Ook Philadelphia met de titelsong van Bruce Springsteen maakte indruk.

 

Beste televisieprogramma

De programma’s van Marc Uytterhoeven vind ik goede televisie, maar mijn kijkbuiservaring beperkt zich vaak tot het BRT-Journaal. Af en toe probeer ik een informatief programma mee te pikken, maar ook van goede humor (“Allo, Allo” of “Schone Schijn”) geniet ik.

 

Muziek

“In my house beluister ik graag de Franse chansons en de kleinkunst- en protestzangers uit de jaren ’70. Eigenlijk hou ik het meest van klassieke muziek. “De Nieuwe Wereld” van Dvorák en Rachmaninofs tweede klavierconcert zijn mijn favoriete werken. Ook Greoriaanse muziek brengt mij soms tot rust. Iets lichter en jonger, maar ook goed : Laura Pausini en Eros Ramazotti.

 

Boeken

Op het nachtkastje liggen strips, naast Knack en Humo. Voor het slapen gaan lees ik graag nog wat korte artikels. Ik verzamel de Actueelreeks van de Radio 1-journalisten. Gekocht en gelezen tijdens de Netwerk-boekenbeurs : “Wankele Wereld” van Miel Dekeyser, “Leuven 68” van Paul Goossens en “Wilde Zwanen” van Jung Chang.

 

Hobby

Vroeger heb ik wat geschilderd, nu ontbreekt daarvoor de tijd. Alles wat met mensen en politiek te maken heeft, blijft mij nog het meest boeien. Zo vloeien werk en hobby nu in elkaar.

 

De inwendige mens

Ik hou van gerechten die klaargemaakt zijn met (veel) look. Ongetwijfeld tot groot ongemak van mijn collega’s schepenen en mijn naaste medewerkers. In de vloeibare sector genieten een wijntje en een Guinness van ’t vat mijn voorkeur.

 

Beeldende kunst

In de schilderkunst heb ik het voor modernistische werken. Naast een tweetal werken van mijn broer Harry Pinky, heb ik thuis nogal wat doeken van mijn jeugdvriend René Van Gysegem. Als de portemonnee het toelaat, koop ik wel eens werk van Aalsterse kunstenaars. Het stadsbestuur kan natuurlijk meer. Schepen Gracienne Van Nieuwenborgh bracht een vernieuwend aankoopbeleid tot stand, zodat nu ook in de kantoren van Openbare Werken enkele prachtige hedendaagse kunstwerken te bewonderen zijn.

 

Belangrijkste citaat

Ik bewaar interviews met allerhande mensen die iets te vertellen hebben. Knappe uitspraken noteer ik in een schrift. De beste en nog zeer actuele uitspraak is er een van Bertold Brecht over fascisme : “Verheug u niet te zeer over zijn nederlaag, want hoewel de wereld opstond om ’t monster te stoppen, is de teef die het baarde weer loops.”

 

Opvallende politieke feiten

Te Aalst : de aansluiting van de Vrije Democraten, komende van de CVP, bij de toenmalige PVV. In Brussel maakte de massale toeloop bij het overlijden van Koning Boudewijn indruk. De Europese verkiezingsuitslag deed Verhofstadt een toontje lager zingen. Internationaal houden de schrijnende beelden van eng-nationalistisch geweld, honger en armoede zowat overal ter wereld mij wakker. De Westerse onmacht en onwil is onverantwoord.

 

Gewaardeerde politici

Bert Van Hoorick is en blijft mijn groot voorbeeld. In de huidige gemeenteraad heb ik zonder namen te noemen waardering voor de inzet en kunde van verscheidene collega’s. Nationaal waardeer ik Norbert De Batselier (alhoewel hij van Dendermonde is). Hij is ideologisch sterk, rechtlijnig, correct en deskundig, maar blijft toch bescheiden. De kordate stijl en aanpak van Louis Tobback spreekt mij aan, wie niet ? Ik vermeld ook graag Jef Sleeckx en, buiten de SP, Willy Kuijpers.

 

Grootste ontgoocheling als schepen

Dat we het zo noodzakelijk dierenasiel niet konden realiseren, ondanks de inspanningen van de vereniging en het stadsbestuur. Ook de plaatsing van de beruchte reclamevlaggenmasten kan ik alleen maar blijven betreuren.

 

Grootste opsteker als schepen

Zonder twijfel het behoud van het oude zwembad, een avant-gardistisch gebouw van architect Willy Valcke, dat met respect voor het karakter van het gebouw door de stadsarchitecte Hilde Eylenbosch op prachtige wijze omgevormd werd tot kunstacademie. Maar ook minder opvallende realisaties hebben mij deugd gedaan, zoals de herstelling van onze beluiken, getuigen van de 19de-eeuwse leefomstandigheden in de industriestad Aalst ; de restauratie van de Zwarte Hoekbrug en de Oude Sasbrug te Herdersem en zelfs de brugjes in het stadspark.

 

Heb ik iets met brugjes ?

 

Socialisme, vanuit de buik, met verstand

 

Ik kreeg het socialisme als het ware met de moedermelk mee. Niet dat mijn ouders mij hiertoe intellectueel stimuleerden. Zij gaven mij gewoon vanuit hun levenshouding als eenvoudige arbeiders het juiste voorbeeld.

 

Mijn moeder is nu 82 en heeft vooral tijdens de oorlogsjaren veel zwarte sneeuw gezien. Ik ben blij dat zij nu nog, in haar eigen stijl, dezelfde verhalen kan vertellen aan mijn zoon. Haar socialisme is oprecht. Haar verhalen zijn zo bruikbaar voor een nieuwe Daensfilm.

 

Dank zij de socialisten heeft zij het nu goed en kon ik studeren. Mijn socialisme heb ik niet uit de boeken, maar uit het bewustzijn van onze familie. Niettemin hebben studie en literatuur het als mijn ideologie en ideaal verdiept.

 

Bij de Jongsocialisten “wier hart links van de SP klopt”, ben ik politiek actief geworden.

Ik geloof dat je in de gemeentepolitiek vooral socialist moet zijn vanuit de praktijk. Het betekent dagelijks werken aan de feitelijke probleemsituaties waarmee mensen van vlees en bloed geconfronteerd worden. In die zin moet je voortdurend waakzaam zijn en bijna spontaan inspelen op de zich steeds wijzigende verwachtingen en noden.

Daarom was het goed dat de Aalsterse SP voor de opmaak van haar programma eerst de volledige bevolking raadpleegde.

 

Als oudere mensen zich vandaag onveilig voelen, dan moet het politiekorps reorganiseren en de nodige middelen schenken.

 

Als de woningnood voor honderden Groot-Aalsterse gezinnen uiterst schrijnende afmetingen aanneemt, dan moet je sociale woningen bouwen en de verkrotting belasten.

 

Als AIDS onze jongeren bedreigt, dan moet je niet het vermanend vingertje opsteken, maar informeren en condoomautomaten plaatsen.

 

Als de mensen meer groen wensen, dan moet je in onze wijken en dorpen bomen en bloemen planten.

Als Rwanda sterft, dan moet je acties ondernemen.

 

Je moet met andere woorden steeds nieuwe antwoorden geven en nieuwe ideeën aanbrengen. Weliswaar altijd vanuit een socialistische visie, trouw aan je principes, vaste waarden en idealen. Die heten : rechtvaardigheid, gelijkheid, vrijheid, verdraagzaamheid en opkomen voor elkaar.

 

Niet alle socialisten interpreteren deze waarden op dezelfde manier. Ook niet in Aalst. De wijze waarop je het socialisme in de praktijk brengt, en hoever je daarin wil gaan, kan verschillen. Hoewel ik het daar soms moeilijk mee heb, zijn de verschillende tendensen een goede zaak voor de groei van onze overtuiging en beweging. “Ons Heer moet van alles zijn getal hebben.” Mijn socialisme is een voortdurende strijd voor sociale vooruitgang en een goed bestaan voor iedereen, zowel materieel als cultureel. In de wereld, in dit land, maar zeker ook in onze stad hebben nog teveel mensen het minder goed of ronduit slecht.

Het verhaal van het socialisme is dus nog lang niet ten einde.

 

 

Juni 1994  Mijn papa

 

Brent          Mijn papa is 37 jaar en heeft het heel druk. Mijn papa is schepen. Hij is altijd weg. Elke maandag heeft hij vergadering met de burgemeester. Dan moet ik tot ± 20 uur bij mijn kozijn Damiën blijven. Rond 20 uur komt mijn papa mij dan halen en zet me thuis af bij mijn mama. Daarna gaat hij meteen weer werken. Hij werkt thuis ook soms wel tot in de nacht. Daardoor kan hij ’s morgens niet uit zijn bed en komt dan te laat op zijn werk. Maar om toch nog op tijd te zijn eet en scheert hij zich terwijl hij met de auto naar zijn kantoor rijdt. De andere dagen haalt hij mij af om vijf uur of halfzes maar wanneer hij me dan thuis afgezet heeft bij mijn mama gaat hij weer naar de vergadering. Mijn papa vergeet ook wel eens iets te doen voor mama omdat hij te druk bezig is met zijn werk. Wat ik dus later zeker niet wil worden is SCHEPEN !!!

 

 

Steekkaart Openbare Werken en Patrimonium

 

Het departement Openbare Werken is ongeveer gelijkwaardig opgesplitst in drie luiken : wegen, gebouwen en technieken. Het investeringsprogramma bedraagt gemiddeld 250 à 300 miljoen per jaar, met uitzondering van de jongste twee jaar, toen de investeringen tot ongeveer 500 miljoen opliepen.

 

De dienst Uitvoering telt circa 400 medewerkers, of ongeveer een derde van het totale stadspersoneel.

                                                                                                                                            

Iets minder bekend dan Openbare Werken, maar even belangrijk is de op de achtergrond werkende dienst Patrimonium. Deze dienst helpt “in stilte” de grote dossiers tot stand komen.

 

Hij zorgt onder meer voor de aankoop en verkoop van gebouwen, onteigeningen, het verleggen of afschaffen van buurtwegen en waterlopen.

 

De stedelijke grondregie, een instrument waaraan de socialisten groot belang hechten en tijdens deze bestuursperiode weer actief gemaakt werd, geeft het Aalsters grondbeleid vorm. Zij realiseert onder meer verkavelingen (ook sociale) en KMO- of industriezones.

 

Indien deze materie u boeit, kunt u op eenvoudige aanvraag een uitgebreid overzicht van de realisaties en de werking van deze diensten verkrijgen.

 

Bel nummer 70 33 56.

 

Een Aalsters toemaatje

 

Door Dr. Marc Galle

 

 

Zoekertje : wie is de nieuwe Ajuinboer ?

 

Tiet is een nevenvorm van tit, dat al in het Middelnederlands bestond. Andere nevenvormen zijn tette, tot en teite.

 

Op ons Belfort hing een uurwerkplaat met koperen Romeinse cijfers. Door omstandigheden werd deze vervangen door een eerst betwiste plaat met koperen bollen, die onmiddellijk op de onuitputtelijke verbeelding van onze carnavalstoet werkte. De Belforttoren werd “den tettentoeren”.

 

Nu de restauratie van de toren aan de gang is, vroeg men zich af of men opnieuw de oude uurwerkplaat moest ophangen en niet meer “de tetten”. De Dienst Monumentenzorg maakte geen keuze en liet de beslissing aan Aalst over. Die was vlug gemaakt want er wordt hier rekening gehouden met de sindsdien ontstane Aalsterse liedjes over de toren en allerhande nabootsingen op Carnavalwagens, met daarbij de al bestaande aanduiding van lichaamsdelen als de “bèzze”, de “kont” en ‘t “gat van de mèrt”. De recente verbeelding heeft het op de ouder geschiedenis gehaald. Aalst lééft !

 

Progressieve samenwerking

 

Tijdens deze gemeenteraadsverkiezingen neemt een verruimingskandidaat plaats op de SP-lijst. Het gaat om de voorzitter van de Mikisclub, Agnes Vinck.

 

Voor alle duidelijkheid : de Aalsterse communisten stappen niet over naar de SP. Zij blijven een zelfstandige activiteit ontplooien. Niettemin betekent zo’n overeenkomst voor de gemeenteraadsverkiezingen nu ook in Aalst voor het eerst het begin van verder overleg.

 

Fractieleider Eddie Monsieur en Patrick De Smedt onderhandelden het akkoord namens de SP. Het wordt misschien wel de voorbode van een nog grotere bundeling van progressieve krachten. Commentarieert De Smedt : “Het doet mij plezier dat de Aalsterse communisten nu ook electoraal hun keurslijf afgooien en bereid gevonden werden tot samenwerking. Zo trekken ze de lijn van democratische openheid door die ze hier al meer dan 25 jaar toepassen in hun contactcentrum Mikisclub.”

 

De Smedt wenst dat de samenwerking tussen de SP en andere progressieve personen of strekkingen nu goed op gang komt. Hij verwijst graag naar het verregaande initiatief van minister De Batselier te Dendermonde. Daar komen ze niet alleen samen op, ze stelden ook in overleg een bijzonder interessant programma op en maakten sluitende afspraken over de samenwerking na de verkiezingen.

 

Heeft het gesmaakt ?

 

De Kieskrant serveerde u al een hele hap informatie.

Maar er valt natuurlijk nog zoveel meer te vertellen.

Hebt u nog vragen ?

Wenst u bijkomende documentatie ?

Wilt u bepaalde punten met Patrick De Smedt persoonlijk bespreken ?

 

Altijd welkom na een telefoontje op nummer 70 33 56.

 

Een abonnement op deze krant ?

 

Dat kan. Stem gewoon voor de vierde kandidaat op de SP-lijst en laat Patrick De Smedt zijn werk verderzetten. Hijzelf verbindt zich ertoe u, zijn kiezer, jaarlijks te informeren over wat reilt en zeilt in UW gemeente.

 

 

Aan de redactie van deze Kieskrant werkten mee :

Jos, Luc, Bob, Fanny, Jo, Gerrit, Walter, Robby, Saylvain, Patrick, Rik, Marc, Marcia, Marc, Fred, Hendrik, Hugo, Johan, Brent.

 

Lay-out en realisatie :

DP&E – Bob Hemmeryckx

 

Verantwoordelijke uitgever :

Voor de SP Aalst : Patrick De Smedt, Schoolstraat 12, 9300 Aalst.