SPOTS
EXTRA
OKTOBER
2000
De SP heeft een nieuw nummer één op haar lijst voor de
gemeenteraadsverkiezingen. In deze Spots Extra laten wij u graag kennismaken
met Patrick De Smedt. In
een interview antwoordt hij rechttoe, rechtaan op moeilijke vragen. Verder
krijgt u een overzicht van de realisaties waarin Patrick
en zijn collega’s schepenen voor de SP - Gracienne
Van Nieuwenborgh, Dirk De Meerleer en Patrick Jacobs – een hoofdrol speelden. Maar Patrick zou zichzelf niet zijn, als hij niet uitvoerig
toelichting verschafte bij het SP-programma voor de
volgende jaren. Wij vragen u dan ook Patrick De Smedt te steunen bij de voortzetting van zijn vernieuwend en sociaal beleid. Niet zomaar, wel omdat
uitvoerig bewezen werd dat zijn woorden ook met de juiste daden gepaard gaan.
Hetzelfde geldt trouwens voor de andere SP-kandidaten.
Een opvolger voor Bert Van Hoorick
(1976) en Marc Galle (1982,
1988 en 1994) zoeken was geen gemakkelijke opgave. We hebben er in de partij
erg goed over moeten nadenken, omdat elke uittredende schepen een volwaardige
kandidaat was voor het lijsttrekkerschap. Toch tekende zich snel overeenstemming
af over de persoon van Patrick. Ook zijn voorgangers
vonden het een goed idee. Patrick kreeg voluit de
steun van Bert, die spijtig genoeg begin dit jaar overleed. Wat Marc er van vindt, leest u elders
op deze bladzijde.
Stemmen voor Patrick De Smedt is trouwens verstandig kiezen voor de toekomst.
Niemand combineert op zijn wijze een relatief jonge leeftijd en dynamisme met
een heel lange ervaring. Hij werd op zijn 25ste verkozen tot
gemeenteraadslid en nam zes jaar later voor de eerste keer een schepenambt op.
Bij vriend en vijand staat hij bekend als een eerlijk en correct politicus, met
een gedegen dossierkennis. Problemen pakt hij grondig en sereen aan, zonder
windmakerij. De SP heeft alle vertrouwen in haar lijsttrekker. U toch ook ?
Dirk De
Pauw
Voorzitter
SP Groot Aalst
Nadat ik in 1977 in het arrondissement Aalst Bert Van Hoorick opvolgde en met zetelwinst deelnam aan de
parlementsverkiezingen, nam ik mij voor om mij te omringen met jonge en
degelijke mensen. Enkele onder hen vroeg ik later, toen we in het stadsbestuur
traden, een schepenambt op zich te nemen.
Onder hen bevond zich Patrick De Smedt, die voortspruit uit een aloude socialistische
familie. Op een dag was het niet zo gemakkelijk hem ertoe te bewegen van
schepenambt te veranderen en de zware en gevaarlijke kavel van Openbare Werken
op zich te nemen. Ik drong aan omdat ik wist dat hij onkreukbaar is, zijn
dossiers terdege zou bestuderen en aan zijn personeel leiding geven.
Hiervoor
rekende ik ook op een grote dosis diplomatie die hij geleidelijk en met succes
leerde beoefenen. Bij al zijn collega’s, ongeacht hun partij, geniet hij een welverdiende eerbied voor het
werk dat hij verricht, voor zijn correctheid en zijn blijvende sociale
argumentatie.
De fakkel
voor het lijsttrekkerschap bij de gemeenteraadsverkiezingen is nu doorgegeven. Patrick is nog een mooie toekomst beschoren. Tot welzijn
van onze stad en van haar bevolking. Ik hoop dat ik mijn geloof in Patrick op u kan overdragen.
Marc Galle
Gewezen minister, parlementslid en europarlementslid
Gezonde stadsfinanciën, meer
investeringen in werken, efficiëntere diensten voor de gehele bevolking en
vooral het sociaal beleid in een hogere versnelling
schakelen. Die verbintenis gaat SP-boegbeeld Patrick De Smedt met u aan. Spots
Extra legde de huidige schepen van Openbare Werken, Patrimonium en Huisvesting op
de rooster.
Zonder veel tamtam groeide Patrick De Smedt (43 j.) uit tot
het nummer één van de Aalsterse SP-lijst.
Die positie bereikte hij vooral door het doorzettingsvermogen, de integriteit,
de ernst en het doorzicht waarmee hij het ingewikkelde departement van Openbare
Werken bestuurde. Hij is dan ook de uitgesproken voorkeurskandidaat voor
iedereen – socialist of niet – die wil dat Aalst verstandig, eerlijk en sociaal
bestuurd wordt. Maar u kunt beter zelf oordelen. Spots Extra peilde naar de
zielenroerselen van de lijsttrekker die uit zichzelf al te bescheiden blijft.
Welke realisatie schenkt u het meest voldoening ?
Patrick De Smedt:
“Het opvallendste resultaat van de voorbije bestuursperiodes is dat we de
stadsfinanciën gezond gemaakt hebben. Twaalf jaar geleden vertrokken we met een
miljardenput als erfenis van de vorige coalitie, geleid door de CVP. De ronduit
slechte financiële situatie werd weggewerkt en toch werd er nog zeer veel
gerealiseerd. De toestand is nu onvergelijkbaar beter. Maar daarom kunnen we
nog niet op beide oren slapen. Aalst heeft een pensioenschuld van 5 miljard
frank. Via de vorming van een eigen pensioenfonds werd al 500 miljoen opzij
gezet. Ook de volgende jaren moet het pensioenfonds verder gespijsd worden.”
“Van een belastingverhoging kan geen sprake zijn.
Van een verlaging ook niet.”
Dat is een mooi verhaal, maar de vraag is
of de stadsfinanciën de volgende jaren gezond kunnen blijven. Een
nationaal doorgevoerde
belastingsverlaging zal gevolgen hebben voor de stadsinkomsten
: de gemeenten zullen minder ontvangen. Bedreigt dit het financieel evenwicht ?
PDS: “Het gezond houden van de financiën is
inderdaad de grote zorg van het volgende bestuur. Dat zal niet zo eenvoudig
zijn omdat er zaken op ons afkomen waarvan we moeilijk de gevolgen kunnen inschatten. De belastingverlaging met haar gevolgen voor de
plaatselijke opcentiemen is er slechts één van. Wat zal de politiehervorming
aan de gemeenten kosten ? In welke mate zullen onze
inkomsten dalen als gevolg van de liberalisering van de energiemarkt? De
dividenden uit de intercommunale voor gas en elektriciteit vormen immers een
aanzienlijke bron van inkomsten voor de gemeenten. Bovendien is er sprake van
het overhevelen van het onderhoud van gewestwegen naar de steden, wat opnieuw meer kosten met zich zou meebrengen. De
inspanning voor het pensioenfonds, waarover ik het al had, moet voortgezet
worden. En wat wordt het met de ziekenhuistekorten die we moeten bijpassen ?
Het voorgaande hoeft echter niet tot pessimisme te leiden.
Er kunnen nieuwe inkomsten gevonden worden. Wellicht zullen onze aandelen van Telenet en van Dexia, het
vroegere Gemeentekrediet, te gelde kunnen gemaakt worden.”
De inkomsten uit een verkoop van aandelen
zijn een forse opsteker, maar blijven eenmalig. Wat zult u doen om blijvend de
begroting in evenwicht te houden ? Misschien de
belastingen verhogen ?
PDS : “Van een belastingverhoging kan absoluut
geen sprake zijn. Ik stel klaar en duidelijk dat we, toch voor de periode die
we nu kunnen overzien, de belastingen op hetzelfde peil moeten houden. Dat is
niet laag, maar ook niet te hoog. De belastingdruk in Aalst ligt op ongeveer
hetzelfde niveau als het gemiddelde van de centrumsteden. Belastingverlaging is
echter evenmin aangewezen. Een belastingverlaging aan de bevolking voorspiegelen, zoals
CVP en VU-ID21 doen, is regelrecht politiek bedrog. Het zou de stad opnieuw tot
de rand van het faillissement leiden en de noodzakelijke dienstverlening aan
alle inwoners ondermijnen. Volgens de meerjarenplanning zal de financiële reserve
reeds in 2003 opgebruikt zijn.
Dit gezegd, moet het investeringsbudget
voor zaken die rechtstreeks aan de bevolking ten goede komen, verhoogd worden.
De kost van de centrumrol die Aalst speelt voor de omliggende gemeenten, de
werkingskosten en de hoge personeelskost samen, zorgen ervoor dat er te weinig
geld zal overblijven voor de noodzakelijke investeringen in wegen, riolering en
gebouwen.
Het geld zal dus moeten gevonden
worden door nog efficiënter, beter, sneller en tegen een lagere kostprijs te
werken. Tegelijkertijd moeten de beschikbare middelen herverdeeld worden.”
Met Vlaams vice-premier Steve Stevaert (2de
van links) : “De tijd is voorbij dat lokale politici dossiers
konden doordrukken. De minister eist dat er in iedere stad een mobiliteitplan
komt.”
Zijn
alle mogelijkheden dan nog niet uitgeput ?
PDS: “Voor de kost van de centrumfunctie kan
de vraag gesteld worden of sommige zaken niet intercommunaal moeten
georganiseerd worden, dus met inbreng van de omliggende gemeenten. Het zwembad
of het cultureel centrum, bijvoorbeeld, staan ook ter
beschikking van inwoners van andere gemeenten. Men zou kunnen overwegen om deze
te betrekken bij het beheer en de financiering ervan. Dat dit niet ondenkbaar
is, bewijst de manier waarop het nieuwe dierenasiel zal georganiseerd worden
via de Intercommunale Land van Aalst (ILVA). Alle gemeenten die deel uitmaken
van de intercommunale dragen onrechtstreeks ertoe bij.
Voorts moeten we de investeringen anders
benaderen. Vandaag voeren wij eerst alle ‘vaste’ opdrachten en taken uit,
betalen de werkingskosten en zien daarna wat er overblijft. Dat bedrag wordt
dan het pakket investeringen. Dit is een verkeerde manier van werken. We moeten
omgekeerd redeneren : eerst de investeringen
vastleggen die aantoonbaar structureel en beleidsmatig noodzakelijk zijn en
daarvoor in de middelen voorzien. De vraag is of de stad nog alles zal kunnen
doen. Toch moet het naast de kerntaken mogelijk blijven om een goed cultuur-,
jeugd-, sport- en welzijnsbeleid uit te bouwen. Het juiste evenwicht is
moeilijk te vinden.”
Voor
een socialist beweegt u zich nu op glad ijs. Horen wij een verdoken pleidooi
voor privatisering ?
PDS : “Ik ben geen voorstander van
privatisering of uitbesteding van werk aan de privé-sector. Stadspersoneel kan
goed georganiseerd en met een zekere flexibiliteit perfect dezelfde kwaliteit
afleveren tegen een vergelijkbare of lagere kost. We hebben al enkele keren
door onderzoek de proef op de som genomen. Dit betekent niet
dat we niet kunnen leren van de manier waarop de betere privé-bedrijven zich
organiseren. Hoewel er in de privé-sector veel wind verkocht wordt,
tonen sommige ondernemingen hoe er meer aandacht naar de wensen van de klant
kan gaan en hoe deze beter kan worden bediend.
De Aalsterse stadsdiensten hebben
hierin al een hele weg afgelegd, maar er is nog ruimte voor verbetering. Inmiddels zijn onze diensten volledig geautomatiseerd. Er
kwam een nieuw personeelsstatuut met een betere selectie, vorming en evaluatie,
wat de dienstverlening moet ten goede komen.”
Welke
zaken vallen u het meest tegen ?
PDS: “Eén groot probleem overschaduwt de
rest: de dossiers waarmee het Vlaams Gewest te maken
heeft. Onze stad telt enkele verkeersknelpunten die dringend uit de weg moeten
geruimd worden, maar waarvoor we niet alleen kunnen handelen. De hogere
overheid ging terecht planmatiger werken. De tijd is voorbij dat lokale
politici dossiers konden doordrukken. De minister eist dat er in iedere stad
een mobiliteitsplan komt. Dat is een enorm werk, met diepgaande studie,
vastgelegd in een uitgebreide procedure. Dit alles verloopt in overleg met de
waterwegen. De Lijn, de spoorwegen, enz. Wij zijn volop bezig met de opmaak van
dit plan, maar zolang het niet goedgekeurd is, komen er geen beslissingen. Ik
denk aan de tunnel onder het kruispunt van de Gentsesteenweg
met de Boudewijnlaan en de Siesegemlaan,
de doortochten van verschillende gemeenten die er totaal onverantwoord bij liggen,
de omleidingweg N41 naar Dendermonde, waardoor het
centrum van Gijzegem ontlast wordt, de
stationsomgeving en eventueel de sluiting van de ring.”
Waarom
is het mobiliteitsplan er nog niet, als het zo belangrijk is
?
PDS: “Precies omdat het zo’n
ingewikkeld werk is en er zo veel betrokken partijen optreden, inbegrepen
actiegroepen die geraadpleegd worden. Alle inzichten worden samengebracht in
een gemeenschappelijk besluit. Het mobiliteitsplan zal eind dit jaar klaar zijn, zodat het volgend stadsbestuur met kracht zal kunnen optreden.
Overigens hebben we op zeer veel verschillende terreinen
planmatig en sterk voorbereidend werk afgeleverd. Nu komt het erop aan de
dossiers ook uit te voeren en er de nodige middelen voor te reserveren. De
lijst is lang: structuurplan, plan voor de fietser, signalisatieplan,
mobiliteitsplan, plannen van aanleg, welzijnsbeleidsplan, jeugdbeleidsplan,
waterzuiveringplan, verkeerscirculatieplan, natuurontwikkelingsplan. Al deze
dingen werden grondig en uitvoerig onderzocht en bediscussieerd. Nog niet alle
dossiers zijn volledig afgerond, maar de planningsfase loopt wel overal naar
haar einde. Wij staan dus echt wel klaar om door te gaan.”
Voor twee initiatieven waarvan de SP
vindt dat ze van groot algemeen belang zijn, lijkt u voorlopig in het zand te
bijten. Hoe moet het nu verder met de oprichting van een crematorium en de
inplanting van een bedrijventerrein aan de Siesegemlaan ?
PDS: “In beide gevallen laaide er protest op
van een deel van de omwonenden. Ik heb daarvoor begrip, maar de SP blijft hier
resoluut kiezen voor het algemeen belang. Er moet een
crematorium komen in Aalst. Volgens de wet moet het aansluiten bij een
begraafplaats. Wij kunnen niet anders dan de Hoezekouter
daarvoor aanspreken spijtig genoeg is de kritiek geïnspireerd door louter
eigenbelang en ten dele aangewakkerd of georganiseerd
door politieke partijen die het blijkbaar minder goed voor hebben met de
belangen van alle Aalstenaars dan ze laten uitschijnen.
Hetzelfde geldt voor de plannen voor een industrieterrein op
de Siesegemkouter, in functie van de tewerkstelling.
Ik ontken niet dat dit moeilijk ligt: iedereen is voor het behoud van open
ruimte en groen, maar we leven in een centrumstad die in het Structuurplan
Vlaanderen de opdracht heeft gekregen om 4000 nieuwe woningen te bouwen en 130
hectare nieuwe industriegronden in te richten tegen 2007. De bedoeling is dat
Vlaanderen eindelijk eens beter geordend wordt. Men heeft gekozen voor een
afbakening tussen stedelijke gebieden en open gebieden, zodat de roofbouw op de
open ruimte en de wantoestanden uit het verleden verdwijnen. Wij kunnen en
mogen onze verantwoordelijkheid niet ontlopen.”
Kan best, maar bestond er echt
geen alternatief voor de Siesegemkouter als
vestigingsplaats voor een industriezone ?
PDS: “Een dertigtal verschillende
mogelijkheden werd onderzocht en deze oplossing kwam eruit als de meest
aanvaardbare, rekening houdend met de ligging en de oppervlakte. Het enige
alternatief is verschillende kleine terreinen versnipperd over het grondgebied
leggen, maar dat zou nog veel erger zijn en op verschillende plaatsen hinder
veroorzaken. De oppositie heeft van dit dossier – en trouwens ook van het
crematorium – een politiek punt gemaakt, maar draagt absoluut een oplossing
aan.”
Met schepenen Patrick
Jacobs, Gracienne Van Nieuwenborgh
en Dirk De Meerleer.
“Om haar programma uit te voeren,
beschikt de SP over bekwame en ervaren mensen”
Welke soort bedrijven komt in
aanmerking voor vestiging in een nieuwe industriezone ?
PDS: “Voor de SP moeten dat
niet-vervuilende bedrijven zijn die werkgelegenheid met zich meebrengen. Het
aantal arbeidsplaatsen in verhouding tot de oppervlakte, zal het belangrijkste
criterium zijn. Voorts is het open en vrij wat daar komt. Wij denken echter
niet aan distributiebedrijven. Veel van de beschikbare oppervlakte op bestaande
bedrijventerreinen is nu al ingenomen door distributie.”
Met
journalist Johan Velghe : “Iedereen
spreekt over informatie aan de bevolking.
Wij leggen de klemtoon op het luisteren
naar spontane initiatieven en ervaringsdeskundigen.”
Wat
betekent socialisme ? Waarom zou ik voor de SP kiezen ?
PDS: “In het gemeentebeleid zijn alle democratische
partijen – uitgezonderd het Vlaams Blok dus – het eens
over misschien 80 % van de zaken. Een straat is niet rood, blauw of geel: ze
moet er voor iedereen goed bij liggen. Iedereen is voor verkeersveiligheid,
iedereen wil een beter milieu, iedereen wil werkgelegenheid. Het is gewoon een
zaak van goed beheer, welke ook de bestuurscoalitie is. Dit neemt niet weg dat
er nog 20 % overblijft die echt het verschil maakt
tussen de partijen. Voor de SP is het heel duidelijk: zij komt op voor sociaal
beleid en voor openbaar initiatief, in het algemeen
belang. Dit wordt vertaald in talloze kleine en soms grote beslissingen.
Socialisten hebben een sociale reflex op alle gebieden. Zij
moeten op correcte wijze aan politiek doen, luisteren, maar ook de moed hebben
om beslissingen te treffen die misschien niet altijd populair zijn. Het komt er
vooral op aan gelijke kansen te scheppen voor iedereen.
De twee voornaamste punten waarop wij verschillen van andere
partijen, vormen ook de leidraad van ons programma: respect en solidariteit.
Respect voor alle mensen, van gelijk welke afkomst. Solidariteit onderling,
maar uitdrukkelijk ook met de zwaksten in de
maatschappij. Ten slotte plaatst de SP het algemeen
belang boven het individuele of het privé-belang. Dit bewijzen we dagelijks in
een reeks moeilijke dossiers. Om dat programma uit te voeren, beschikt de SP
over bekwame en ervaren mensen die het bestuur van een stad en een OCMW
aankunnen.”
Het stationsplein :
na tien jaar
studiewerk en discussies is de
herinrichting rijp.
Aalst
moet een democratische stad zijn, luidt één van uw boodschappen. Het is
gemakkelijk gezegd en in naam van de democratie zijn er al veel moorden
gepleegd. Wat betekent democratie voor u ?
PDS: “Je zal in verschillende
partijprogramma’s passages vinden over informatie aan de bevolking, betrokkenheid,
raadpleging, openheid, enz. De SP legt echter de klemtoon – en dat is nieuw –
op het luisteren naar spontane initiatieven van groepen inwoners. Daarnaast
willen we meer werken met ‘ervaringsdeskundigen’, via een raad. Als je
bijvoorbeeld een beleid tegen kansarmoede wilt voeren, moet je te rade gaan bij de kansarme mensen zelf. Vanuit hun
ervaring zijn zij het best geplaatst om het beleid richting te geven. Mede
dankzij de vrijwilligersorganisatie Mensen voor Mensen kregen kansarmen een
stem in het coördinatiecomité voor welzijnsbeleid en de woonraad
De
ervaringsdeskundigen brengen daar goede ideeën aan. Die mensen een stem geven,
is een goed volstrekt normale zaak.
Democratie
betekent voorts dat er een verdraagzame sfeer blijft heersen, waarbij vrijheid,
rechtvaardigheid en gelijke kansen centraal staan, op alle mogelijke
terreinen.”
In
het Volkshuis : “De verkiezingen gaan over de
toekomst,
maar betekenen ook examen
afleggen voor de burger.”
“Gelijke
kansen” is een mooie slogan, maar wat houdt hij
concreet in ?
PDS: “Om gelijke kansen mogelijk te maken,
moet eerst en vooral iedereen werk hebben. Een stadsbestuur kan en moet
mogelijkheden helpen scheppen waardoor meer mensen aan de slag kunnen en zo een
behoorlijk inkomen verwerven. Daarbij stopt het echter niet.
Het is duidelijk dat veel gezinnen financiële problemen
kennen, waardoor er zich voor hun kinderen zelfs op school problemen voordoen.
Zoals het zich niet kunnen permitteren van naschoolse opvang, uitstappen of
middagmalen. Ook op dat vlak moet er voortdurend initiatief genomen worden,
alweer liefst in samenspraak met de betrokkenen of hun woordvoerders.”
“De investeringen in zaken die de
gehele bevolking ten goede komen moeten omhoog. Daarom zullen we op vaste
kosten besparen door efficiënter, beter en sneller te werken.”
Wat dan met de burger die geen bijzondere
problemen kent, van financiële of andere aard ? Krijgt
hij in uw programma wel voldoende aandacht ? Richt u
uw inspanningen niet te veel op minderheden ?
PDS: “We moeten oog hebben voor twee dingen.
Het socialisme heeft welvaart gebracht, spijtig genoeg niet voor iedereen, maar
toch voor de meeste mensen. Voor degenen die het materieel nog niet goed
hebben, zullen we verder blijven strijden. Voor de mensen die het wel beter
hebben, verschuift onze inspanning naar meer welzijn. Veel gezinnen en
individuen met een redelijk tot goed inkomen, ontsnappen niet aan
welzijnsproblemen. Wellicht nemen deze zelfs toe. Ik heb het nu over stress,
werkdruk, depressies, spanningen in relaties, individualisering en
vervreemding, onveiligheidsgevoelens. De aandacht hierop richten, maatregelen
treffen en er goede maatschappelijke dienstverlening voor organiseren, is een
nieuwe opdracht voor het
socialisme. Het zich goed voelen in zijn omgeving, het morele en het
psychosociale – kortom, de kwaliteit van het leven – winnen aan gewicht.”
Psychologische en morele factoren zijn
moeilijk te vatten.
Neem nu onveiligheidsgevoelens: objectief
bekeken zijn Aalst en Vlaanderen nog nooit zo veilig geweest in heel hun
geschiedenis, tenminste als we de verkeersonveiligheid
buiten beschouwing laten. Niettemin voelt een deel van de bevolking zich niet
helemaal veilig. Wat valt daaraan te verhelpen ?
PDS: “Aalst kent een lage criminaliteit en
die daalt nog. We kunnen dat bewijzen, cijfers in de hand. Dit heeft te maken
met een doordacht preventiebeleid. Dankzij het veiligheidscontract met het
ministerie van Binnenlandse Zaken, wordt een veertigtal extra mensen ingezet in
de inmiddels degelijk uitgebouwde preventiedienst.
Onze wijkagenten en stadswachten leveren goed werk. Bovendien heeft de politie
een goed functionerende sociale dienst en een drugscentrum dat preventief en
begeleidend werkt. Dit werpt vruchten af, de cijfers spreken voor zich. Zelfs
het Vlaams Blok heeft dit in zijn eigen publicaties al
meer dan eens toegegeven. Men vraagt zich af welke belangen dit soort partij
dient, die er alleen op uit is onveiligheidsgevoelens en ontevredenheid aan te
wakkeren. Als er dan toch kleine of grote misdaden gepleegd worden, pakt de
politie deze stevig aan.
Overigens heeft een groot deel van de criminaliteit en
agressiviteit maatschappelijke en economische oorzaken. Het volstaat dus niet
om aan preventie te doen of kordaat en bestraffend op te treden. Dat brengt ons
terug op het terrein van voldoende werkgelegenheid, zinvolle vrijetijdsbesteding,
voldoende perspectieven en toekomstgerichte opvoeding. Goed veiligheidsbeleid
beweegt zich dus op drie sporen : voorkomen, bestraffen en oorzaken
bestrijden.”
Wat
betekenen deze verkiezingen voor u persoonlijk ?
PDS: “Het is zoals het afleggen van een
examen voor de burger, die zal uitmaken of mijn partij
en ikzelf het goed hebben gedaan de voorbije zes jaar. Natuurlijk moeten
verkiezingen vooral draaien om de toekomst, maar dat stuk evaluatie van het
beleid is niet weg te denken. Het is ook noodzakelijk. Omdat ik ervan overtuigd
ben dat we goed bestuurd en hard gewerkt hebben, hoop ik dat de SP de punten
krijgt waarop ze recht heeft. Dit, samen met ons programma en onze sterke, open
lijst, belooft een goede uitslag.
Ik hoop echter vooral dat deze verkiezingen in heel
Vlaanderen een keerpunt worden, dat ze de tendens naar altijd maar meer
egoïsme, individualisme en agressiviteit in deze maatschappij doorbreken.”
Met echtgenote Fanny
en zoon Brent : “Besturen als een goed
huisvader”.
Een belangrijke voorwaarde voor
stedelijke democratie is openheid in het bestuur. Die openheid moet in twee
richtingen georganiseerd worden. De stad moet vooreerst meer inspanningen
leveren om duidelijke en begrijpelijke informatie te verstrekken over alle
zaken die inwoners aangaan. Tegelijkertijd moet ervoor gezorgd worden dat
informatie, opvattingen en bekommernissen van de
inwoners op de juiste plaats in het stadhuis terecht komen. Openheid in twee
richtingen is de enige manier om maatregelen te treffen die door een
meerderheid van de bevolking worden goedgekeurd. Zij zal veel misverstanden
voorkomen of oplossen.
Dit alles kan het best
systematisch aangepakt worden. Aalst heeft behoefte aan een ambtenaar en een schepen, bevoegd voor communicatie. Klachten moeten
behandeld worden door een bemiddelingsdienst, die zich onafhankelijk kan
opstellen.
De vrouwelijke SP-kandidaten : gelijke kansen in de praktijk.
Degelijke informatie is trouwens de basis van rechtstreekse
deelname en invloed van de inwoners aan het bestuur. Zij kunnen dit goed en efficiënt doen via buurtwerk, adviesraden, allerlei
bewonersinitiatieven, een raad van “ervaringsdeskundigen” (dit zijn mensen die
en probleem aan de lijve hebben leren kennen), hoorzittingen en raadplegingen.
De SP wil deze soort zaken stimuleren.
Ook het internet zal helpen bij de
contacten tussen stadsbestuur en inwoners. De SP wenst meer publieke
toegangspunten (bijvoorbeeld in de bibliotheek) en een elektronische postbus
voor iedereen. Wie een beetje vertrouwd is of wordt met het gebruik van het internet, kan dan gebruik maken van een elektronisch loket.
Stedelijke democratie is echter meer dan overleggen. Elke keer
dat u de stad ergens voor nodig heeft, moet u correct bediend worden. De stad
en haar diensten beschouwen u als klant. Als het aan de SP ligt komt het tot
klare richtlijnen voor het personeel over de wijze waarop het u
klantvriendelijk behandelt. Voorts moeten de gebouwen waarin de
publiek toegankelijke diensten van stad en OCMW gevestigd zijn toegankelijker
gemaakt worden (voor mensen met een handicap) en beter verspreid over het
grondgebied (verbetering of uitbreiding dienstencentra in deelgemeenten en
wijken).
Bij al het voorgaande horen inspanningen om u beter wegwijs
te maken. Het volstaat immers niet dat diensten er zijn en goed functioneren, u
moet ze ook vlot en snel weten te vinden.
“De twee voornaamste punten
waarop wij verschillen van andere partijen, vormen ook de leidraad van ons programma : respect en solidariteit.”
De democratische waarden vrijheid, rechtvaardigheid en
gelijke kansen zullen door de SP, samen met anderen beschermd worden tegen extreem-rechts en verder uitgebouwd.
Racisme en onverdraagzaamheid, uit welke hoek het ook komt en hoe de uitingen
ook zijn, vormen een inbreuk op de mensrechten. Voor wie er mocht aan twijfelen : voor de SP
kan er geen sprake zijn van gelijk welke vorm van politieke samenwerking met extreem-rechts.
Met de drie SP-kandidaten van
buitenlandse afkomst : respect voor en solidariteit
met iedereen.
U heeft ongetwijfeld al gehoord
over de “actieve welvaartstaat”, een begrip dat door SP-minister
Frank Vandenbroucke werd gelanceerd. Het idee is
eenvoudig, de realisatie ervan vergt echter grote inzet. In feite gaat het om
drie hoofdzaken :
-
iedereen die in aanmerking komt voor de arbeidsmarkt, moet kunnen werken
-
de overheid moet actief gelijke kansen garanderen aan iedereen
-
iedereen moet van een goede sociale bescherming genieten.
Hoe pakken we dit concreet aan ?
Zorgen voor meer werk is de eerste stap. In onze stad is er meer werkloosheid
dan gemiddeld in Vlaanderen. Dat kan en moet beter. De
SP wil daarom dat er een stedelijk
werkgelegenheidsplan opgesteld en uitgevoerd wordt. Dit plan zal tot stand
komen in overleg met de betrokken overheidsdiensten, en de vertegenwoordigers
van werknemers en werkgevers.
In ieder geval staat de uitbreiding van de ruimte voor
bedrijven voorop. Een nieuw bedrijventerrein op de Siesegemkouter
is het opvallendste plan (en een absolute noodzaak). Nabij de E40 kan bovendien
de inplanting van kantoren voor telewerk worden aangemoedigd. Veel werk kan
verder geschapen worden in de sociale sector, met behulp van overheidssteun.
Wij denken aan kinderopvang, verzorging, boodschappendiensten, bewaking,
vernieuwing van woningen, lokale buurtdiensten en de uitbouw van het Plaatselijke
Werkgelegenheidsagentschap (PWA) en de Dienstenbanen.
Tewerkstelling via de OCMW-diensten
moet worden uitgebreid tot werkloze personen die geen recht hebben op het
bestaansminimum. In samenwerking met de privé-sector moeten er sociale
uitzendkantoren komen. Voor werklozen die het zelf niet goed zien zitten of
weinig kansen krijgen, is stapsgewijze begeleiding nodig met oriëntatie,
opleiding en werkervaring.
In
“werkwinkels” – waarvan er onlangs één geopend werd – worden werkgevers en
werkzoekenden vlotter met elkaar in contact gebracht. In zo’n
werkwinkel zijn de verschillende diensten en organisaties die met “werk” te
maken hebben samen ondergebracht.
Voor het eigen personeel zal de SP een sociaal personeelsbeleid
blijven verzoenen met de regels van modern en goed management. De klemtoon ligt
op het verbeteren van de kwaliteit van onze medewerkers door opleiding en
motivatie, en door systematische beoordeling. Wie goed werk aflevert, wordt
beloond. Wie er met de pet naar gooit, doet dit niet straffeloos. Deze aanpak
werd al eerder ingezet, maar vraagt nog verdieping. Nu echter is al duidelijk
dat een grote meerderheid van het stadspersoneel vlot mee opstapt in de
richting van betere prestaties ten dienste van de bevolking.
Zeker is dat er komaf werd gemaakt
met vriendjespolitiek en politieke benoemingen. Bekwaamheid en motivatie staan
nu voorop bij aanwervingen en bevorderingen.
Waar mogelijk, zal de SP in overeenstemming met de hoofdlijn
van haar programma, positieve maatregelen treffen voor gelijke kansen in de
stadsdiensten en het OCMW.
U bent er zich misschien niet altijd van bewust, maar de
middenstand en de winkelcentra zorgen voor een pak werkgelegenheid. De
aanstelling van een manager voor de middenstand, die zich bezig houdt met
commerciële vraagstukken en leefbaarheid, zal deze economische activiteit
verstevigen. Dit komt de hele bevolking ten goede.
In de landbouw zal duurzame, kleinschalige en biologische
activiteit gesteund worden door voorlichting, het ter beschikking stellen van
standplaatsen op de markt en afname door de stadsdiensten. Aandacht zal ook
geschonken worden aan de rol van de landbouw in het behoud van natuur en
landschap, en aan de beperking van het pesticidengebruik.
Aalst, en zeker de SP, staat niet onverschillig tegenover
het schreeuwende onrecht in de wereld. Wat vindt u van honger, oorlog, misbruik
van kinderen in fabrieken en gruwel die daarmee gepaard gaat
? Wij blijven een steentje bijdragen aan verbetering door op te komen
voor rechtvaardige wereldhandel, solidariteit, duurzame ontwikkeling en vrede.
Daarvoor steunen we projecten en bewustmakingsacties.
Evenzeer kunnen we beter de kansen aangrijpen, die Europa
ons via subsidie biedt om onze streek te ontwikkelen. Een speciale dienst die
zich hierop toelegt, moet er komen, misschien in samenwerking met de omliggende
gemeenten.
Met Kamiel Sergant (Mensen voor Mensen) :
“Werk voor iedereen is de basis voor welvaart en welzijn.”
Iedereen – minder begoed of rijk – heeft
recht op een gezond leefmilieu en op genieten van de natuur. Ligt dit niet voor
de hand ? Misschien wel, maar de realiteit is nog
altijd anders. Ook op dit terrein gaapt er nog een sociale kloof, die de SP wil
dichten. Hoe dan ?
Waar
leefmilieu of natuur bedreigd wordt door economische of privé-belangen, moet
het algemeen belang voorop staan.
Wij zullen blijven milieuovereenkomsten afsluiten en investeren
in, bijvoorbeeld, duurzaam gebruik van hemelwater en het verbeteren van het
rioleringsstelsel. Daaraan werd al hard gewerkt, maar de inspanning zal nog
opgevoerd worden. Wateroverlast wordt in grote mate veroorzaakt doordat de
bodem wegens de bebouwing niet meer alle water kan opslorpen. Dit verschijnsel
leidt tot overbelasting van de riolen en het waterzuiveringstation. Daarom moet
het hemelwater al aan de bron worden afgekoppeld. Dus maakten we een waterput
verplicht bij nieuwbouw. Bij vernieuwbouw kan een toelage bekomen worden.
Voorts hebben we dringend één of twee bijkomende
containerparken nodig. Daaraan wordt gewerkt en binnenkort mag er een doorbraak
verwacht worden voor een containerpark op het Wijngaardveld.
Een leefbaar milieu heeft ook te maken met voldoende groen.
Zeer veel huizen in de stad hebben geen tuin. In die wijken zorgt een
groenbeleid voor meer open ruimte en publiek toegankelijke tuinen. In de buurt
van de watertoren, bijvoorbeeld zullen het domein Schelfhout en de tuin van de
gemeenschapsschool Eikstraat kunnen opengesteld worden. Er moet trouwens niet
alleen méér groen komen,
bestaande groenzones kunnen aaneengeregen worden tot grotere gehelen. Dit alles
kan door planning op basis van een inventaris. Een minimumnorm voor de
aanwezigheid van groen moet vastgelegd worden.
Een probleem dat dringend een oplossing vereist, is dat er
weliswaar veel en strenge regels bestaan inzake
milieuvergunningen – dat is goed – maar dat er weinig of geen controle
uitgeoefend wordt op de naleving ervan.
Totnogtoe nam de stad zelf geen initiatief om controles uit te voeren, wegens
personeelsgebrek, en greep ze pas in als er klacht ingediend werd. Dat moet
veranderen. Enerzijds door gerichte en systematische controles op de naleving
van de milieuregels, anderzijds door voorlichting en overleg (op
hoorzittingen).
Dringend is hier het afronden en
toepassen van het mobiliteitsplan.
De SP is voorstander van
basismobiliteit voor iedereen. Daarom kwam eerder dit jaar het gratis busvervoer
voor min-12-jarigen en 65-plussers in voege. Wij stellen voor dit uit te
breiden tot alle mensen van gelijk welke leeftijd, die onder een bepaald
inkomen zitten. Daarenboven willen we het openbaar vervoer stimuleren door meer
en betere verbindingen, het inleggen van belbussen, het organiseren van vervoer
van op parkings aan de rand van de stad en het reserveren van rijstroken voor
bussen.
In de woonzones en de omgeving
van scholen voeren we systematisch de zone 30 in, naarmate er daarvoor middelen
beschikbaar zijn. Daarmee gaan we door. Het parkeerprobleem
zal opgelost worden met randparkings aan de verschillende grote toegangswegen,
van waar gratis stadsbussen voor de verbinding met de binnenstad zorgen. Ook
een parking voor vrachtwagens moet er komen.
Het totaalplan voor fietsers moet
uitgevoerd worden, met bijzondere aandacht voor de schoolroutes, de
verbindingswegen tussen de deelgemeenten en het stadscentrum en gevaarlijke
oversteekpunten.
Een algemene verlichting van de
verkeerslast en veiliger verkeer kunnen vooruit geholpen worden door
vervoerplannen voor bedrijven en scholen, die efficiënter en minder autogebruik
bevorderen.
Werken voor waterzuivering
: na afloop onzichtbaar, maar uiterst belangrijk
Een goed ruimtelijk beleid vereist planning. Elke beslissing
blijft echter een evenwichtsoefening tussen verschillende belangen en
verlangens die niet altijd te verzoenen zijn. Hoe dan ook wordt de basis voor
het beleid van de toekomst gevormd door de afbakening van het stedelijk gebied, het mobiliteitsplan en het uit het Vlaamse
Structuurplan voortvloeiende Ruimtelijk Structuurplan Aalst.
De schaarse open ruimte moet worden behouden door het
afremmen van de bebouwing buiten de dorps- en stadskernen. Daarentegen
moet de bewoning worden bevorderd binnen de bestaande centra waar wonen,
werken, winkelen en sociale diensten al onderling verweven zijn. Dus zal er
maximaal gebruik gemaakt worden van bestaande gebouwen en infrastructuur, en
nieuwbouw, in deze centra. Dit moet gepaard gaan met behoeftestudies. Om natuur
en groen in zijn geheel te behouden, is de uitbreiding ervan aangewezen. Op die
manier moet het verlies van open ruimte worden goedgemaakt. Dit kan door de
aankoop, de huur of het beheer van natuur- en bosgebieden door de stad,
eventueel in samenwerking met natuurverenigingen.
Voorts zal elke bouwvergunning pas worden afgeleverd als ze
beantwoordt aan de voorschriften en aan goede ruimtelijke ordening. De burgers
moeten hierover volledig en correct geïnformeerd worden om te vermijden dat ze
vergissingen begaan. Waar er misdrijven of overtredingen vastgesteld worden, zal de stad haar
verantwoordelijkheid nemen.
In Mijlbeek kwam er een nieuw rusthuis,
in Moorsel Serviceflats
Welzijn heeft vele facetten. In de grond gaat het om “zich
kunnen goed voelen” in het dagelijks leven. Iedereen
van ons weet dat dit niet altijd lukt. Soms ligt dit aan de onvoldoende
aanwezigheid van voorzieningen die het leven comfortabeler of draaglijk maken,
soms aan problemen waarop niemand helemaal vat kan krijgen (zoals oud worden,
ziekte of ongeluk). Wat kunnen we wél doen ?
De SP onderschrijft het meerjarenplan van het
coördinatiecomité voor welzijnsbeleid, een samenwerkingsverband tussen de stad,
het OCMW en privé-verenigingen uit de welzijnssector, en neemt dit in grote
mate over in zijn partijprogramma. Zegt Patrick De Smedt :
“Belangrijk is ook daar de gedachte van het ene loket. Zoals
we al een woonwinkel en een werkwinkel hebben, zal er een sociaal huis komen
waar openbare diensten en privé-organisaties zullen samen zitten, en waar
mensen terechtkunnen met alle sociale problemen, zowel voor eerste
hulpverlening als voor doorverwijzing.”
Welzijnsbeleid i voor de SP geen apart domein dat alleen
maar toegewezen wordt aan specialisten en dat men voor de rest zijn gang kan
laten gaan, al dan niet voorzien van voldoende middelen. Neen, welzijnsbeleid
moet aan bod komen in alle beleidsdomeinen. Een voorbeeld hiervan is de
invoering van de kansenpas voor mensen met een laag inkomen, die hen toelaat
actief en tegen een lage prijs deel te nemen aan het cultureel
leven. Gelijkaardige stappen moeten ook op andere terreinen gezet worden.
Een van de grootste uitdagingen van de volgende jaren wordt
waardig ouder worden. “Door het verruimen van de thuismogelijkheden zullen we
inspelen op het verlangen van bejaarden om zo lang mogelijk thuis of in
familiekring te wonen”, legt Patrick De Smedt uit. “Het project van de vzw De Toekomst, dat in de Sint-Kamielstraat zal uitgevoerd worden, zal voor
begeleiding van bejaarden zorgen vanaf het ogenblik dat ze slechts lichte hulp
nodig hebben, tot het moment van overlijden. Er komen seniorenwoningen voor
mensen die zich nog volledig zelf kunnen behelpen. Daarnaast is er voorzien in
serviceflats, met een basisdienstverlening en toezicht. In een dagopvangcentrum
kunnen overdag en tijdens vakanties mensen terecht die inwonen bij werkende
kinderen. Er komt een rustoord, met voorzieningen voor demente bejaarden, en
ten slotte zal er stervensbegeleiding voorhanden zijn.”
Aan het andere uiteinde van de levenscyclus staan de
kinderen. De SP huldigt het principe dat iedereen het recht heeft een job te combineren met ouderschap. Patrick
De Smedt : “Het aanbod van kinderopvang is nu reeds zeer uitgebreid, maar moet beter afgestemd worden op
de steeds onregelmatiger wordende werktijden van ouders. Ook hier stellen wij
voor om onder een bepaalde inkomensgrens de opvang gratis te maken of
vrijstellingen te verlenen.”
Inzake gezondheid ligt de rol van de stad
vooral in het aanmoedigen van gedragsverandering en het nemen van elementaire
voorzorgen. Zo komt de SP op voor het stimuleren van het gebruik van
biologische landbouwproducten, en voor preventie-inspanningen ten aanzien van
AIDS (onder meer plaatsing van
condoomautomaten), roken, drugs- en alcoholmisbruik, en ongezond
voedingsgedrag. Op verscheidene van deze terreinen werd en wordt al initiatief
genomen.
Opvallend is dat – alweer – armoede gezondheidsproblemen
veroorzaakt of verergert. Daarom moet het stadsbestuur oog hebben voor
“medische onderconsumptie”. Daarmee wordt bedoeld dat mensen met een laag
inkomen te zelden op doktersbezoek gaan, te weinig de beschikking hebben over
verzorging of medicatie. Dit kan niet, zeker niet in een maatschappij waarin
zeer velen aan “medische overconsumptie” ziek zijn.
Besluit Patrick De Smedt :
“Nog voor de bestrijding van de armoede, willen we alle belastingen en
retributies laten onderzoeken op hun armoede-effect en op basis daarvan
maatregelen treffen. Voor de rest gebeurt er al zeer veel via het OCMW en de
privé-organisaties. Het enige wat de stad hier misschien nog kan toevoegen, is
het verbeteren van de informatie aan de bevolking over de bestaande
mogelijkheden, in begrijpelijke taal.”
Welzijnsbeleid : voor een gesmeerde samenwerking tussen stad, OCMW en
privé-verenigingen.
De
jongerenkandidaten op de SP-lijst stelden een gedetailleerde
en gevarieerde lijst programmapunten op voor het jeugdbeleid.
Een stad is meer dan een verzameling gebouwen. Het is een
plaats waar mensen elkaar ontmoeten, plezier maken, zich ontspannen, vorming en
opleiding vinden. Cultuur, onderwijs, jeugd, sport :
voldoende onderwerpen om elke dag een dik dagblad te vullen.
Wat dan ook gebeurt. Wij beperken ons tot een zeer
schematische voorstelling van de voornaamste SP-programmapunten.
Cultuur – in de ruimste betekenis – is een middel tot
maatschappelijke integratie. Daarom moet een stad er voldoende gewicht aan
toekennen. Zelfs al hoort veel van wat er onder de noemer cultuur verstaan
wordt niet tot de verplichte taken. Dit is het terrein bij uitstek waar
samenwerking met verenigingen en privé-initiatieven aangewezen is.
In ieder geval heeft ook cultuurbeleid sociale aspecten.
Daarom wil de SP de kansenpas voor mensen met de laagste inkomens en bestaansonzekere personen voortzetten, en cultuurcheques
invoeren. Maatschappelijke integratie zal gestimuleerd worden door samenwerking
met het integratiecentrum en het centrum basiseducatie, met het centrum Netwerk
en de buurtwerkingen. Op het vlak van de programmering zal culturele
verscheidenheid aangemoedigd worden, alsook de promotie van hedendaagse kunst
door eigen en internationaal talent. Er moet een kunstfonds komen en kunst
moet, naast de musea, ook naar de straat, openbare gebouwen en zelfs huizen
gebracht worden. Het museum Oud Hospitaal wordt wetenschappelijk verantwoord en
publieksvriendelijk heringericht. Samenwerking met de musea van Velzeke (Zottegem) en Ename (Oudenaarde) is wenselijk.
Nieuwe bibliotheek
0ndertussen is de centrale bibliotheek echt wel aan een
nieuwe behuizing toe. De huidige ruimte onder het cultureel
centrum is te krap geworden voor bezoeker en personeel, zeker nu de bibliotheek
ook actief moet gaan werken met de nieuwe media. Gedacht wordt aan de
installatie van internetaansluitingen, tegen een
voordelige prijs te gebruiken door het publiek. De bestaande filialen blijven
bestaan en worden herwaardeerd. Om de bibliotheek nog dichter bij de bevolking
te brengen, kan een bibliotheekbus ingezet worden die regelmatig de
deelgemeenten en wijken aandoet.
Onderwijs
moet toegankelijk
zijn voor iedereen. In de praktijk is dit zelfs anno 2000 niet altijd echt zo.
Daarom moeten er samen met ouderverenigingen nog meer oplossingen gezocht
worden voor het voorkomen of wegwerken van schulden op school. Ieder kind moet
kunnen deelnemen aan alle activiteiten, zonder dat dit financiële problemen
oplevert voor de ouders. Elke vorm van discriminatie moet bestreden worden en
er zal meer aandacht gaan naar sociale uitsluiting (bijvoorbeeld pesten).
Voorts zal de preventie van spijbelen en drugsmisbruik niet verzwakken.
Voor het eigen stedelijk onderwijs zijn de prioriteiten het
gebruik van moderne communicatiemiddelen, het wegwerken van leerachterstand bij
kinderen, de modernisering van schoolgebouwen (Hofstade
en Gijzegem) en de openstelling van de infrastructuur
na de schooluren.
Het personeel van de jeugddienst moet verjongd worden. Het
beleid zelf zal meer aandacht moeten besteden aan niet-georganiseeerde,
kansarme, gehandicapte en migrantenjongeren, zonder daarom de goede samenwerking
met de jeugdverenigingen te laten verslappen. Niet onbelangrijk is de
vrijwaring van het “recht op fuiven”. Eén zaak is de bouw van een geschikte
zaal tegen een laag gebruikstarief (in het project Keizerspoort) die het
verdwijnen van bestaande zalen moet opvangen. Een ander punt is het plegen van
overleg en het maken van goede afspraken om hinder te beperken en veiligheid te
verhogen. Een zeer gedetailleerde en gevarieerde lijst voorstellen met
betrekking tot het jeugdbeleid is opgenomen in het SP-programma.
Dat kan opgevraagd worden via de website http://www.aalst.sp.be.
Sport is een sociaal gebeuren, de steun van de stad moet
gaan naar recreatieve sportbeoefening. Het is niet onze taak om de dagelijkse
werking van topsportclubs te betalen of te ondersteunen. Infrastructuur kan
eventueel wel ter beschikking gesteld worden, maar deze moet dan ook open staan
voor andere verenigingen. Tegelijk moet de stadsinfrastructuur voor jeugdsport
gratis worden. Er is ongetwijfeld nood aan een bijkomende volwaardige sporthal.
In Aalst is de criminaliteit beperkt en ze daalt nog door
goede preventie. Moet er dan niets meer gebeuren ?
Toch wel, er bestaan nog pijnpunten. Maar (blijven)
voorkomen is beter dan genezen.
Een bepaalde politieke partij, die we niet bij naam zullen
noemen, probeert stemmen te winnen door de mensen angst aan te jagen, door
haat, agressiviteit en onverdraagzaamheid aan te wakkeren. Als we haar moeten
geloven, zijn ons leven en onze bezittingen permanent in gevaar. Diezelfde
partij echter heeft in haar eigen publicaties al meermaals moeten toegeven dat
Aalst een veilige en leefbare stad is. De SP voelt zich daardoor niet gevleid,
maar het is toch een referentie. Aan rattenvangers en schreeuwers hebben we dus
geen behoefte, wel aan snel ingrijpen waar nodig en aan voorkomen waar
mogelijk.
De statistieken van het gerecht en de politie enerzijds en
de beleving van onveiligheid door mensen liggen niet altijd in dezelfde lijn.
Bovendien is elke misdaad er één te veel, ook al valt het bij ons minder voor
dan in andere centrumsteden. Snel en kordaat optreden bij misdaden en
overtredingen is een eerste middel om zowel de echte als de vermeende
onveiligheid tegen te gaan.
Voorts is het van belang dat problemen tijdig opgespoord
worden. Dat kan alleen door op georganiseerde wijze te luisteren naar de
bevolking. Middelen daartoe zijn, naast individuele stappen, een jaarlijkse
bevraging over de veiligheid, buurtoverleg en het gebruik van meldingskaarten.
“Eigenlijk staat het gehele SP-programma in het teken van meer veiligheid”.”
Veel belangrijker nog is
voorkoming. De preventiedienst, samen met een preventieraad, heeft een rol te
spelen in de bewustmaking van de informatie aan de bevolking (bijvoorbeeld bij
het voorkomen van gauwdiefstallen of inbraken). Daarnaast is er de bestuurlijke
en politionele preventie. Bestuurlijke preventie is, bijvoorbeeld, opstellen
van hondentoiletten, zorgen voor goede straatverlichting, overleg met scholen
in verband met drugsmisbruik. Politionele preventie is dan optreden tegen
hondenpoep, patrouilles in wijken waar zich problemen zouden voordoen, ontradingsacties tegen drugs in scholen en uitgangsbuurten.
Stadswachten staan ter
beschikking voor de melding van kleine problemen, terwijl wijkagenten ook de sociale
controle helpen verstevigen. Een goed uitgebouwde sociale dienst bij de politie
zorgt voor slachtofferopvang.
Het
nieuwe politiehuis staat symbool voor de juiste aanpak van veiligheidsproblemen
:
ingrijpen, voorkomen
en oorzaken aanpakken.
Tot het voorkomingbeleid behoren ook het herstellen van de
leefomgeving (door goede ruimtelijke ordening, bestrijding van verkrotting en
leegstand, verkeersveiligheid, netheid) en het versterken van de sociale
structuren (sociale contacten, buurthuizen, betrokkenheid bevolking bij
projecten). Misschien niet alle, maar toch zeer vele misdaden hebben een
maatschappelijke achtergrond of oorzaak. Een veiligheidsbeleid dat hiermee geen
rekening houdt, lost de problemen niet op, maar verergert ze nog. Daarom moeten
alle onderdelen van het stadsbestuur en de diensten betrokken worden bij een
sociaal beleid, dat een deel van de oorzaken van criminaliteit helpt wegnemen.
We hebben het nu over armoede, slechte huisvesting, werkloosheid, hopeloosheid,
vereenzaming, ongecontroleerde en te zeer uitgebuite vrijetijdsbesteding.
Eigenlijk staat het gehele SP-programma in het teken
van meer veiligheid, precies omdat het deze zaken aangepakt.
Een gezonde en betaalbare woning voor
iedereen is het doel, maar inmiddels blijft de nood
daaraan groot. De overheid moet sociale correcties aanbrengen op het harde
marktmechanisme van vraag en aanbod.
Hoewel
er de voorbije jaren al honderden nieuwe sociale woningen bijkwamen, meent de
SP dat er minimum 60 eenheden per jaar moeten bijkomen. Dit zal bij voorkeur
gebeuren door kleinschalige projecten, ook in de deelgemeenten. Deze projecten
moeten gedeeltelijk gericht zijn op bijzondere groepen, zoals alleenstaanden en
gehandicapten. De stad moet de motor spelen en coördineren, en zelf initiatief
nemen via de grondregie (verkoop van gronden). Tot haar opdracht behoort ook
het ter beschikking houden van doorstromingswoningen voor mensen die in een
tijdelijke noodsituatie verkeren. De woonwinkel, het sociaal
verhuurkantoor en de woonraad zijn belangrijke instrumenten, die nu al goed
functioneren, en verder kunnen uitgebouwd worden.
Door vernieuwing van woonkernen en het
verzekeren van voldoende basisvoorzieningen, wordt wonen in dorps- en
stadscentra weer aantrekkelijk.
Het reglement op het wonen in
kamers moet onder de loep genomen worden in functie van mogelijke misbruiken en
wantoestanden.
Sociaal wonen is
echter slechts een deel van het verhaal. In alle centra van Groot Aalst is er
nog veel werk te verrichten voor een aangename en comfortabele woonomgeving.
Het begint al bij de strijd tegen leegstand en verkrotting, die onverminderd
moet voortgezet worden. Voor probleemwijken zullen bestaande
ontwikkelingsplannen uitgevoerd (bijvoorbeeld op de rechteroever) en nieuwe
plannen opgesteld worden (bijvoorbeeld watertorenwijk). De heraanleg van
openbaar domein en het wegwerken van probleemruimten moet versneld worden.
Nieuwe woningbouw in buitengebieden zal afgeremd worden, terwijl kleinschalige
bouw, het wonen in de gemeentelijke en stedelijke wooncentra (onder meer door
wonen boven winkels) zal aangemoedigd worden. Dit belet niet dat er
verkavelingen voor gemiddelde inkomens nodig zijn.
In het algemeen moet ervoor gezorgd worden dat
elke wijk of buurt beschikt over een minimum van basisvoorzieningen, zoals
voldoende groen, winkels, een bushalte, een telefooncel, zitbanken en
speelruimte. Als we daarin vooruitgang boeken, kunnen we jongeren en
pasgehuwden, maar misschien ook ouderen overtuigen van de aantrekkelijkheid van
wonen in de stad of de dorpskern.
Koken kost geld, werken aan infrastructuur
kost schatten. Soms zijn de dure werken onzichtbaar, een andere keer wekken ze
ergernis omdat ze tijdelijk hinder veroorzaken. En toch moeten ze gebeuren. Een
kort overzicht van een minimumprogramma, dat begrensd wordt door de financiële
middelen.
Tientallen wegen verkeren in een bedenkelijke staat. De
hoogstnodige kredieten voor herstelling moeten
vrijgemaakt worden. De vernieuwing en het onderhoud van het wegennet moeten
planmatig gerealiseerd worden. Bij de wegen die dringend aangepakt moeten
worden vinden we onder meer de Sint-Kamielstraat met
de omgeving van de watertoren, de omgeving van de kapel in Herdersem,
de omgeving van de Zeebergbrug, de Dries in Nieuwerkerken, de omgeving van de Binnenstraat en de Affligemdreef. De SP wenst ook op vrij korte termijn de
vernieuwing aan te pakken van het dorpscentrum in Moorsel
en van de Hopmarkt en de stationsomgeving in Aalst-centrum.
Meer bepaald op de herinrichting van de stationsbuurt werd
al tien jaar gestudeerd. Dit leverde drie plannen op, maar telken bleek één van
de betrokken partners niet akkoord te gaan (ook de NMBS en De Lijn zijn
partij). In de eerste plannen werd enkel de herinrichting van het stationsplein
onderzocht en niet de problemen er rond. Dat was onvoldoende. Bovendien is het
plein zelf te klein voor het combineren van verschillende functies. Het jongste
plan is zeer ingrijpend en kreeg het akkoord van een onderzoekscommissie. Een
ontwerper werd aangesteld. Er komt een nieuwe weg en het stationsgebouw zou
twee voorkanten krijgen, twee gezichten. De pendelparking wordt omgevormd tot
busterminal en er komt een parkeergebouw met 800 plaatsen. Een doorgang onder
de spoorweg moet de twee voorkanten van het station met mekaar
verbinden voor bussen en fietsers.
Wie kan zich voorstellen welk een gigantisch systeem de
riolering is ? Aalst telt 350 kilometer riolering, dat
is verder dan van hier tot Parijs. Voor de vernieuwing van het stelsel is 130
miljoen frank per jaar nodig, voor het onderhoud 30 miljoen.
Afvalwater komt nu nog op 60 punten in waterlopen terecht.
Om deze weg te werken is er nog eens 650 miljoen nodig (waarvan de helft kan
gesubsidieerd worden). Dit komt boven op het bedrag van 2 miljard dat reeds in waterzuivering werd geïnvesteerd (waarvan 400
miljoen op kosten van de stad). Door goed stedelijk beheer al dit geld
beschikbaar houden, is dus van het grootste belang. Zowel voor de voorziening
in zuiver water als om overstromingsgevaar in te dijken.
Om dezelfde redenen zal het opvangen en hergebruiken van
regenwater gestimuleerd worden. Waar nodig zullen nieuwe grachten aangelegd worden.
Het watergebruik van bedrijven zal onderzocht worden.
De stad Aalst heeft 260 gebouwen in haar bezit. Dat is een
rijkdom en een last. Al deze gebouwen moeten – het ene na het andere – worden
onderhouden of gerestaureerd. Een restauratiekalender zal opgemaakt worden met
voorrang voor het stadhuis, het Oud Hospitaal en de Sint-Martinuskerk.
De lijst van geklasseerde gebouwen moet aangevuld worden met
goede architectuur uit de jaren 1920 en 1930. Overigens moet ook een inventaris
opgemaakt worden van waardevolle gebouwen of gebouwen met historische
betekenis, die niet voor klassering in aanmerking komen. Deze lijst kan
gebruikt worden bij het al dan niet verlenen van bouwvergunningen. Waardevolle
gebouwen kunnen herkenbaar gemaakt worden met een plaat en beschrijving.
Wat is een mooi gebouw evenwel
waard als het verscholen gaat achter reclame ? Een bouwverordening op visueel
vervuilende publiciteit zal hier de oplossing bieden, maar ook het algemeen straatbeeld verbeteren.
De school in Herdersem :
één van de vijf nieuwe stadsscholen.
Papier is verduldig, woorden goedkoop.
Zeker al er verkiezingen voor de deur staan. Daarom blijven we even stilstaan
bij wat Patrick De Smedt de
belangrijkste verwezenlijkingen vindt van de voorbije periode. Het overzicht is
veel te kort, maar het toont aan dat de socialisten hun woorden in daden
omzetten.
“Waterzuiveringsprojecten zijn
niet de populairste : je kan er niemand plezier mee
doen en ze zijn ook niet onmiddellijk zichtbaar”, weet Patrick
De Smedt. “Nochtans zijn de investeringen in
waterzuivering zeer belangrijk. Samen met Aquafin en
de Vlaamse Milieumaatschappij hebben we daarin voor 2 miljard geïnvesteerd. Dat
was een bewuste keuze, in functie van het milieu en de toekomst. Als het
programma zoals gepland afgewerkt wordt tegen 2005, zullen vrijwel alle
lozingspunten van vuil water in de beken verdwenen zijn. Daarvoor is nog eens
650 miljoen nodig. De eerste resultaten zijn echter al te zien. In sommige
beken is er weer vis, op de Dender wordt opnieuw gehengeld.”
Opvallender waren het autovrij of autoarm maken van het
stadscentrum en de verfraaiing ervan. Ook het verkeersveiliger maken en
vernieuwen van de centra van Hofstade en Erembodegem mogen zeer geslaagd heten. Tevens werden enkele
volkspleinen verbeterd.
Patrick De Smedt : “Deze inspanningen
moeten verder gezet worden, Moorsel moet nu eerst aan
bod komen. Voorts onderhouden we een hele infrastructuur :
350 kilometer wegen en riolering, 260 stadsgebouwen. Daarvoor hebben we geen
moeite gespaard, maar misschien was dat nog niet genoeg. Nadenken dus over wat
we op dat vlak meer kunnen doen. Maar goed, gemiddeld hebben we per jaar 400
miljoen besteed aan de vernieuwing en het veiliger maken van wegen en het
opknappen of restaureren van gebouwen. Er zijn vijf nieuwe scholen gebouwd, evenals
een stadsarchief, de carnavalwerkhallen, een
sportzaal en een nieuw politiekantoor, dat tot stand kwam na een
architectuurwedstrijd. Daarop ben ik zeer trots. Deze procedure is voor
herhaling vatbaar. Nu zijn we bezig aan de rechtervleugel van het stadhuis, het
gemeentehuis van Moorsel en het museum. Het belfort
is gerestaureerd, en zo ook de twee stedelijke academies en het gemeentehuis
van Erembodegem.”
Het autovrij maken en verfraaien van het
stadscentrum
is één van de opvallendste realisaties van de voorbije jaren.
Voor de sociale huisvesting, één van de prioriteiten in het
beleid van de SP, werd er zeer hard gewerkt. Bijna alle bestaande sociale
woningen werden gerenoveerd en er kwamen honderden nieuwe sociale woningen bij,
in samenwerking met de huisvestingsmaatschappijen. Mijlbeek kreeg een nieuw
rustoord, Moorsel serviceflats voor bejaarden. Er
kwam een terrein voor woonwagenbewoners, een sociaal verhuurkantoor en een
woonwinkel.
Via het sociaal verhuurkantoor
huurt het OCMW privé-woningen en verhuurt ze deze door aan mensen die anders
waarschijnlijk niet aan een behoorlijke woning zouden geraken. Momenteel zijn
er zo ongeveer 80 woningen in gebruik, maar dat aantal groeit.
Overigens hebben de Aalsterse socialisten
niet gewacht op het Charter voor Sociale Gelijkheid (zie blz. 19) om de hand
aan de ploeg te slaan. De strijd tegen de kansarmoede werd doelgericht gevoerd.
Commentarieert Patrick De Smedt : “Wij nemen deel aan
het Sociaal Impulsfonds (SIF), samen met het OCMW en een reeks verenigingen.
“Ook
zwakkeren kansen bieden”
Er is heel wat gedaan voor de bestrijding van de kansarmoede
als zodanig en voor de verbetering van buurten, vooral op de rechteroever. Er werden
plannen gemaakt voor meer open ruimte, groen en speelgelegenheid. Daarenboven
is ook in de bouw van een jeugd- en buurthuis voorzien. Dat is allemaal gebeurd
met inspraak van de bevolking, via een wijkontwikkelingsplan. Hetzelfde moet
gebeuren in andere wijken, vooral rond de watertoren. Dan heb ik het nog niet
over de talloze zinvolle initiatieven van het OCMW, die veel nood lenigden.”
Omdat werk de beste remedie is tegen armoede, investeerde
het huidige bewind in economische ontwikkeling, onder meer door de aanleg van
een tweede industrieterrein op het Wijngaardveld en een KMO-zone
aan de Bergemeersen.
Ten slotte speelt Aalst actief in op allerlei sociale
tewerkstellingsmaatregelen om ook zwakkeren kansen te bieden. Zo kunnen mensen
die om een of andere reden hun rechten inzake sociale
zekerheid of werkloosheid verloren, via een baan bij de stad of het OCMW weer
in regel komen. “Niet elke gemeente maakt van die mogelijkheid gebruik”, licht Patrick De Smedt toe. “Wij doen
dat wel, wanneer de persoon in kwestie of het gezin geen ander inkomen heeft.
Op die manier hebben we permanent ongeveer 20 mensen in dienst. Dit systeem
moet uitgebreid worden tot herintreders, meestal vrouwen, die hun
uitkeringsrechten verloren omdat ze een lange tijd niet beschikbaar waren voor
de arbeidsmarkt. Zo zouden zij weer in aanmerking komen voor door de overheid
betoelaagde tewerkstelling.”
Alles kan beter ? Ja natuurlijk,
maar niemand kan beweren dat Aalst dankzij de SP nog niet ver opgeschoten is.
Met
Maria Leimbergen, woordvoerster van de Aalsterse zigeuners : “Er komt een
oplossing voor de woonwagenbewoners”.
Op het nationaal verkiezingscongres
in Antwerpen, op 2 september, kondigde de SP een Charter voor Sociale
Gelijkheid af. Elke SP-kandidaat voor de verkiezingen
van 8 oktober verbindt zich ertoe de inhoud van dit Charter als rode leidraad
voor haar of zijn politiek handelen te gebruiken. We publiceren de tekst graag
in zijn geheel.
“De sociaal-democratie heeft de gelijke deelname van alle
mensen aan de samenleving steeds hoog in het vaandel gedragen. Die volgehouden
inspanning heeft tot grote realisaties geleid, politiek, sociaal en economisch.
Maar het werk is nooit af, want telkens opnieuw duiken
ongelijkheden tussen mensen op. Soms meteen en voor iedereen zichtbaar,
dikwijls ook meer verdoken.
Het creëren van gelijke kansen voor iedereen en het
wegwerken van gelijkheid, is zonder twijfel een werk voor onze
gemeenten en provincies, de beleidsniveaus die het dichtst bij de mensen staan.
Voor sociaal-democraten is er dus nogal wat werk aan de winkel, want in de ene
straat is het minder aangenaam leven dan in een
andere. Terwijl we er toch zouden moeten van uitgaan dat elke straat even
belangrijk is ? Bovendien, in een snel veranderende
samenleving dreigen steeds nieuwe vormen van ongelijkheid de kop op te steken.
En ook hier zijn gemeenten en provincies uitstekende beleidsniveaus om de
ongelijkheden aan te pakken en te maken dat niemand uit de boot valt. De
sociaal-democratie is de enige politieke stroming voor wie het wegwerken en het
creëren van gelijke toegang en gelijke kansen voor iedereen in de samenleving
centraal staan. Jawel, geen enkele andere democratische partij zal daar echt
tegen zijn. De vraag is echter of ze er echt voor zijn.
Met
de ploeg van het progressief trefcentrum
De Nieuwbeek : opkomen voor sociale gelijkheid,
overal in de wereld.
Overigens hebben we, laat ons de dingen zeggen zoals ze
zijn, als sociaal-democraten bij momenten misschien ook niet voldoende ons werk
gedaan. Hebben we, in de gemeenten en provincies waar we mee het beleid voeren,
wel altijd genoeg aandacht besteed aan het wegwerken van ongelijkheid en het creëren
van gelijke kansen ? Zijn we wel altijd genoeg
sociaal-democraat geweest ?
En zelfs al voerden we dan een beleid van sociale
gelijkheid, dikwijls is dat ongewild niet gelukt. Omdat we de beleidsdaden in
veel domeinen nog veel te weinig controleren op hun sociale resultaten.
Overigens is er nog een andere reden waarom we als
socialisten in elke gemeente en in elke provincie willen opkomen tegen
ongelijkheid, in bestaande of in nieuwe versies. Nu het economisch
en financieel beter gaat, is er geen enkele reden waarom we verschillen tussen
min en meer vermogenden niet verder zouden wegwerken.
De SP wil de nieuwe impulsen geven aan een lokaal beleid dat
grotere sociale
gelijkheid vooropstelt. Iedereen moet in zijn of haar gemeente en provincie
evenveel aan bod komen. Iedereen moet gelijke toegang krijgen tot alle facetten
van de lokale en provinciale gemeenschap, tot huisvesting, kunst, cultuur,
sport, onderwijs, vorming en opleiding, jobs,
veiligheid.
Bovendien moeten we meten welke de resultaten zijn van de
inspanningen. Om te vermijden dat we enkel denken dat we goed bezig zijn.
Alle SP-kandidaten verbinden zich
ertoe grotere sociale gelijkheid en gelijkheid van kansen als rode draad van
hun politiek handelen te gebruiken. Zowel vanuit de meerderheid als vanuit de
oppositie zullen ze daartoe acties ondernemen.”
“Eigenlijk
kan de kiezer die positieve verandering wil het beste ervoor zorgen dat de SP
de sterkste partij wordt in deze stad.”
Wat u
zeker niet mag doen is kiezen voor kandidaten op lijsten van verschillende
partijen.
Goed stemmen kunt u door het bolletje rood te maken :
Als u voor meer dan één kandidaat op de SP-lijst
stemt, krijgen al deze kandidaten een volwaardige stem. Uw stem wordt niet
versnipperd. U kunt dus perfect verschillende kandidaten op de SP-lijst gelukkig maken. Stem zeker voor de lijsttrekker en
de lijstduwer en maak uw keuze uit de andere kandidaten.
Patrick De Smedt, lijsttrekker, samen met Gracienne Van Nieuwenborgh,
lijstduwer.
Voor de gemeenteraad |
Voor de provincieraad |
1. |
Patrick De Smedt |
1. |
Dirk
De Meerleer |
2. |
Patrick Jacobs |
2. |
Linda Troyekens |
3. |
Dirk
De Meerleer |
3. |
Anja Triest |
4. |
Ann Van De Steen |
4. |
Tony Swings |
5. |
Eddie Monsieur |
5. |
Els Schouppe |
6. |
Daisy Van Gheit |
6. |
Siska Germonpré |
7. |
Roger D’Hondt |
7. |
Patrick Jacobs |
8. |
Johan Van Biesen |
|
|
9. |
Maurice Barrez |
|
|
10. |
Jacky Philips |
|
|
11. |
Dylan Casaer |
|
|
12. |
Christiane Hooghuys-Roelandt |
|
|
13. |
Willy Merckx |
|
|
14. |
Rudy Cardon |
|
|
15. |
Godelieve Neirinckx |
|
|
16. |
Christiane Tombeur |
|
|
17. |
Tommy De Kimpe |
|
|
18. |
William Van Den Steen |
|
|
19. |
Sara De Moor |
|
|
20. |
Brigitte
Verhaeghe |
|
|
21. |
Jan
Van Wesemael |
|
|
22. |
Ann De Backer |
|
|
23. |
Antonio Igual-Pacheco |
|
|
24. |
Filip Sorgeloos |
|
|
25. |
Izzet Taslidere |
|
|
26. |
Leni
Boom |
|
|
27. |
Mohammed Moussa |
|
|
28. |
Daniëlle Verhulst |
|
|
29. |
Jos Gavel |
|
|
30. |
Anja Wellekens |
|
|
31. |
Gilbert De Blander |
|
|
32. |
Bart Verbrugge |
|
|
33. |
Kris
De Winne |
|
|
34. |
Agnes Vinck |
|
|
35. |
Marc De Smet |
|
|
36. |
Marietta Van Den Brempt |
|
|
37. |
Jos Van Herreweghe |
|
|
38. |
Sandra
De Smedt |
|
|
39. |
Timmy De Wolf |
|
|
40. |
Enrico Le Clair |
|
|
41. |
Gracienne Van Nieuwenborgh |
|
|