Ontwikkelingssamenwerking en Vrede

 

EEN KRAANVOGEL VOOR ELK GEMEENTERAADSLID 30 MEI 1989

 

(HER)OPENING VREDESHUIS 25 AUGUSTUS 1990

 

ONTVANGST JAPANSE ATOOMBOMSLACHTOFFERS 23 MEI 1989

 

HIROCHIRAC.

 

OFFICIËLE INHULDIGING VAN DE VREDESPAAL 27 OKTOBER 1989

 

STARTAVOND 11.11.11.-ACTIE 21 OKTOBER 1989

 

VREDESPRIJS AAN JEF DE LOOF – zondag 25 januari 2009

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

HIROCHIRAC.

 

 

Op 13 juni van dit jaar hield Jacques Chirac zijn eerste persconferentie als president. Chirac kondigde meteen aan dat Frankrijk de kernproeven zou hervatten. De laatste test, in een reeks van acht, moet uiteindelijk in mei 1996 plaatsvinden, want Frankrijk heeft duidelijk de bedoeling om daarna het internationaal verdrag inzake het verbod van kernproeven te tekenen.

 

Nu, vier maanden en twee kernproeven later, blijft de kritiek op de beslissing van Chirac aanzwellen. De Franse president jaagt de hele wereld tegen zich in het harnas. Men ziet en hoort steeds vaker de scheldnaam "Hirochirac". De ultieme kritiek is even kort als duidelijk.

Een weldenkend mens moet hiertegen toch in opstand komen, zou je denken. De Franse militairen en een aantal politici en diplomaten hebben daar een andere mening over. Bovendien beslist in Frankrijk de president alleen over het hernemen( en het stopzetten ) van de kernproeven. Waarom Chirac uitgerekend de kernproeven uitkoos als eerste onderwerp om zich als president te profileren blijft een raadsel. Hij nam de beslissing om in Mururoa te testen " in het hoger belang van de natie"

 

Nogal wat mensen zijn van oordeel dat Chirac zich blind staart op het politieke idool uit zijn jonge jaren, generaal De Gaulle. De "force de frappe" is de hoeksteen van de gaullistische strategie. Frankrijk wil niet langer afhankelijk zijn van de Amerikaanse generaals. Het moet sterk genoeg zijn om zelf zijn belagers af te schrikken.  Dien Bien Phu, waar het Franse legioen in de pan werd gehakt en de Algerijnse bevrijdingsoorlog liggen nog vers in het geheugen als in 1960 de eerste franse atoombom tot ontploffing wordt gebracht in de Sahara.

Ook de opvolgers van De Gaulle : Pompidou, Giscard d'Estaing en Mitterand gaan door met de kernproeven. Die hebben niet langer plaats in de Sahara maar in de Stille Zuidzee. Met protesterende actievoerders worden korte metten gemaakt. Mitterand kreeg finaal ongelijk toen hij aankondigde dat zijn opvolger het door hem aangekondigde moratorium niet zou kunnen tenietdoen.

Met kritiek vanuit Austalië en Nieuw-Zeeland was in Parijs wel rekening gehouden. Dat de beslissing zoveel spontane verontwaardiging zou oproepen in de rest van Europa was niet ingekalkuleerd. De matte reactie van de Fransen viel daarbij nog het meest op. Een echte verrassing is dat nochtans niet. De vredesbeweging heeft in Frankrijk nooit veel voorgesteld.
Toen in de jaren tachtig in alle Europese hoofdsteden massale demonstraties gehouden werden tegen de plaatsing van Amerikaanse kruisraketten, verweet men in Parijs de pacifisten hun grenzeloze naïeviteit. Intussen blijft de Franse president atoomwapens verdedigen met als enig argument het afschrikkend effect, de zogenaamde ontrading. Voor milieuprotest blijft Chirac Oostindisch doof. Aan ondergrondse nucleaire explosies zijn grote ecologische risico's verbonden. Door de destabilisering van het vulkanisch gesteente kunnen aardverschuivingen optreden. Mogelijk kunnen daarbij grote hoeveelheden radioaktief afval in zee terechtkomen. In het politieke debat komen de mogelijke gevolgen voor het milieu amper aan bod.

Dat Chirac het streven naar autonomie in Papeete aanwakkert wordt beschouwd als een onbelangrijk neveneffect. Andere gevolgen zouden wel eens veel diepgaander kunnen zijn. Wat sommige militairen willen is een batterij tests voor de ontwikkeling van de kleine atoombom, die ze ook echt willen gebruiken. Bovendien geeft Frankrijk aan China een prachtig alibi om verder te gaan met zijn kernproeven. Eén element ontbreekt nog in het scenario.

 

De Franse regering heeft 65 miljard Belgische frank vrijgemaakt voor de bouw van een superlaser in de Gironde. Hiermee kunnen atoomproeven gesimuleerd worden en kunnen de gevolgen van atoombommen in een laboratorium worden nagegaan. Maar ....het zal tot 2003 duren vooraleer hiervan nuttige informatie kan worden verwacht. De arrogantie van de Fransen, Chirac op kop, lijkt wel grenzeloos.

 

Als de militairen hun zin krijgen is hoe dan ook het argument van de afschrikking niet langer houdbaar. Ondanks de ontkenningen twijfelt niemand eraan dat de Franse legertop hoopt kleine kernwapens te ontwikkelen om ondermeer te gebruiken tegen het terrorisme. Als Frankrijk tegen het einde van de jaren negentig zowat duizend atoomkoppen zal hebben, heeft dat niets meer te maken met de wil om zich te verdedigen, maar met de wil om een grootmacht te zijn. De uitvinder van de "raison d'état " was niet voor niets een Fransman. Is Chirac dan echt ziende blind? Het heeft er alle schijn van. De Franse president schijnt te vergeten dat de wereld van vandaag niet meer vergelijkbaar is met die uit zijn jonge jaren. Al was het maar omdat de milieugevoeligheid zo sterk is toegenomen en omdat de wereldpolitiek na de val van de Berlijnse muur er nooit meer als voorheen kan uitzien. Het moeilijkst om te verteren, is wellicht dat Frankrijk geen supermacht is, maar een groter Westeuropees land. Dat was eigenlijk al zo onder De Gaulle. De wereld kijkt voorlopig lijdzaam toe hoe "Hirochirac" met Napoleontische arrogantie ecologische vandalenstreken uithaalt in de Stille Zuidzee.

 

OKTOBER 1995

 

 

PATRICK DE SMEDT

 

  Terug naar begin van opagina

 

 

 

 

 

 

 

(HER)OPENING VREDESHUIS

25 AUGUSTUS 1990

 

Vooraf wil ik de verantwoordelijken danken omdat ik hier vandaag de gelegenheid krijg om even (er werd gevraagd) kort het woord tot de talrijk opgekomen aanwezigen te mogen richten. Ik beschouw dit als een eer.

 

Naar aanleiding van de verschillende initiatieven die het stadsbestuur op het vlak van vrede en ontwikkeling in het afgelopen werkingsjaar nam (dikwijls in samenwerking met het Vredeshuis of omgekeerd), kreeg ik vanuit mijn bevoegdheid meermaals de gelegenheid om een aantal vredesideeën naar voor te brengen.

Steunend op het gedachtengevoel van de vredesbeweging stelde ik hierbij steeds volgende stelling centraal : de pijlers waarop een duurzame vrede moet rusten zijn het respect voor anderen (dus ook de migranten) en de ontwikkeling (o.a. via ontwapening) van alle volkeren met aandacht voor de economische, sociale en politieke mensenrechten.

 

Naar aanleiding van de aangekondigde verhuis van het Vredeshuis stond ik een paar weken geleden nog even stil bij de doelstellingen van het Vredeshuis. Even kwam bij mij de gedachte op of de rol en vooral de zin van een dergelijk initiatief niet in de verdrukking komt na Glasnost en Perestrojka, na het democratiseringsproces in de Oostbloklanden, na het slopen van het ijzeren gordijn, na de ontwapeningsakkoorden, en nu zelfs in Zuid-Afrika gesprekken tussen ANC en regering op gang komen.
Even was ik ervan overtuigd dat de vredesbeweging aardig op weg was om eindelijk wat vruchten te plukken van de jarenlange inzet voor vrede en ontwapening, voor vrede en ontwikkeling. Even zag het er naar uit dat de wereldleiders eindelijk gingen inzien dat niet oorlog en geweld, maar overleg en samenwerking het enige middel zijn om tot oplossingen te komen voor de grote wereldproblemen.

 

Vandaag weten we helaas beter.

Uitgerekend 45 jaar na de bom op Hiroshima, uitgerekend vandaag bij de heropening van het Vredeshuis, is de dreiging van een nieuw gewelddadig wereldconflict zeer nabij.

De geschiedenis herhaalt zich : een nieuwe, nu gemeenschappelijke vijand werd gevonden in de persoon van één man die een gans volk kan winnen voor de "heilige" oorlogsgedachte.
Als we bij deze recente ontwikkeling de vele andere kruitvaten in de wereld en de schrijnende ongelijkheid tussen N en Z voegen, samen met het feit dat de perestrojka nog een lange gevaarlijke weg vol valkuilen heeft af te leggen, dan beseft men in de realiteit dat de wens van ieder redelijk mens om tot duurzame wereldvrede te komen nog heel veraf ligt.

Bij een toespraak naar aanleiding van een tentoonstelling in het Vredeshuis meen ik hierop reeds gezinspeeld te hebben. Ik zei toen dat er in drieduizend jaar tijd zowat vijfduizend oorlogen waren die allen te maken hadden met economische belangen en het feit dat het denken van de mens zo diep geconditioneerd is door ras, nationaliteit, religie of ideologie en alles wat mensen van mensen scheidt, dat de grootste dwaas die op één van deze elementen daarop weet in te spelen een heel volk kan manipuleren.

 

De toespraak naar aanleiding van de inplanting van de vredespaal opende ik met volgende uitspraak van Einstein : "Wil de mensheid overleven dat moeten we onze oude manier van denken grondig veranderen".

En hier ligt nog steeds, vandaag nog meer dan vroeger, de grote opdracht voor het Vredeshuis : mensen stimuleren om met elkaar vreedzaam om te gaan, om begrip en respect te hebben voor mekaars mening en ieders overtuiging, om naar mekaar te luisteren, om met mekaar te spreken, om met mekaar samen te werken. Dit is het dwingende alternatief voor vijandigheid en wedijver, voor ongelijkheid en onrechtvaardigheid, voor geweld en oorlog.

Het wordt hoog tijd dat we inzien en beseffen dat we de oorzaak van oorlog en geweld ook in ons eigen hart moeten zoeken en vinden.

Om aan deze opdracht, laat het ons "Vredesopvoeding" noemen, dag dagelijks te werken, blijft het Vredeshuis meer dan nodig, want zoals de bezieler van het Vredeshuis Dr. Jef De Loof het zelf zegt : "Willen we niet ten onder gaan dan zijn we verplicht met elkaar in goede verstandhouding te leven" want met de huidige gesofisticeerde, nucleaire en chemische bewapening, zelfs overbewapening betekent oorlog vroeg of laat de totale vernietiging.

 

Mijn waardering en felicitaties aan het adres van alle medewerkers van het Vredeshuis en de Wereldwinkel die nu ook in dit gebouw een onderkomen zal krijgen wil overbrengen via een geschenk.

Het is een door mijzelf gemaakte collage van postkaarten die ik vorige week ontving van Dr. Joso Moto een Japanse hoogleraar bij wie mijn broer tijdens de afgelopen vakantie op bezoek was.
Het zijn beelden van de heropgebouwde stad Hirosjima, waar zij samen op bezoek waren tijdens de herdenkingsdagen van wat op 6 augustus 1945 gebeurde.

 

Jef en de ganse ploeg medewerkers, ik wens U nog een succesvolle werking toe. Daar waar het mogelijk is blijft het stadsbestuur graag bereid tot medewerking.

 

 

PATRICK DE SMEDT

Schepen van Jeugd,

Sport en Gezinszorg

 

 

 

Terug naar begin van opagina

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

EEN KRAANVOGEL VOOR ELK GEMEENTERAADSLID

30 MEI 1989

 

 

Geachte dames en heren,

 

De U aangeboden papieren kraanvogel is in Japan een gelukssymbool zoals ons klavertje vier. Hij vertelt het verhaal van de twaalfjarige Sadako Sasaki die geloofde dat als ze
1 000 kraanvogels plooide, ze zou genezen. Toen ze er 645 geplooid had stierf ze aan de gevolgen van de bom op Hiroshima.

 

Sedertdien is de van papier geplooide kraanvogel het symbool van de Hibakusha, de nog in leven zijnde atoombom slachtoffers van Hiroshima en Nagasaki, die in Japan nog steeds moeten vechten voor erkenning.

 

Naar aanleiding van de ontvangst van de Hibakusha op het stadhuis, vorige week dinsdag 23 mei, werden in het Vredeshuis 1 000 kraanvogels geplooid. De opbrengst van de verkoop bekostigde het verblijf van de Japanse Vredesdelegatie.

 

De grootste eer die wij aan de 4 Hibakusha-vrouwen kunnen betonen is ongetwijfeld het feit dat zowel mevrouw de burgemeester als de collega mevrouw Van Nieuwenborgh tot op heden, en ik hoop nog vaak het ontvangen herinneringsgeschenkje "de halsketting met het goudkleurig kraanvogeltje" met overtuiging en goed zichtbaar dragen. Waarvoor mijn dank.

 

Geachte collega's, neem deze kraanvogel en zijn verhaal mee naar huis en vertel het aan uw kinderen. Het symboliseert de hoop op een duurzame wereldvrede, die slechts kan bereikt worden door de uitbanning van alle vormen van geweld of dreiging van geweld en eerbiediging van de rechten van de mens, overal ter wereld.

 

 

PATRICK DE SMEDT

Schepen van Jeugd,

Sport en Gezinszorg

 

 

 

Terug naar begin van opagina

 

 

 

 

 

 

 

 

 

OFFICIËLE INHULDIGING VAN DE VREDESPAAL

27 OKTOBER 1989

 

 

Mevrouw de burgemeester, collega's van het stadsbestuur, mijnheer de afgevaardigde van de Japanse ambassade, dames en heren, jongens en meisjes, jeugd van Aalst,

 

 

"Wij zullen onze manier van denken grondig moeten veranderen als de mensheid wil overleven" zei Albert Einstein in 1951.

Zijn woorden zijn actueler dan ooit.

 

Het afremmen van de wapenwedloop, het afsluiten van effectieve ontwapenings­akkoorden zijn zeer belangrijke zaken. Voor de realisatie ervan moeten wij ons blijven inzetten. Maar het is even belangrijk tot een mentaliteitsverandering te komen.

 

In zijn inleiding bij de veertiendaagse van de Medische Vereniging ter Preventie van een Atoomoorlog onder het motto "Respect voor de andere" heeft de Aalstenaar Dr. Jef De Loof het over de mensheid die verscheurd wordt tussen de afkeer voor het zinloze geweld van oorlogen en het onvermogen om samen te leven met mensen die anders zijn van kleur, ras en cultuur.

 

We zouden kunnen verwijzen naar blank en zwart in Zuid-Afrika, naar Joden en Palestijnen, naar Slovenen en Albanezen, naar Tamils en Senegalezen, naar Soennieten en Sjiieten, naar Katholieken en Protestanten.

Dit om de stelling kracht bij te zetten.

Ik denk dat wij van dichterbij beter kunnen spreken van het onvermogen van vele Belgen om samen te leven met gastarbeiders. In de praktijk kunnen wij de dingen niet zo afstandelijk bekijken als we misschien wel graag zouden willen. Wij kunnen er niet onderuit dat we in dit land behoren tot een bepaalde meerderheid, net zo min als de persoon tegenover ons er onderuit kan dat hij of zij een vreemdeling is. Je kan jezelf gelijk geven vanuit je eigen waarden en cultuur en zeggen dat migranten zich volledig moeten integreren of anders maar beter ophoepelen. Daarmee sta je dan in de rij van diegenen die denken in stereotiepen, die weigeren de problemen van anderen als hun problemen te zien en die zich het recht toeëigenen om bevooroordeeld te praten over de anderen. Simplistische stellingen zijn altijd verleidelijk om ingewikkelde situaties te vatten.

 

Als wij het dan hebben over de ontwikkeling van een vredescultuur dan spreken wij over iets dat opgebouwd wordt doorheen leerprocessen, vanuit reflectie op eigen handelen, als individu, als groep, als gemeenschap. Vredescultuur is allerminst een abstract begrip. Zij wordt gedetermineerd door ons dagelijks handelen. In de wijze waarop wij bv. praten over en omgaan met migranten op school, op straat en op het werk, maar ook in de wijze waarop wij reageren als wij anderen horen praten over migranten.

 

In onze huidige concrete Belgische en Vlaamse situaties is de dreigende politieke, economische en sociale achterstelling van migranten de negatie van een vredescultuur.

 

Respect voor de andere betekent ook respect voor de gehandicapte mens, de andersdenkende, de marginale.

 

 

 

 

De tweede pijler waarop vrede moet rusten is de ontwikkeling. Zij moet gebaseerd zijn op drie belangrijke principes :

 

1.   De ontwikkeling moet rekening houden met de ecologische evenwichten. De verstoring van het leefmilieu brengt ons gemeenschappelijk voortbestaan in het gedrang ;

 

2.   Ontwikkeling kan alleen maar tot stand komen in een vreedzame, veilige en stabiele omgeving. Zolang een belangrijk deel van de wereldbevolking zich in een toestand van armoede blijft bevinden, zal dit op langere termijn leiden tot onhoudbare spanningen.

 

3.   Ontwikkeling is tenslotte een noodzakelijke voorwaarde om onze collectieve overleving veilig te stellen en daartoe moeten wij bereid zijn alle andere culturen te erkennen. Dit betekent dat wij een wereld moeten maken waarin we zelf verder kunnen ontwikkelen en anderen toelaten zich te ontwikkelen overeenkomstig hun waarden en mogelijkheden.

 

Wie zegt ontwikkeling zegt ook mensenrechten. Wanneer in de media gesproken wordt over schendingen van mensenrechten wordt meestal verwezen naar martelingen, verdwijningen, willekeurige arrestaties, censuur, en zo meer. Men vergeet daarbij dat er ook economische, sociale en culturele mensenrechten zijn. Het recht op arbeid, het recht op een menswaardig inkomen, het recht op sociale zekerheid, het recht op onderwijs en het recht op een goede gezondheidszorg.

 

Naast de burgerrechten, de politieke rechten, de economische, sociale en culturele rechten, komt stilaan meer aandacht voor een derde generatie mensenrechten : de zogenaamde volkerenrechten. Het recht op zelfbeschikking, het recht op eigen cultuuruitingen, het recht om mee te genieten van de rijkdommen van aarde en zeebodem, het recht op een gezond leefmilieu, het recht op ontwikkeling, het recht op vrede.

 

Intussen moeten in België veel mensen van goede wil blijven vechten om onze bijdrage aan de ontwikkelingslanden eindelijk op 0,7 % van ons Bruto Nationaal Product te brengen, zoals reeds sedert vele jaren internationaal is afgesproken en in het regeerakkoord bepaald.

 

In 1955 stichtte Masahisa Goi in Japan "The Society of World Prayer" met als enig doel de verspreiding over onze planeet van de boodschap "May peace prevail on earth" als éénmakende kracht op deze aarde, vertrouwend op de wetenschap dat wereldvrede begint in de harten en geesten van ieder menselijk wezen.

 

Het Vredespaal-project verspreidde zich als een netwerk in meer dan 70 landen over de hele wereld. Na Antwerpen, Brugge, Willebroek en Kuurne is Aalst de vijfde Vlaamse gemeente met een Vredespaal op haar grondgebied.

 

Er zijn in de wereld monumenten die indrukwekkender zijn dan dit paaltje. Het is inderdaad niet groot van afmetingen. Nochtans kunnen kleine dingen groot zijn door hun eenvoud en de duidelijkheid van hun boodschap. "Moge vrede heersen op aarde"  "May peace prevail on earth"  "Sekai Jinrui ga heiwa de arimasu yoo ni".  Dezelfde boodschap staat op 60 000 verschillende plaatsen in de wereld. Even klein en eenvoudig. Straks zullen dagelijks enkele duizenden scholieren aan deze plek voorbijgaan. Ik hoop dat zij de boodschap zullen lezen, begrijpen en uitdragen. Want op wie anders dan op de jeugd kan onze hoop gesteld zijn ? Jonge mensen hebben zelf het vermogen om vijanddenken om te zetten in vredesdenken en vredeshandelen. Dag aan dag. Zij kunnen helpen om van deze Vredespaal in Aalst het symbool te maken van een universeel streven naar vrede in een wereld waarin nog steeds mensen sterven aan de gevolgen van Hiroshima en Nagasaki ; in een wereld waarin nog steeds mensen gebukt gaan onder oorlog, onderdrukking, uitbuiting en chaos. Hoopgevend is wellicht dat ondanks guerrilla, terrorisme, hongersnood en ondervoeding in nog teveel streken van onze planeet, grote volkeren zich willen ontdoen van het juk van onvrijheid, economische uitbuiting en politiek tirannie.

 

Elk weldenkend mens is blij met deze nieuwe lente en verwacht dat men alles in het werk zal stellen om deze ontwikkeling voort te helpen. Een duurzame wereldvrede zal ten slotte slechts bereikt kunnen worden door de uitbanning van alle vormen van geweld of dreiging met geweld, overal ter wereld en veronderstelt ook rechtvaardigheid en eerbiediging van de mensenrechten.

 

Dames en heren, het stadsbestuur van Aalst wil mee het voortouw nemen van het vredesbeleid in Vlaanderen. Uw aanwezigheid is voor mij, als schepen voor Vredeszaken en Ontwikkelingssamenwerking, een aanmoediging om op de ingeslagen weg voort te gaan. Zij is ook een ruggensteun voor de werken van het Aalsters Vredeshuis, dat onder impuls van Dr. Jef De Loof nooit de moed opgeeft, altijd opnieuw de vinger op de wonde legt, een bewustzijnsverandering op gang brengt en een vredesstrategie voert die erin bestaat de beleidsmakers voortdurend hun adem in de nek te doen voelen.

 

Tot besluit nog dit. Men moet geen futuroloog zijn om niet te zien dat zowel een overdreven optimisme als te veel pessimisme hier op hun plaats zijn.

 

Ik denk dat een realistische visie van de werkelijkheid zonder overdreven optimisme noch defaitisme nog altijd de beste basis vormt om ooit een wereld te creëren waarin vrede vanzelfsprekend zal geworden zijn. Tot die tijd zal deze obelisk ons eraan herinneren dat vrede niet vanzelf komt, maar het resultaat is van hard werk.

"Mogen vrede heersen op aarde".

 

Ik dank U voor uw aandacht.

 

 

PATRICK DE SMEDT

Schepen van Jeugd, Sport,

Gezinszorg en Ontwikkelingssamenwerking

 

 

 

 

Terug naar begin van opagina

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

ONTVANGST JAPANNERS

23 MEI 1989

 

 

Oorlog en geweld kenmerkt onze wereldgeschiedenis : familietwisten, stammenstrijd, veldslagen, godsdienstoorlogen, wereldoorlogen, ...

 

6 augustus '45 : Hiroshima, 9 augustus '45 : Nagasaki ... een nieuwe, gelukkig tot op heden niet meer gebruikte oorlogsmethode, werd aangewend : de atoombom.

 

Honderdduizenden doden, zwaargewonden en zieken.

Nog steeds sterven mensen aan de gevolgen ervan.

Nu 44 jaar later bezitten de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie voldoende strategische atoomwapens om één miljoen Hiroshima's of Nagasaki's aan te richten.

We leven op een kruitvat, een kruitvat van tienduizenden atoombommen. Het huidige atoomarsenaal maakt het eerst in de geschiedenis mogelijk dat de mensheid zichzelf meermaals kan vernietigen.

 

Oog in oog met de Japanse vredesdelegatie en vier Hibakusha's worden verdrongen harde werkelijkheden weer levend en uitermate pijnlijk, vooral omdat we er kennelijk weinig van hebben geleerd.

Nog steeds gaan mensen gebukt onder oorlog, onderdrukking, uitbuiting, geweld en chaos. Er komt geen einde aan. Dagelijks worden we er via de media mee geconfronteerd.

 

En toch is er hoop.

Na jaren van koude oorlog, spanning en bewapening kwam eindelijk de dooi.

Het I.N.F.-akkoord verwijderde de middellange afstandsraketten uit Europa en de Sovjet-Unie. Soortgelijke onderhandelingen zijn nu ook gaande over chemische wapens, strategische wapens en zelfs over de conventionele bewapening. De glasnost opende de weg naar een nieuw historisch tijdperk dat hopelijk zal leiden tot het dichter bij elkaar brengen van de verschillende machtsblokken en hun verschillende maatschappijvisies om uiteindelijk te komen tot een duurzame wereldvrede.

Deze kan slechts bereikt worden door de uitbanning van alle vormen van geweld of dreiging met geweld, overal ter wereld en veronderstelt ook rechtvaardigheid en eerbiediging van de mensenrechten.

 

Meer en meer groeit ook de samenwerking tussen volkeren in de strijd tegen de andere bedreigingen, waaraan de mensheid bloot staat. Tegen de zure regen, de afbraak van de ozonlaag, het broeikaseffect, de ontbossing en milieuverloedering.

Hoopgevend is wellicht dat ondanks guerrilla, terrorisme, hongersnood en ondervoeding in nog teveel streken van onze planeet, de grote volkeren zich willen ontdoen van het juk van onvrijheid, economische exploitatie en politieke tirannie.

Elk weldenkend mens is blij met deze nieuwe lente en verwacht dat men alles in het werk zal stellen om deze ontwikkeling voort te helpen. Laat ons hopen dat men op een bedachte en voorzichtige wijze de ingezette besprekingen afhandelt, de aangekondigde begint en een planning opmaakt om te komen tot een betere en veilige wereld met veel minder wapens en veel meer samenwerking.

Nochtans moeten we waakzaam blijven, want midden de onderhandelingen hebben een aantal mensen, zij die het voor het zeggen hebben, nog onlangs een plan opgesteld voor herbewapening.

Opnieuw wil men Europa met nieuwe kernwapens opzadelen. Opnieuw worden stokken in de wielen gestoken die het oude wantrouwen terug aanwakkeren. Op 16 april jongstleden organiseerde de Vredesbeweging daarom de spoedbetoging in Brussel onder het motto "neen aan de herbewapening". Duidelijk, luid en massaal, met een opvallend grote deelname van delegaties van de vredesbeweging uit de ons omringende landen.

 

Omdat de mens het angstaanjagende vermogen heeft om als het ware naar eigen goeddunken gevoelloos te worden, is een confrontatie met Hibakusha's van aangezicht tot aangezicht zo belangrijk.

Kunnen wij ons, in hun aanwezigheid, eens het lijden voorstellen van één meisje, de twaalfjarige Sadako Sasaki die ondanks haar geloof in het plooien van 1 000 kraanvogels, een gelukssymbool zoals ons klavertje vier, toch moest sterven aan de gevolgen van de bom op Hiroshima. Door dit van heel nabij mee te voelen, moet het besef doordringen dat het ook ons en onze kinderen kan gebeuren. De zending van de Japanse Vredesdelegatie en de getuigenis afgelegd door de Hibakusha zullen er zeker toe bijdragen dat onze onverschilligheid wordt doorbroken.

 

Uw aanwezigheid, Japanse vrienden, is ook een ruggensteun voor de werken van het Aalsters Vredeshuis dat, onder impuls van Dr. Jef De Loof, nooit de moed opgeeft, altijd opnieuw de vinger op de wonde legt, een bewustzijnsverandering op gang brengt en een vredesstrategie voert die er in bestaat de beleidsmakers voortdurend hun hete adem in de nek te doen voelen.

U, de Hibakusha's en de mensen van het Vredeshuis, verdienen hiervoor de felicitaties van het Stadsbestuur en alle Aalstenaars.

 

Dames en heren, wij zijn ervan overtuigd dat in de toekomst het Stadsbestuur vanuit zijn gemeentelijke autonomie een belangrijke bijdrage moet leveren aan het proces van vrede, zowel op wereldvlak als in de dagelijkse levenshouding van onze burgers.

Door de nauwe verwevenheid tussen "vrede" en "ontwikkeling" kunnen een aantal initiatieven aansluiting vinden bij wat in Aalst al bestaat op het vlak van derde wereldinitiatief. De aanstelling van een schepen voor vredeszaken en het voorzien van financiële middelen zijn betekenisvolle stappen in de goede richting.

 

Deze dagen werden in Vlaanderen, ook in het Vredeshuis, 1 000 kraanvogels geplooid en verkocht. Met meer dat gewone belangstelling kijken wij uit naar het internationaal Hibakushatribunaal, nu vrijdag 26 mei te 20 uur in het Cultureel Centrum van Strombeek-Bever. Dit wordt een uniek gebeuren dat via de media zeker internationale weerklank zal vinden.

 

Wij zijn ook blij U te kunnen mededelen dat op het einde van de Vredesweek, de officiële inhuldiging zal plaatsvinden van een Japanse Vredespaal, in Aalst. In overleg met het Vredeshuis werd gezocht naar een geschikte inplantingsplaats. De nabijheid van de vrijheidsboom op het Esplanadeplein is een mogelijkheid.

 

 

 

Op die manier willen wij meewerken aan de Vredesbeweging in Aalst, stap voor stap, dag aan dag, jaar na jaar ; indachtig de woorden van Dr. Bernard Lown, voorzitter van de International Physicians for the Prevention of Nuclear War : "Als je aan de rand van een afgrond staat, betekent vooruitgang niet een stap voorwaarts, maar stoppen en dan teruggaan".

 

"MOGE VREDE HEERSEN OP AARDE"

"MAY PEACE PREVAIL ON EARTH"

"SEKAI JINRUI GA HEIWA DE ARIMASU YOO NI"

 

 

PATRICK DE SMEDT

Schepen van Jeugd,

Sport en Gezinszorg

 

 

 

Terug naar begin van opagina

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

STARTAVOND 11.11.11.-ACTIE

21 OKTOBER 1989

 

 

Dames en heren,

 

 

De 11.11.11.-actie is een begrip in Vlaanderen, voor jong en oud. Het begin van de nieuwe bestuursperiode in Aalst is wellicht een goeie gelegenheid om nog even terug te gaan in de tijd om te zien hoe het allemaal begonnen is.

 

In 1965 nam een groep van studenten-, ontwikkelingswerkers-, projectenhulp- en vluchtelingenorganisaties het initiatief voor de campagne S.O.S. Honger. Geholpen door een aantal jeugdorganisaties kwam er een overkoepeling van de verschillende strekkingen in de vorm van een permanent secretariaat van waaruit de actie werd gecoördineerd. Zo ontstond het Nationaal Centrum voor Ontwikkelingssamenwerking, beter gekend als het N.C.O.S.

 

Vanaf 1966 vatte men het plan op om de campagne jaarlijks te herhalen. Meteen was de 11.11.11.-actie geboren. Die naam werd gekozen omdat de elfde van de elfde maand om 11 uur in België jaarlijks de plechtigheid plaats heeft ter herdenking van de Wapenstilstand aan het einde van de eerste wereldoorlog. Precies op dat moment trokken alle medewerkers van de actie voor één uur de straat op om geld in te zamelen voor de Derde Wereld. Door deze symbolische daad werd voor hen "ontwikkeling" synoniem voor "vrede".

 

Het N.C.O.S. zelf werd een V.Z.W. die volledig autonoom werkt en dus niet ressorteert onder één of ander ministerie of politieke zuil. Het N.C.O.S. is een pluralistisch centrum waar de werkzaamheden van alle organisaties die zich inzetten voor ontwikkelingssamenwerking gebundeld en gecoördineerd worden. Bij het centrum kan elke organisatie, zelfs ieder individu, een project aanbrengen. Van elk project bestaat een technische steekkaart met gegevens over het land, de ligging, de uitwerkingsmiddelen, de begroting, het te bereiken doel, de looptijd van het project, enzovoorts. Zo weet men precies waar en hoe het opgehaalde geld zal worden aangewend. Bovendien volgen medewerkers van het N.C.O.S. een aantal projecten ter plaatse en sturen foto's, documenten, dia's, film, enz ... naar het thuisfront zodat ook hier een betere opvolging mogelijk wordt.

 

Dat de 11.11.11.-actie in de loop der jaren steeds verder is gegroeid bewijzen de cijfers. Waar in 1967 toch reeds 28 miljoen werd opgehaald was dat in 1988 voor het geheel van de Vlaamse Gemeenschap 149.528.497 fr.  Hiervan brachten de gemeentelijke acties ongeveer 94 miljoen bij elkaar. De provincie Antwerpen scoorde het hoogst met 25 miljoen, gevolgd door Oost-Vlaanderen met 22 miljoen. In onze provincie vinden we Aalst, na Gent en vóór Sint-Niklaas, op een mooie tweede plaats met 1.527.723 fr. goed voor een toelage van de provincie van 423.000 fr.  De beschikbare cijfers laten niet toe de privé-giften te ventileren naar de verschillende steden en gemeenten d.w.z. dat het globaal resultaat voor Aalst in feite nog dient vermeerderd te worden.

 

Onder impuls van Eddie Monsieur, toenmalige schepen, en dank zij de inzet van de jeugddienst en honderden vrijwilligers, coördineert het Aalsters Stadsbestuur sedert 1977 de 11.11.11.-actie. Na een wat aarzelende start kunnen we stellen dat vanaf 1980 alle Groot-Aalsterse deelgemeenten volop meewerken aan de actie.

 

Het is dan ook bijzonder verheugend vast te stellen dat sedert 1980 het eindresultaat praktisch vervijfvoudigd is. Er moet in dit verband zeker ook gewezen worden op de verdiensten van het 11.11.11.-comité, sinds 1984 omgevormd tot de "Stuurgroep Aalst voor de Derde Wereld", met de bedoeling om naast de organisatie van de geldinzameling ook het stadsbestuur permanent te adviseren en de Aalsterse bevolking te informeren en te sensibiliseren in verband met de grote problemen in de Derde Wereld. Ook de informatieve en politieke actie werd mettertijd meer en meer in de belangstelling gebracht.

 

Door deze Stuurgroep werden o.l.v. de heer Blendeman, voor de actie 1989 twee projecten weerhouden.

Het eerste project werd ook reeds in 1988 gesteund. Het betreft de versterking van de basis- en gezondheidszorg voor alle lagen van de bevolking in Zimbabwe waaraan ook de Aalsterse arts Dr. Luc Bleyen zijn medewerking verleent.

Het tweede project wordt opgezet in Mexico onder de leiding van Hilaire Lambrecht uit Herdersem, met een programma van familiale ontwikkeling en veeteelt. Deze avond krijgt U nog de gelegenheid om uitvoeriger ingelicht te worden over deze projecten.

 

De praktische organisatie van de komende 11.11.11.-actie is opnieuw een gigantische onderneming. De belangrijkste activiteit is nog steeds de grote geldinzamelingsactie. Op 3, 4 en 5 november worden de informatiebrieven "gebust" en op 10, 11 en 12 november met de gekende inzamelbussen weer opgehaald en naar het Stadhuis gebracht voor de telling. Als voornaamste nevenactiviteiten vernoemen wij hier graag de taartenverkoop onder het stadspersoneel en op 11 november zelf is er nog de tombola met prachtige prijzen en zullen op de Jaarmarkt, ik hoop veel gemeenteraadsleden stickers en wenskaarten verkopen. Deze zullen ook te koop worden aangeboden na de zondagmis en bij de ingang van het Pierre Cornelisstadion, want Eendracht Aalst speelt op 11 november thuis.

 

Ten slotte, maar dit zou ons te ver leiden, zijn er nog de activiteiten van bepaalde mensen, groepen of verenigingen die op eigen initiatief iets doen ter ondersteuning van de actie. Ik denk daarbij o.a. aan autowassen, soepverkoop, hongermaal, enzovoorts.

 

Dames en heren, uw aanwezigheid op deze startavond en de veelheid van geplande activiteiten leveren het bewijs van uw solidariteit met de actie en de Derde Wereld. U kunt uw positieve ingesteldheid hier nu reeds omzetten in daadwerkelijke steun. Er worden steunkaarten aangeboden en er is een tombola. Graag wijs ik ook op de mogelijkheid om te proeven van de speciaal voor deze gelegenheid en ook ten bate van de actie klaargemaakte exotische versnaperingen.

 

Geachte toehoorders, wij hebben in Aalst het resultaat van de 11.11.11.-actie van jaar tot jaar verbeterd. Dit is, ik kan er niet genoeg de nadruk op leggen, te danken aan enkelingen die zich in hun stad of gemeente ten volle inzetten. Als wij zien wat bijvoorbeeld mogelijk is in Meldert, dan is daar het besef dat wij nog veel meer en beter kunnen. Ideaal zou zijn dat in elke deelgemeente zou kunnen samengewerkt worden met een kerncomité van enkele enthousiaste mensen. Dit doet niets af aan de verdienste van enkelingen die zichzelf gedurende maanden wegcijferen voor het gezamenlijk doel, maar die, als ze door omstandigheden moeten afhaken, niet meer afgelost worden.

 

Dat in bepaalde gemeenten ook politieke overwegingen ten grondslag zouden liggen aan de mate waarin men zich inzet voor de 11.11.11.-actie is in 1989 gelukkig meer uitzondering dan regel. Bovendien zijn er voldoende lichtpunten die toekomstgericht een optimistische visie rechtvaardigen. Er is de verhoging van het stedelijk budget voor Vrede en Ontwikkelingssamenwerking, voor het eerst zullen de plaatselijke ontwikkelingsorganisaties substantieel betoelaagd worden, de werkingskredieten van de nu erkende stedelijke dienst werden verhoogd en 1 fr. per inwoner werd ingeschreven in de begroting voor rechtstreekse noodhulp.

Er is de uitbreiding van de bevoegdheid van de stuurgroep met vredeszaken en mensenrechten, de uitreiking van de Vredesprijs aan onze medewerkster Marcia De Neve en de goede verstandhouding met het Vredeshuis die onder meer geleid heeft tot de officiële inhuldiging van de Vredespaal op vrijdag 27 oktober op het Esplandeplein.

Dit alles onder het motto : "Geen ontwikkeling zonder vrede, geen vrede zonder ontwikkeling"'.

 

 

PATRICK DE SMEDT

Schepen van Jeugd,

Sport en Gezinszorg

 

 

 

 Terug naar begin van opagina