AFSCHEIDSGROET AAN EMILIENNE DE SMEDT –
VOOR ALLEN 8 MEI 1987
"1 MEI 1987, midden de
feestvreugde, hing er kilte in de lucht, midden de feestvreugde was er
droefheid in ons hart …
Emilienne De Smedt was er niet meer bij.
Zij overleed op 27 april.
Uit
mijn kinderjaren herinner ik mij Emmy als de
vriendelijke mevrouw die ons jaarlijks op het SVV-kinderfeest
toesprak.
Toen
reeds maakt zij een blijvende indruk op mij.
Zij
was het immers die mij – en ik vermoed ook vele anderen – van zodra ik er besef
van had, telkenjare herinnerde aan de schrijvende
toestand van hongerige kinderen in de ontwikkelingslanden, het lijden van
kinderen in verre oorlogsgebieden en het bestaan van kansloze of verwaarloosde
kinderen in ons eigen landje.
Zij
was het die ons er telkenjare op wees dat wij
socialisten hieraan iets konden en moesten doen.
Zij
was het die onze ouders steeds opnieuw aansprak met die vreemde aanspreektitel
: “gezellinnen en kameraden”.
Pas
later ben ik terdege gaan beseffen wat dit alles voor een gezel of een kameraad
betekent.
Vandaag
– meer dan ooit – branden actuele actiepunten voor de nieuwe generatie SP’ers.
Consequent heeft zij steeds aan dit streven naar een vreedzame en rechtvaardige
samenleving verder gewerkt.
Nog
vorig jaar leidde zij op het SVV-Moederkensfeest Dr.
Jef de Loof in als woordvoerder van de medici tegen atoomwapens.
Gelukkig
kreeg ik een vijftiental jaar geleden de gelegenheid om haar ook persoonlijk
beter te leren kennen.
Emilienne De Smedt werd geboren te Aalst op 9 september 1925 als
enige dochter van Mavina Steenhout
en Philemon De Smedt. Als dusdanig maakte zij reeds
als kind kennis met de socialistische beweging, zijg groeide als het ware op in
socialistische middens; haar grootvader Jozef Steenhout
vervulde als lid van de toenmalige COO baanbrekend werk ter verbetering van de
situatie van de Aalsterse weeskinderen. Haar vader was vooral actief in het
nationaal syndicaat, terwijl haar moeder lang las enige vrouw deel uitmaakte van
de gemeenteraad. Vrij jong nam zij reeds deel aan de kindervakanties van het
spoorwegsyndicaat , en tot de oorlogsjaren was zij lid van de Rode Valken
beweging
Tijdens
een interview dat ik van Emmy afnam in april 1983
benadrukte zij mij de dankbaarheid jegens haar ouders voor de gelegenheid die
zij haar geboden hadden om de opleiding tot maatschappelijk werkster te volgen
aan de arbeidershogeschool. Haar eindthesis handelde over de dienst verpleegsters-bezoeksters in de socialistische
mutualiteiten. Na de totstandkoming van de rijksmaatschappelijke zekerheid werd
zij betrokken bij de herstructurering van deze dienst tot medico-sociale
dienst. Tot op haar brugpensionering nam zij de leiding waar van de deze dienst
bij de Bond Moyson federatie Aalst-Oudenaarde.
Emmy heeft zich naast haar druk beroepsleven ook ten volle
ingezet in meerdere socio-culturele verenigingen.
Zo
ging in 1952 te Aalst onder haar voorzitterschap een volledig nieuw SVV-bestuur van start. Op 15 juni e.k. zou zij samen met
haar vriendin, de secretaresse Sylvie Petit,
gedurende 35 jaar onafgebroken deze plaatselijke vrouwenafdeling geleid hebben.
Met de opeenvolgende bestuursploegen slaagde zij erin binnen de vrouwenwerking
ook aandacht te schenken aan de belangrijkste politieke thema’s
Het
was haar wens om naast de traditionele activiteiten ook vormend en bewustmakend
te werken.
Ook bij
de oprichting van de Vlaamse federatie van gehandicapten in 1982 werd zij
onmiddellijk bereid gevonden om hier te Aalst de plaatselijke afdeling te gaan
leiden. Niet enkel organisatorisch of beleidsmatig wenste zij zich voor deze mensen
in te zetten. Tot zolang zij er zelf toe in staat was, kon men haar ook aan het
werk zien als begeleidster tijdens de gehandicaptenreizen. Zij deinsde er niet
voor terug om in binnen- en buitenland gedurende korte, soms langere periodes
haar mindervalide vrienden bij te staan.
Haar
diepe sociale bewogenheid bleek ook uit haar inzet voor nog diverse andere
sociale verengingen, waarvan ik hier enkel nog haar bestuursmandaat in de
sociale bouwmaatschappij s.m. Dewaco vermeld.
Op mijn
vraag waarom een zo geliefde partijmilitante pas na 35 jaar activiteit in de beweging
voor het eerst deelnam aan de verkiezingen, antwoordde zij mij het volgende :
“Indien ik mijn beroep hier te Aalst had kunnen uitoefenen, dan zou ik reeds
veel vroeger kandidaat geweest zijn. Door mijn sociale hulpverlening zou ik dan
plaatselijk meer bekendheid verworven hebben en zouden mijn kansen om zonder al
teveel propaganda een behoorlijk resultaat te behalen aanzienlijker geweest
zijn. Dit is echter bijkomstig. De hoofdzaak is steeds geweest dat mijn
gezinssituatie het mij niet toeliet. Nu mijn twee kinderen volwassen zijn en ik
op brugpensioen ben, kan ik de nodige tijd vrijmaken om mijn mandaat behoorlijk
uit te oefenen.”
Emilienne De Smedt werd inderdaad, na haar mooi uitslag bij de
laatste gemeenteraadsverkiezingen door de SP aangeduid als OCMW-raadslid.
Toen wij in 1982 als de 2 “De Smedten” op de SP-lijst de verkiezingen ingingen, heb ik persoonlijk
kunnen vaststellen hoe geliefd zij was bij vriend en tegenstrever.
Sinds
begin 1983 ging zij met de nodige technische kennis en haar rijke ervaring in
de sociale sector de SP-fractie in het OCMW
versterken. Ook hier ging haar aandacht prioritair naar de sociale
hulpverlening. Hiernaast wenste zij ook de gezondheids-
en gehandicaptenzorg, evenals de situatie van de gepensioneerden en migranten
te verbeteren.
Eigen
aan haar persoonlijkheid wenste zij in de OCMW-raad
niet het klassieke politieke spel tussen meerderheid en minderheid te spelen.
Belangrijker vond zij het tot stand komen van realisaties ten voordele van al
diegenen die minder kansen krijgen in onze samenleving. Zo wenste zij het SVV-voorstel tot oprichting van een V-dienst
vlug bespreekbaar te maken, en indien mogelijk ook te realiseren.
Hiertoe
heeft zij echter nauwelijks de kans gekregen.
Velen
wisten dat Emmy ziek was, velen wisten dat zij leed
aan die kwaal die wij allen vrezen en waar tegenover wij meestal machteloos
staan. Toch was er hoop.
Slechts
haar kinderen en dichtste vrienden waren tijdens de laatste weken getuige van
haar strijd tegen de steeds sneller uitbreidende kwaal. En hoewel men wist dat het met haar gezondheid niet goed ging, kwam het bericht van haar overlijden onverwacht en veel te vroeg. Zij wist dat zij op 1 mei, gezien haar hospitalisatie, niet in ons midden kon zijn. Mijn belofte om haar spoedig thuis het mei-avondspel “Hun offer is niet vergeefs geweest” op video te tonen kan nu niet meer doorgaan. Wij allen die gedurende zovele jaren op meiavond van haar een rood roosje kochten, legden nu maandag ll. een symbolisch roosje ter afscheid bij haar neer. De Internationale hoorden wij sinds 1 mei te vlug terug. Mogen deze afscheidswoorden die ik namens de socialistische gemeenschappelijke actie neerschrijf voor haar kinderen, Emmie, Ann en Water en later voor haar kleinkinderen Jo en Els een troost wezen, zoals de opmaak van deze tekst voor mij een troost was. Lieve Emmy, bedankt voor alles … wij blijven je indachtig. Patrick De Smedt
|